8 NOVEMBER 2001
362
de markt. Dus ik bestrijd, hoewel het niet zo is dat dit er met zoveel woorden staat, dat er geen
aandacht zou zijn voor de efficiency. Ik kan u zeggen dat ik daarmee vanuit mijn portefeuille in
het college continu bezig ben.
De heer KWAKKENBOS
Dat is duidelijk, maar waarin bent u nou precies teleurgesteld?
Wethouder OOMEN
"De boekhouding is op orde" komt op mij enigszins negatief over, in de zin van: die is wel op
orde, maar het is een soort boekhoudkundige truc. Zo heb ik dat geïnterpreteerd.
De heer KWAKKENBOS
Neen, zo is dat zeker niet bedoeld. Het is in waarderende zin bedoeld.
Wethouder OOMEN
De VVD heeft ook iets gevraagd met betrekking tot de ondersteuning van de wijk- en
dorpsraden. Hoewel dit niet direct onder mijn portefeuille valt, kan ik met betrekking tot het
onderdeel Stadsbeheer daarop antwoorden dat deze dienst al een soort SOS-team kent, waarbij
per district altijd een paar mensen beschikbaar zijn om knelpunten direct te kunnen oplossen. In
het district Zuidoost zijn er zelfs twee van die teams in verband met de grootte van dat district.
Breda '97 vraagt of het college bereid is de burger te laten meedenken via de wijk- en
dorpsraden over de inzet van het onderhoud in de buitenruimte. Als ik kijk naar de portefeuille
Stadsbeheer en ik neem daar het Buitenruimteplan, dan is dat nou een van de voorbeelden
waarbij van onderop, vanuit de basis wordt meegedacht. U zult zich ook de twee workshops
kunnen herinneren waarbij ik ook zelf aanwezig was, waarin de bevolking, de wijk- en
dorpsraden en de woningcorporaties allemaal hun zegje hebben gedaan, wat straks zal
resulteren in een nota die ik namens het college aan de commissie en raad ga voorleggen. Met
andere woorden, ik heb de indruk dat de wijk- en dorpsraden met betrekking tot dit punt heel
goed hun zegje al aan de basis en dus niet aan het eind kunnen doen. In de richting van D66 die
ook opmerkingen hierover maakt het volgende. Ik weet dat D66 een groot voorstander is van
interactief bestuur en beleid. Ik moet u zeggen dat ik dat ook ben en het college ook. Als we
kijken wat we op dat punt doen dan mag ik u wijzen op de PPS-constructie met betrekking tot
het Chassé Park. We hebben zelfs een prijs gekregen voor de wijze waarop wij in een convenant
met betrekking tot het beheer de samenwerking tussen de gemeente, de bewoners en alle
andere organisaties regelen. Dus ik denk met betrekking tot uw vraag dat we op dat punt al
behoorlijk in de goede richting zitten en ik wil namens het college die kansen, wanneer zich
nieuwe ontwikkelingen voordoen, met beide handen grijpen. Ik denk dat wij daar op één lijn
zitten. Breda '97 heeft, ik heb een paar aantekeningen gemaakt dus ik antwoord een beetje in
een willekeurige volgorde, ook gevraagd naar het parkeer en pendel-systeem. Ik kan u zeggen
dat, als het gaat om noodsituaties met betrekking tot bereikbaarheid, ik bereid ben om naar
bevind van zaken dat instrument direct in te zetten. Het betreft hier niet het parkeer en pendel
wat u in het verleden bedoelde, want daarvan hebben wij gezegd, en daarover is onlangs nog
een motie van GroenLinks door het college overgenomen, dat daarop wordt gestudeerd. Als er
echt acute knelpunten aan de orde zijn dan ben ik bereid om namens het college naar bevind
van zaken te handelen. De Partij van de Arbeid heeft een vraag gesteld over hoe het zit met het
parkeren. Het is zo dat de afdeling Verkeer en Vervoer van de dienst RME en de dienst Parkeren
van Stadsbeheer op dit moment in een coproductie bezig zijn om een nieuwe parkeernota op te
stellen. Het is inderdaad zo dat het moment daar is, want als ik kijk naar de gewijzigde
omstandigheden in verband met de toename van de woonfunctie in de binnenstad, de
binnenstadbewoners hebben ook auto's, ten opzichte van de situatie waarvan werd uitgegaan
bij de vorige nota uit de vorige eeuw, mag ik wel stellen, dan betekent dat met andere
woorden dat er ook een extra druk op de beschikbare parkeerplaatsen is. Ook de economische
aantrekkingskracht van de binnenstad vraagt om parkeren. Het lijkt mij goed en vandaar dat wij
daarmee gestart zijn, om de hele context waarvan de parkeerbalans een onderdeel is, opnieuw
te gaan bekijken. Nogmaals, mevrouw van Beusekom en ondergetekende zijn momenteel
gezamenlijk daarmee bezig. Voorzitter, ja, ik