22 FEBRUARI 2001
46
kanten en haken aan, waardoor wij uiteindelijk toch behoorlijke problemen hebben. Een aantal
mensen heeft ons gebeld en heeft benadrukt dat men toch aangesloten wil zijn. Of het nou
openbaar heet of niet openbaar, die weg moet er wel zijn. Ontsluiting moet er zijn. Je kunt
daar niet zomaar de verlichting uitdraaien. Onze eerste vraag aan de wethouder die erover
gaat, is: zorgt u er ook voor dat de mensen die aan wegen liggen die u wilt gaan onttrekken,
niet verstoken blijven van ontsluiting en eventueel verlichting? Dat voor de eerste termijn.
De VOORZITTER
Ik geef het woord aan de wethouder die erover gaat en die zal de kanten en de haken
Wethouder OOMEN
Ik moet zeggen dat ik een beetje met het schaamrood op de kaken moet antwoorden, want de
heer Leunisse sprak over mensen die aangesloten zijn. Ik denk dat hij bedoelt: de panden
waarin de mensen wonen. Maar ik kan u geruststellen
De heer LEUNISSE
Dat hebt u goed begrepen.
Wethouder OOMEN
mijnheer Leunisse, dat dit college, behoudens datgene wat de wet ons oplegt, alles in het
werk zal stellen om additionele maatregelen te nemen, indien dat binnen onze mogelijkheden
ligt, en aandacht eraan zal schenken. Dat heb ik ook in de commissie gezegd en dat herhaal ik
hier nog eens een keer namens het college.
TWEEDE TERMIJN
De heer LEUNISSE
Tussen 'aandacht hebben' en 'doen' zit een groot verschil. Als de desbetreffende wethouder dat
ook nog kan bekrachtigen met: en dat doen we dan ook, dan kunnen we met dit voorstel
meegaan, maar als de wethouder zegt: wij hebben aandacht daarvoor en we zullen dat weieens
bekijken, dan kunnen wij helaas onze goedkeuring niet geven.
De VOORZITTER
De wethouder zal het bekrachtigen.
Wethouder OOMEN
Ik laat het geheel aan de heer Leunisse zelf over hoe hij met betrekking tot dit punt naar het
college kijkt. Ik wacht met spanning uw stemgedrag af.
De VOORZITTER
We zullen er niet langer op wachten. Wie is tegen dit voorstel?
De heer LEUNISSE
Voorzitter, even een stemverklaring van de Parel van het Zuiden.
De VOORZITTER
U houdt ons veel te lang in spanning.
De heer LEUNISSE
Dat is ook de bedoeling. Wij hebben in deze wethouder, en dan heel duidelijk in déze
wethouder, eigenlijk toch een behoorlijk groot vertrouwen. Daar kan menig wethouder niet
aan tippen. Wij geven hem
De VOORZITTER
Je kunt maar pech hebben als wethouder.
De heer LEUNISSE
het voordeel van de twijfel. Ik zal dat moeten verantwoorden in mijn fractie.