26 APRIL 2001
86
De heer SNIER
Ik weet niet precies wat u met 'andersom' bedoelt. Maar ik zie dat eigenlijk andersom omdat het mij
niet zozeer gaat om de kerken die al gesloopt zijn maar om de kerken die er nog staan op dit
moment. Een te toezeggelijke houding, of misschien zelfs wel een onduidelijke houding die je op dit
moment zou kunnen hebben, zou bij anderen kunnen leiden tot verwachtingen die de Partij van de
Arbeid in ieder geval op de lange termijn niet wil waarmaken. Daarin zijn we dan liever op dit moment
heel erg duidelijk.
De heer LIPS
Dan wil ik u toch een vraag stellen over die financiële consequenties. Stel nou dat de stichtingen met
een voorstel komen om daarin sociale woningbouw te plegen. Dan zegt u dus ook dat u daaraan
geen geld wilt uitgeven.
De heer SNIER
Dat is iets heel anders, mijnheer Lips, want op dat moment heb je corporaties die dat kunnen
oppakken en heb je een andere bestemming voor dat pand gevonden, zodat eventueel een bijdrage
van de gemeente in het kader van die bestemming, in dit geval de sociale woningbouw, bespreekbaar
is. Natuurlijk, we zullen altijd voor een punt komen te staan dat we zaken moeten bespreken. Dat is
toch ook logisch? Je kunt nietje handen ervan aftrekken, dat heb ik niet gezegd. Ik heb alleen gezegd
dat het instandhouden met als doelstelling het monument Heilig-Hartkerk overeind houden, voor de
Partij van de Arbeid op zich geen prioriteit heeft vanwege de precedentwerking en het feit dat wij niet
kunnen overzien wat dat betekent in financiële consequenties voor de stad op de lange termijn. En
omdat we het heel moeilijk vinden om in het ene deel van de stad te zeggen: jullie kerk mag blijven
staan want die vinden wij belangrijk, op argumenten die wat mij betreft heel sterk op beeldkwaliteit
gebaseerd zijn, als je het stuk goed leest, terwijl je in andere wijken in één keer gaat zeggen: die
beeldkwaliteit is bij jullie niet belangrijk, want dat ligt anders. Dat vind ik heel erg moeilijk en om dat te
vermijden zijn wij liever heel erg duidelijk.
De VOORZITTER
Ik ga
De heerLEUNISSE
Bij interruptie, voorzitter.
De heer SNIER
Ik was overigens nog niet klaar, voorzitter. Maar interrumpeer nog even, mijnheer Leunisse.
De VOORZITTER
Ik zou maar doorgaan.
De heer SNIER
De heer Leunisse wilde interrumperen, geloof ik.
De VOORZITTER
Interrumpeer dan.
De heer LEUNISSE
Ik wachtte op uw toestemming, voorzitter, want ik zou niet durven. Ik heb begrepen van de heer
Snier, laten we daarover duidelijk zijn, dat het geen cent mag kosten. Heb ik dat goed begrepen?
De heer SNIER
Neen, zo heb ik dat niet gezegd. Dan heeft u toch een nuance gemist, denk ik. Ik heb gezegd dat
voorstellen in principe in het kader van een bestemming van het gebouw bespreekbaar zijn. Het zou
gek zijn om dat niet te doen. Het zou raar zijn, als je dat als gemeenteraad nu in één keer gaat
uitspreken. Ik heb alleen gezegd dat het instandhouden van het monument op zich geen prioriteit
heeft voor de Partij van de Arbeid, en dat wij vinden dat we die keuze zouden moeten maken. Dat
heb ik gezegd, mijnheer Leunisse.
De heerLEUNISSE
Maar u hebt dat wel in de commissie gezegd. In de commissie zei u dat het geen cent mocht kosten.