Bijlagen bij de notulen van 8 november 2001 Begroting 2002 Gemeente Breda 22 Vraag: Kunnen de Bredase kindertjes gerust gaan slapen? Concept antwoord: Ja, PvdA fractie, de Bredase kindertjes kunnen gerust gaan slapen". Dit lijkt een karikatuur, maar analytisch is dit het niveau waarop de PvdA fractie zich met de stadspolitiek bezig houdt. Haarhuis maakt zich altijd oprecht bezorgd over zaken die in de stad spelen. Of het nu over verkeer gaat of woningbouw, over sociaal beleid of onderwijs, er is geen onderwerp te bedenken of Haarhuis laat zich graag gerust stellen. De kritische vragen moeten maskeren dat de PvdA vooral betrouwbaar wil zijn voor de VVD en het CDA. Geen partij die zich zo schaamteloos prostitueert als de PvdA, met altijd weer die onderliggende vraag die maar niet gesteld wordt: "deed ik het zo goed?" Breda 97 is ook zo'n partij die er een taak van heeft gemaakt om kritisch te zijn zonder afgewezen te willen worden. De kritiek ziet echter louter op zaken die de voormalige kerkdorpen aangaan. Over de volle breedte van het beleid is Breda 97 een trouwe volgeling van het stadskantoor. Misschien speelt hier de ijdele hoop dat er in de toekomst nog een wethouderszetel voor hen is weggelegd. Feitelijk is de rol van PvdA en Breda 97 in de Bredase politiek meelijwekkend. Ze mogen alleen maar aanschurken tegen de arrogante machtspolitiek van CDA en VVD terwijl ze er zo graag echt bij willen horen. De komst van de bestuurlijke vernieuwing ontmaskert de lokale politiek. Immers zal genadeloos worden blootgelegd dat de rol van de coalitiepartijen zich heeft beperkt tot klakkeloos volgen van het college, zonder eigen invulling, zonder eigen identiteit, zonder kritische zelfanalyse. De bespreking tussen de raad en de visitatiecommissie in het kader van het Grote Steden Beleid liet datzelfde probleem zien. Ondanks de oproep van de voorzitter om een open dialoog, met een kritische zelfreflectie, meenden de coalitiepartijen toch vooral verdedigend op te moeten treden. Toen het vervolgens ging over de rol van de raad bij o.a. de herstructurering van de Heuvel werd het akelig stil, hetgeen de Brabantse gedeputeerde ertoe verleidde om op te merken dat de raad zelf eisen moest in plaats van zich te beperken tot het vertrouwen in de projectleider. Op geen enkele wijze blijkt uit de besluitvorming in deze raad hoe de mening van de Bredase bevolking doorklinkt in het beleid. De gedachte dat alles wat vanuit het stadskantoor komt zo goed is dat de geluiden uit de inspraak daar alleen maar afbreuk aan kunnen doen, wil er bij GroenLinks niet in. De wijk- en dorpsraden voelen dat haarfijn aan. Zij merken dagelijks datje uitsluitend kunt praten tegen dit college, maar niet met. En wanneer het gemor vanuit de districten te heftig wordt gooit het college er maar een onderzoek tegenaan, waarvan de uitkomst op z'n vroegst na de verkiezingen te verwachten is. Onderzoek is het bestuurlijk middel van deze coalitie om het eigen falen te verbergen. Onderzoek wordt gebruikt als middel om dingen niet te hoeven weten. Zolang je de dingen onderzoekt kan niemand je het verwijt maken dat je het verkeerd doet. De camera's langs de Oosterhoutseweg staan er niet om een oplossing voor de verkeers-problematiek te bereiken, maar slechts om te verbergen dat er geen oplossing is. De bouw van woningen gaat echter gewoon door; niet op basis van het beloofde bestemmingsplan maar op basis van artikel 19-procedure's die speciaal zijn uitgevonden om kritiek buiten de deur te houden. De evaluatie van het Horecaconvenant mag uitsluitend bevestigen dat cameratoezicht in het uitgaansgebied effectvol is. Een breed onderzoek waarmee ook andere aspecten van het convenant worden onderzocht stuit bij de coalitie op bezwaren: stel je geeft extra geld uit en er komen allerlei zaken aan het licht die je helemaal niet wilt weten...! Volkshuisvesting is ook zo'n aardig thema waar veel onderzoekers al veel geld aan hebben verdiend. Wij geven toe dat ook GroenLinks niet altijd de wijsheid in pacht heeft. Maar wij hebben er moeite mee wanneer al die onderzoeken tot de conclusie leiden dat het beleid "op maat" moet zijn. Daarmee laat je na om een oordeel uit te spreken over het achterwege blijven van "goedkope" bouw in de afgelopen jaren. Bovendien wordt nagelaten om duidelijke criteria te formuleren voor toekomstige bouw projecten. Regeren is vooruitzien luidt het adagium. In Breda gaat dat niet op. Breda wordt bestuurd door zijn eigen verleden. De begroting 2002 is de rechtstreekse vertaling van de Kadernota. Die Kadernota

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2001 | | pagina 507