30 AUGUSTUS 2001 277 vervoer, doch wij willen per fase de effecten van de reeds ingevoerde maatregelen inzien. Tot zover. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Het openbaar vervoer in Breda heeft duidelijk een nieuwe impuls nodig en deze nota maakt de weg vrij voor een innovatief, kwalitatief hoogstaand openbaarvervoersysteem. Bovendien wordt de openbaarvervoernota in samenhang ontwikkeld met het Verkeersplan en dat is een goede zaak. De WD steunt het uitgangspunt dat openbaar vervoer er niet alleen is ten behoeve van mensen die van dit vervoer afhankelijk zijn, maar dat het ook een belangrijke rol moet spelen in de stedelijke ontwikkeling. Wat dat betreft verschillen wij, denk ik, van mening met het CDA, want de heer Adriaansen zegt dat het openbaar vervoer vooral gebruikt gaat worden door ouderen en mensen die geen auto hebben. Maar volgens mij is het nu net de bedoeling om andere mensen daar ook in te krijgen. Een vitale stad De heer ADRIAANSEN Bij interruptie. Wij hebben 'onder andere' gezegd. Dus met andere woorden: het is niet speciaal, maar onder andere voor de groep ouderen en voor mensen die geen auto bezitten. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Oké. Een vitale stad kan niet zonder goed functionerend openbaar vervoer. Een paar zaken verdienen nog speciale aandacht. Bijvoorbeeld het Duurzaam Veilig. Dat komt niet altijd overeen met een snel en efficiënt openbaarvervoer-netwerk. Af en toe zul je in bepaalde situaties de juiste afwegingen moeten maken. Soms zullen we prioriteit moeten geven aan openbaar vervoer en dan Duurzaam Veilig op een andere manier zien te bereiken. Een punt dat belangrijk is, is dat bij alle grote werken en alle grote projecten die in Breda in uitvoering zijn, en dat zijn er nogal wat, een goede doorstroming van het openbaar vervoer essentieel blijft. Bij alle veranderingen is het toch heel belangrijk dat we steeds de vinger aan de pols moeten blijven houden en dat we elke stap goed moeten bekijken. Een goede monitoring zal in alle fases onontbeerlijk zijn. De heer HAARHUIS Openbaar vervoer is een thema waaraan de Partij van de Arbeid van oudsher bijzonder hecht. De nota die we vanavond hopelijk met elkaar vaststellen, is een gevolg van intensief overleg met vele betrokkenen. Het heeft ook een aantal rondes gekost om zo ver te komen. Na de concepten in besprekingen hebben velen ook een positief oordeel gegeven over dit plan. In het stuk zitten visies en maatregelen die ons bijzonder aanspreken, waarbij ik eerst graag opmerk dat het openbaarvervoerbeleid natuurlijk niet ééndimensionaal over een busbeleid gaat. Openbaar vervoer is veel breder. Ik kom zo nog wel even erop terug. Als je kijkt naar de concrete uitvoering dan zullen op een aantal lijnen, zeker op piekuren, de kwartierdiensten toenemen. Een hogere frequentie heeft ongetwijfeld ook een hogere participatie ten gevolge, omdat juist de betrouwbaarheid, de snelheid en de verbindende kwaliteit een van de redenen is waardoor mensen meer geneigd zijn om over te stappen op een andere vervoersmodaliteit, zoals bijvoorbeeld het openbaar vervoer. Ook hopen wij dat de ontwikkeling van sterhaltes een betere verbindende kwaliteit oplevert en dat is natuurlijk uitstekend voor het openbaar vervoer. Wij hebben het met elkaar ook gehad over de kostendekkingsgraad. De heer Adriaansen spreekt over vijftig procent. Ik denk dat je voorlopig moet kijken naar veertig a eenenveertig procent. Die vijftig procent ligt nog weer een aantal jaren verder. Maar desalniettemin, het bereiken van veertig procent kostendekkingsgraad is een niet geringe opgave. Het is dan ook uitstekend, en ik vind het prima dat u dat opmerkt, dat de nota aangeeft dat er flankerend beleid nodig is om dat te bevorderen. Het college heeft dat uitgesproken en de raad zal dat met de vaststelling van deze nota ook uitspreken. Dat flankerend beleid kan uit zeer veel onderdelen bestaan, waaronder een verdere uitwerking van de wijze waarop je omgaat met het parkeren, en dat soort zaken. De doorsteek door de Karnemelkstraat, de Karnemelk-variant, is een van de onderdelen die verder voor een goed ontwikkelend openbaar vervoer in de stad van belang zijn. Daar blijft het niet bij. Het is meerdimensionaal, ook de ontwikkeling van hoogwaardig openbaar vervoer (HOV) is onderdeel van deze nota en van het openbaarvervoerbeleid. Wij hopen dan ook, een en andermaal hebben wij dat in uw richting uitgesproken, dat een vorm van HOV, die je aanvankelijk eerst pre-HOV zult noemen, en die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 277