25 APRIL 2002 107 14. Vaststellen begrotingswijzigingen 2002. (A) 15. Interpellatie GroenLinks inzake voortgang collevorming. IX. Rondvraag. X. Sluiting. AANWEZIG: DE HEREN C.G.J. RUTTEN, VOORZITTER; A.C.A.M. ADANK (CDA), J.S. ADRIAAN- SEN (CDA), A.L.E. ARBOUW (VVD), J.N. AUGENBROE (CDA), MEVROUW L. VAN BEUSEKOM- NIX (VVD), DE HEER J.O.E. BOER (LEEFBAAR-BREDA/PvhZ), MEVROUW H. BOS (LEEFBAAR- BREDA/ PvhZ), DE HEREN A.A.J.M. BRAAT (VVD), O.B.W. DOUWES DEKKER (VVD), C.O.W. DUBBELMAN (CDA), J.A. FIGLAREK (CDA), H.J.M. HAARHUIS (PvdA), MEVROUW M.P. HEER- KENS (PvdA), DE HEER B.S. JOOSSE (D66), DE DAMES M.L.P.L. KNIPSCHEER (CDA), J.M.C. KOKX (PvdA), DE HEREN W.A.J. KWAKKENBOS (VVD), J.H.P. KWISTHOUT (SP), J.C.C. LEUNIS- SE (LEEFBAAR-BREDA/PvhZ), A.J.J.M. LIPS (CDA), MEVROUW H. VAN MAANEN (VVD), DE HE REN J.G. MARCIC (CDA), H.P.M. MEEUSEN (SP), A.J.G. OOMEN (CDA), MEVROUW M.E. OVER- BOOM (D66), DE HEER G. POSTHUMA (PvdA), MEVROUW A.M. REMIE-VERWEIJMEREN (GROENLINKS), DE HEREN B.F.T. DE ROOS (GROENLINKS), P.H. SCHELTENS (GROENLINKS), C.G.M.F. SCHOENMAKERS (BREDA '97), B.G.C. SCHREINER (BREDA '97), H. SNIER (PvdA), J. STUBENITSKY (LEEFBAAR-BREDA/PvhZ), J.P.W.A.A.M. TAKS (WD), E. ÜQELER (CDA), P. VAN YPEREN (BREDA '97), MEVROUW J.E.W.J. DE WIT-VAN HERPEN, GRIFFIER. UITGENODIGDE PORTEFEUILLEHOUDERS: DE HEER A.C.A.M. ADANK (CDA), DEMISSIONAIR WETHOUDER; MEVROUW L. VAN BEUSEKOM-NIX (VVD), DEMISSIONAIR WETHOUDER; DE HEER A.J.G. OOMEN (CDA), DEMISSIONAIR WETHOUDER. AFWEZIG: DE DAMES M.J. BOIDIN-VAN HOEVE (CDA), MEVROUW E.T.C. HAK (PvdA), DE HEER J. DE WERD (VVD). I. OPENING. De VOORZITTER opent de vergadering te 19.30 uur. II. MEDEDELINGEN. De VOORZITTER Aan de orde zijn de mededelingen, en ik heb begrepen dat de fractie van de VVD zou willen beginnen met een mededeling voor deze vergadering. De heer Kwakkenbos. De heer KWAKKENBOS Dames en heren collega's. De gebeurtenis rond Joop de Werd kan vanuit vele gezichtspunten worden bekeken. Politieke, bestuurlijke, en vooral persoonlijke. Zij heeft een emotionele kant en een feitelijke kant. Mijn fractie stelt vast dat hier sprake is van een probleem in de persoonlijke levenssfeer van Joop de Werd. Een probleem niettemin dat wel degelijk gevolgen heeft voor het functioneren van de heer De Werd als politicus en bestuurder. Wethouder zijn betekent opereren in een publieke functie. Als een wethouder derhalve op deze ernstige wijze in opspraak komt, is die geloofwaardigheid in het publieke functioneren in het geding. Daarom heeft mijn fractie maandagavond besloten de wethou derskandidatuur van de heer De Werd niet langer te handhaven. Ook spraken wij de verwachting uit dat Joop zijn taken als wethouder, demissionair weliswaar, zou neerleggen, en wij hebben daarover met hem gesproken. De heer De Werd heeft te kennen gegeven dat hij geen ontslag neemt, maar dat hij gezien de omstandigheden zijn taken als wethouder niet zal hervatten. Wij betreuren het zeer dat wij tot deze stap hebben moeten komen, want wij stellen vast dat Joop de Werd zich in bijna twee jaar heeft gepresenteerd als een sterke wethouder, die een aantal lastige problemen niet uit de weg ging. Hij heeft in die periode een goede bijdrage geleverd aan het bestuur van deze stad. Het is niet een voudig om in deze zaak de emotionele en de feitelijke kant uit elkaar te houden. En toch moet dat, want het zijn uiteindelijk alleen de feiten die tellen. Wij kunnen die beoordeling niet maken en wij moeten die beoordeling ook niet maken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 107