wonen Bijlagen bij de notulen van 29 mei 2001 Kadernota 2002 Gemeente Breda pagina 6 In het komende jaar zal de Haagdijk een opknapbeurt krijgen en zal hard gewerkt worden aan het ontwerp van de Boschstraat, waarbij een nauwe samenwerking beoogd wordt tussen gemeente, ondernemers en bewoners. De kosten van de voorbereidingen zijn voldoende gedekt; de VVD pleit ervoor om ook de kosten van de uitvoering zo spoedig mogelijk in beeld te krijgen en de benodigde middelen hiervoor te reserveren. 3. Wanneer moet duidelijk zijn hoe de Boschstraat aangepakt gaat worden? Wanneer kan het college een voorstel voor de dekking van de benodigde investeringen presenteren? Bereikbaarheid is tegenwoordig geen randvoorwaarde, maar een basisvoorwaarde voor goede economische ontwikkeling. Welke vorm van bedrijvigheid men ook kiest, klanten, werknemers en goederen moeten op een efficiente manier bij de Bredase bedrijven kunnen komen. De WD waardeert het zeer dat dit college bereikbaarheid bovenaan de politieke en bestuurlijke agenda heeft gezet, zowel in de bestaande stad, de nieuwe ontwikkelingsgebieden als in de regio. De keuze om in te zetten op verschillende vervoersvormen naast elkaar (fiets, hoogwaardig openbaar vervoer en auto) is naar de mening van de VVD een verstandige keuze en zal leiden tot een passende bereikbaarheid met passende investeringen. De beschikbaarheid van de juiste, geschoolde werknemers is een belangrijke randvoorwaarde waarin wij dienen te investeren. Daarnaast is de aanwezigheid van hoogwaardig onderwijs een belangrijke eis van bedrijven die zich met werknemers en hun gezinnen in Breda willen vestigen. De gemeentelijke taken ten aanzien van het onderwijs moeten voortvarend ter hand genomen worden. De inzet van extra middelen voor de onderwijshuisvesting juicht de VVD dan ook toe. Van evengroot belang is echter de efficiënte en effectieve inzet van de beschikbare middelen. Er moet dan ook hard gewerkt worden aan stroomlijning van de procedures rond onderwijshuisvesting zodat projecten sneller gestart en afgewerkt kunnen worden, het gemeenschapsgeld efficient en doeltreffend besteed wordt en nieuwe inzichten op het gebied van onderwijshuisvesting vlot ingepast kunnen worden. De veranderde onderwijsmethoden vragen om een andersoortige huisvesting. De praktijk leert dat de verordening en de gehanteerde berekeningsgrondslagen teveel traditioneel zijn en niet meer aansluiten bij de nieuwe onderwijsmethodieken. 4. Kunt u aangeven welke elementen een plaats zullen krijgen in de toekomstige werkwijze ten aanzien van onderwijshuisvesting en hoe de rol van de gemeente daarin zal worden? Garandeert het college dat deze nieuwe werkwijze klaar is zodra de extra middelen daadwerkelijk vrijkomen (2003)? Een economisch succesvolle stad is een dode stad als men er niet plezierig kan wonen. Het zijn immers de inwoners die een stad, ook Breda, tot een levende en levendige samenleving maken. De VVD pleit ervoor om bestaande dogma's op het gebied van sociale woningbouw te doorbreken, en nu echt eens die woningen te gaan bouwen waar de mensen behoefte aan hebben en die men zich ook kan veroorloven. Doorstroming is daarbij een sleutelwoord. Heel veel woonconsumenten willen namelijk niet zomaar een huis. Vrijwel iedereen wil naar een huis dat groter is, mooier is, of waar men meer creativiteit in kwijt kan. Grote hoeveelheden standaard rijtjeshuizen bouwen lijkt kwantitatief goed, maar beantwoordt niet aan de vraag van de bewoners. Een brede mix van kwalitatief hoogwaardige woningen is wat de WD wil. Wij verwachten veel van het op gang brengen van doorstroming waardoor een ieder in die woning terecht kan komen die bij hem past qua bestedingsmogelijkheden en woonwensen. Het beleid moet naar onze mening gericht zijn op het oplossen van de knelpunten op de woningmarkt die deze doorstroming verhinderen. 5. Kunt u aangeven - zonder in kwantitatieve details te treden - waar de knelpunten zitten in de doorstromingsketen van de woningmarkt? Welke mogelijkheden heeft Breda om bij elk van deze knelpunten een oplossing te bieden of te bevorderen? Welke samenwerkingsverbanden acht het college daarbij van belang?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 461