8 NOVEMBER 2001 378 van de kant van GroenLinks zijn die ik verder in het stuk zo node heb gemist, want welke keuzes, welke ambities, welke visie heeft GroenLinks eigenlijk? Daarover wordt met geen woord gesproken en dat is vooral de teleurstelling die ik daarbij heb. Een paar vragen nog richting het college, die niet voldoende zijn beantwoord in eerste termijn. Wij hebben in onze eerste termijn gesproken over een investeringsplan voor natuurontwikkeling. Ik heb zowel wethouder Oomen als wethouder De Werd daarover niet gehoord. Ik denk dat goede vrienden onder elkaar wel kunnen uitmaken wie in tweede termijn antwoord daarop gaat geven. Wat betreft de uitvoering van de plannen het volgende. Daarop hebben wij de afgelopen jaren sterk aangedrongen. Er zijn ook veel plannen uitgevoerd of in ieder geval ter hand genomen. De VVD-fractie spreekt er in haar eerste termijn over dat creativiteit en innovatie wat zouden moeten wijken voor beheersing en kwaliteit. Ik denk dat beide noodzakelijk zijn. Ook als je uitvoert moet je nog steeds creativiteit en innovatief denken hoog in het vaandel houden. Projecten die in de stad uitgevoerd worden en uitgevoerd zijn hebben het ook wel aangetoond. Je zult je steeds weer moeten bedenken wat je aan het doen bent. De heer KWAKKENBOS Daarin heeft u natuurlijk gelijk. Het is nooit zwart-wit, het gaat om het accent. De heer JOOSSE Akkoord. Ik zou toch graag die creativiteit, ook voor de toekomst, in het ambtelijk apparaat en het college willen benadrukken. Wij hebben ook gesproken over een totaalvisie op de stad. Als het gaat over projecten die op dit moment lopen op het gebied van renovatie, om woningbouwprojecten in Breda-Noordoost en Heuvel, ik noem ze nogmaals, dan is het, denk ik, nodig dat er een visie komt op hoe de totale stad zal reageren op die ontwikkelingen en welke effecten die op andere, ook kwetsbare, delen van de stad, hebben. Een flexibele aanpak als het gaat om woningbouw, renovatie en herstructurering is noodzakelijk. Ik denk dat we die conclusie helemaal kunnen delen, maar dat het daarnaast ook noodzakelijk zal zijn dat er een visie komt op welke effecten bijvoorbeeld Heuvel en Breda Noordoost op de rest van de stad hebben. Wij vragen die totaalvisie toch op redelijk korte termijn. De Partij van de Arbeid spreekt ook in de tweede termijn over zoeklocaties. Wij sluiten ons graag bij die vraag daarover aan. Wat betreft de buitenruimte heeft wethouder Oomen gezegd dat wij daarover op één lijn zitten. Ik denk dat dat ook het geval is, alleen is het zo, als u het heeft over de PPS-constructie Chassé Park of de workshops waarin iedereen zijn zegje heeft gedaan, dat dit de eerste stappen zijn. Dat is echter niet genoeg. Als ieder zijn zegje heeft gedaan, mag het daarbij natuurlijk niet blijven. Er moet dan ook bij de uitvoering in de buitenruimte daadwerkelijk steeds die samenspraak blijven. Waar het initiatief bij de burgers kan worden gelegd moet dat gebeuren en waar het initiatief ondersteund kan worden, moet dat ook gebeuren. Wat betreft de onderwijshuisvesting heeft de wethouder gesproken over een aantal zaken die in gang zijn gezet. Daar zijn wij op zich wel blij mee. Maar wij hebben al diverse keren bij besprekingen zoals deze aangedrongen op de afspraak, die ook in het programakkoord staat, over een visie op onderwijshuisvesting. U noemt al die aspecten wel, maar net als de Partij van de Arbeid zien ook wij die graag in samenhang. Ik zou van de wethouder willen horen op welke termijn we die visie of in ieder geval een verslag van wat er in gang is gezet, tegemoet kunnen zien. Wij spreken in onze eerste termijn ook over de dialoog die er moet zijn tussen de gemeente en de schoolbesturen, en dat wij graag meer inhoud daaraan zouden willen geven. Een dialoog op zich is op een gegeven moment misschien niet meer genoeg. Misschien moet er ook op een andere manier tegen onderwijshuisvesting en de planning en uitvoering daarvan worden aangekeken. Wij hebben in de eerste termijn aangegeven dat wij graag bereid zijn om met het college en ook met de schoolbesturen dat gesprek aan te gaan en die bereidheid blijft natuurlijk recht overeind staan. Nog een opmerking over onderwijs, ook richting de VVD. De VVD-fractie legt in haar eerste termijn erg de nadruk op gelden die van het Rijk moeten komen. Maar het is wel zo dat Breda als gemeente gewoon een zorgplicht heeft en als de VVD-fractie dan zegt dat alleen lokaal geld er mag zijn voor lokale accenten, dan vind ik dat in dat licht gewoon te mager. Daarnaast kan natuurlijk meteen worden opgemerkt dat Breda ook op dit moment al het nodige lokale geld in het onderwijs steekt. In het onderwijshuisvestingsplan, het tienjarenplan, zitten gewoon al miljoenen, ook lokaal geld. Dan wat betreft de bestuurlijke vernieuwing. Dat is voor ons een heel belangrijk onderwerp en ik denk dat we als werkgroep en vanuit AZ hard daarmee aan de slag zijn gegaan. We hebben de startconferentie gehad. Ik vind

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 378