26 APRIL 2001
68
beantwoording van een vraag van de heer Adriaansen over de wijze waarop de naleving van het
contract wordt
De heer POSTHUMA
Bij interruptie. U zegt dat u de vragen naar aanleiding van het stuk van Continental heeft behandeld,
maar er was ook nog een vraag met betrekking tot de een na laatste alinea op diezelfde pagina,
waarin Continental de conclusie aanvecht dat er nu al verplichtingen zouden liggen, omdat de raad
zich daarover nog niet heeft uitgesproken. Daarop zou ik graag een reactie willen horen.
Wethouder DE WERD
Ik kan u verzekeren dat er op dit ogenblik geen enkele, maar dan ook geen enkele verplichting is
aangegaan. Ik moet u zeggen dat ik met enige schrik die passage heb gelezen. Overigens heeft ook
een aantal andere terminologieën die in de brief zijn gebruikt mij, in tegenstelling tot de zeer correcte
inspreker in de commissie, op zijn zachtst gezegd niet aangenaam getroffen.
De heer POSTHUMA
Maar met uw antwoord zou u de indruk kunnen vestigen dat de raad nu dus de handen vrij heeft,
zonder dat er dan enig schadeverhaal mogelijk is.
Wethouder DE WERD
Het is volstrekt juist dat er op dit ogenblik geen enkele afspraak is gemaakt met Connexxion, dat was
naar mijn mening de portee van die passage. De raad heeft uiteraard de handen vrij, maar de
consequenties van de keuze die u gaat maken zijn, dacht ik, op dit ogenblik onderwerp van de
beraadslaging.
De heer SCHRODER
Bij interruptie. Hierover had ik ook een vraag, omdat de notitie juist de indruk wekt dat de objectiviteit
en de waardering zodanig zijn dat de keuze onmiskenbaar op Connexxion móet vallen. In die zin
zouden wij als raad de handen niet zo vrij hebben als het raadsvoorstel ons wil doen geloven.
Eventueel, als de raad een andere kant zou opgaan, zou dat kunnen leiden tot schadeclaims. Dat
geeft u zelf in uw notitie aan. Inmiddels ligt dat verhaal er dus ook van de andere kant. Op die manier
wordt het voor ons natuurlijk erg moeilijk om die zaak te waarderen.
De heerLEUNISSE
Even een interruptie in de richting van de wethouder. Dus hij beaamt dat de raad het laatste woord
heeft in het besluitvormingsproces en dat er geen enkele toezegging heeft kunnen plaatsvinden, die
bijvoorbeeld met aandelen te maken heeft of met andere zaken die nu meespelen, in welke vorm dan
ook. Wat wij heel belangrijk vinden is dat u ook zegt dat de raad het laatste woord heeft en dat die
beschikt over een bedrijf dat bestaat en niet over een bedrijf dat nieuw komt.
Wethouder DE WERD
Mijnheer Leunisse, ik wil op uw opmerking niet reageren op basis van een aantal passages daarin.
Het is zo dat we hier praten over een keuze tussen Continental en Connexxion. En die keuze is aan
de raad. En we praten hier over de consequenties van de ene keus ten opzichte van de andere. Voor
alle duidelijkheid, als u, op het moment waarop alle regels van de Europese aanbesteding ons
aangeven dat de keus, op basis van de criteria die we nu hier bespreken, in de richting van
Connexxion moet gaan, en dat is het advies dat het college u meegeeft, een andere keus zou maken
in de richting van Continental, dan zullen wij ernstig rekening moeten houden met het feit dat
Connexxion op basis daarvan met claims zal komen. Dat is de juiste formulering.
De heer LEUNISSE
Bij interruptie. Het kan toch niet waar zijn, als de raad nog moet beslissen, dat Connexxion een claim
kan leggen?
Wethouder VAN OS
Even ter verduidelijking. Het is natuurlijk helder dat de raad zich heeft gecommitteerd aan de
wetgeving die in Europa en in Nederland geldt over de wijze waarop Europees wordt aanbesteed. Dat
betekent dat u binnen de context van de meest economische aanbieding gehouden bent aan het feit
dat u zowel moet kijken naar prijs en kwaliteit en dat voor u ligt de waardering hoe het college
daarover heeft geoordeeld, en het advies om in die context nadrukkelijk te kiezen voor Connexxion,