20 DECEMBER 2001
405
toeslagen- en verlagingenbeleid om algemene bijstand, en die bedragen kunnen, zoals gezegd,
voor een groot deel bij het Rijk worden gedeclareerd, die hebben niets uitstaande met
bijzondere bijstand en de consequenties daarvan.
Wethouder HEERKENS
Bij interruptie. Het was geen misverstand. In die commissievergadering zei u, en de
commissieleden die daarbij zijn geweest zullen dat beamen, dat u dat in plaats van een aantal
andere dingen wilde. Later heeft u dat, na lang aandringen en interrupties van een aantal
commissieleden, gecorrigeerd. Het was dus geen misverstand, u was daar helder over, en die
kant wilde ik niet op.
De heer SCHRODER
Ik wil absoluut niet ons armoedebeleid op de helling zetten en dat is ook vanavond niet de
bedoeling. Vanavond is het ook niet de bedoeling om een concreet beleidsplan te amenderen in
de vorm van een toeslagen- en verlagingenbeleid dat er anders uitziet, simpelweg omdat mijn
fractie niet die mogelijkheid heeft om voldoende inzichtelijk te krijgen wat de consequenties
van een eventueel gewijzigd beleid op dat punt zouden zijn. Vandaar dat mijn fractie u in
eerste termijn wil vragen om toe te zeggen dat er een onderzoek wordt gedaan naar de
bestanden om uit te zoeken in welke mate wij kostendelers hebben en hoe een wijziging van
het toeslagen- en verlagingenbeleid van invloed zou kunnen zijn op de inkomenspositie van
kostendelers. Voorts graag ook de toezegging dat de inkomenseffecten van de kostendelers bij
een gewijzigd beleid in beeld worden gebracht, ook in relatie tot eventueel een gewijzigde
aanspraak op bijzondere bijstand, en ten slotte de kosten voor de gemeente. Als u die
toezegging niet doet dan heb ik die verwoord in een motie en dan wil ik straks de raad vragen
om een uitspraak daarover te doen.
Wethouder HEERKENS
Nog een keer een interruptie, want ik begrijp het niet goed. Uw bijdrage in de commissie was
zeer helder geweest. Ik snap dus eigenlijk niet dat u nu min of meer met een motie dreigt, want
die toezegging heb ik immers al gedaan. Ik heb toegezegd dat ik het evalueer, dat komt ook
naar de raad toe en dan ziet u alle effecten van de toeslagen. Ik heb ook nog daarbij gezegd en
erop gewezen dat wij nu al in de min lopen met het fonds Werk en Inkomen. Die discussie is
helder gevoerd, dus dan vind ik het een beetje ongepast om nu ineens met een motie te komen.
U heeft die toezegging gewoon al binnen.
De heer SCHRODER
Ik verwacht uw antwoord zo dadelijk.
De heer SCHOENMAKERS
Bij de commissiebehandeling hebben wij reeds onze waardering uitgesproken over de goede
toegankelijkheid van deze nota. En ook inhoudelijk kan mijn fractie hier goed mee uit de
voeten, temeer daar dit college goed met de inspraakreacties is omgegaan. Uitvoerig zijn wij op
een aantal aspecten van dit plan reeds ingegaan en ik wil me dan ook beperken tot die punten
die door mijn fractie van groot belang worden geacht. En dan begin ik met de schoolkosten. De
kosten die ouders met name in het voortgezet onderwijs moeten betalen rijzen de pan uit. U
hebt daar aandacht voor. De bedragen voor de bestrijding van de kosten van de bijdragen die
de ouders moeten betalen hebt u ook weer verhoogd, want het kan toch niet zo zijn dat
kinderen geen onderwijs meer kunnen volgen als gevolg van deze schoolkosten. Wij willen u
vragen om in het bestuurlijk overleg met de minister hiervoor aandacht te vragen. Uw inzet
voor de kinderen die als gevolg van armoede kampen met gezondheidsproblemen juichen wij
toe. Het bevorderen van sociale activering en maatschappelijke participatie, wat een heel
duidelijke plaats in de nota inneemt, is voor mensen die langdurig gebruik moeten maken van
de bijstand bijzonder belangrijk. Ook uw streven om jongeren in de bijstand via het aanbieden
van trajecten alsnog aan een startkwalificatie te helpen, is om diverse redenen van groot
belang. Het armoedebeleid zoals dat door uw college maar speciaal door wethouder Heerkens
gestalte wordt gegeven ondervindt veel waardering. Wij hopen dat de minister daarvoor ook
oog heeft als hij maatregelen treft naar aanleiding van de motie-Noorman-Den Uyl. De minister
zou er verstandig aan doen om de gemeenten in staat te stellen zelf inkomensondersteunende
