26 APRIL 2002 151 enigszins suggestief en intimiderend van karakter zijn en daar nemen wij dus ook afstand van. Dat er overigens flinterdun bewijs zou zijn is een uitlating die door de advocaat van de heer De Werd is ge daan en dat laten we verder maar zo, maar ik moet wél opmerken dat ondertussen de rechter giste ren wel de voorlopige hechtenis van de heer De Werd heeft bevolen. En dat is niet voor niets. Ook al is die voorlopige hechtenis dan geschorst. Wat betreft de positie die de VVD inneemt het volgende. Er is in eerste termijn gezegd dat de VVD niet tot broedermoord bereid zou zijn. Ik vind dat nogal wat, voorzitter. Nu is dat teruggenomen. Wij zijn toch van mening dat het uiterst merkwaardig is dat de VVD zo opereert zoals ze de afgelopen tijd heeft geopereerd. Opgemerkt moet worden dat er de af gelopen tijd ongetwijfeld voorkennis zal zijn geweest van datgene wat boven de heer De Werd hing. En daarin is door de VVD onvoldoende krachtdadig geopereerd. Daar nemen wij als GroenLinksfrac- tie volledig afstand van. De heer KWAKKENBOS Mag ik kort daarop reageren, voorzitter? De VOORZITTER U krijgt een volgende termijn, dus ik kijk even of er nog meer te reageren valt. De heer KWISTHOUT Wij betreuren het dat de heer De Werd ook op dit moment, na de aangenomen motie van wantrou wen, de onhoudbaarheid van zijn positie niet wenst in te zien, getuige ook de brief die ons vandaag bereikte, waar wij kennis van nemen. Wij nemen afstand, net als de woordvoerder van GroenLinks, van de aantijgingen voor zover ze suggestief zijn in deze brief. We zien ook uiteraard de emotionele kant van deze situatie. We zullen niet al te zwaar tillen aan de bewoordingen in die brief an sich. Daarbij wilde ik het laten. De heer JOOSSE Ik ben blij dat de heer Kwakkenbos namens de VVD-fractie de woorden over het waardeoordeel, die hij eerder had uitgesproken, terugnam. Volgens mij was dat ongeveer de hele tekst die hij in eerste instantie uitsprak. Dit was de VVD-fractie onwaardig en datzelfde geldt voor de brief die we vandaag van de heer De Werd hebben gekregen. Ook de inhoud van die brief vinden wij de politiek in deze raad onwaardig. Verder betreuren wij het dat de heer De Werd dus niet inziet waar het gisteren ei genlijk om ging. De heer De Roos heeft dat net ook al uitgesproken. Het is hier geen rechtbank. Wij spreken ook geen recht. Maar iemand die op zodanige wijze in opspraak is geraakt zou zelf moeten inzien dat zijn politiek functioneren niet meer kan worden gehandhaafd. Als hij dat zelf niet inziet, dan had, en dat zijn ook mijn woorden van gisteren geweest, de WD-fractie eerder dan afgelopen week moeten inzien dat de heer De Werd als wethouder niet te handhaven is. TWEEDE TERMIJN. De heer KWAKKENBOS Ik wil een korte opmerking maken over de opmerking over het krachtdadig optreden. Op het moment dat er geruchten lagen, hebben wij die geruchten gewogen en als geruchten behandeld. Op het mo ment dat het feit van de aanhouding er lag, hebben wij direct de maatregelen genomen die wij heb ben genomen. Die bestonden uit het niet-actief zijn van de heer De Werd in zijn publieke functioneren en het voorstellen van een nieuwe kandidaat-wethouder. Dank u wel. De heer BOER Ook kort, mijnheer de voorzitter. Ik heb het volgende in eerste instantie niet gezegd, ik had dat eigen lijk wel willen zeggen, maar ik wilde het extra kort houden. Wij verbazen ons over de gretigheid waarmee hier op een gegeven moment besluiten worden genomen die er op dit moment genomen dreigen te gaan worden. De heer Joosse zegt dat wij hier niet zitten om te oordelen. Naar ons gevoel wordt er gelijk geëxecuteerd. Dat is niet aanvaardbaar. De heer DE ROOS Ik ben toch niet overtuigd door de opmerkingen van de heer Kwakkenbos. Er waren natuurlijk al lan ger geruchten en het was ook bij de VVD vóór de verkiezingen al bekend dat er aangiftes waren ge daan. Er zijn gisteren nog vragen gesteld in de richting van de VVD, maar die zijn simpelweg niet beantwoord. Als het gaat om de besluitvorming van de VVD de afgelopen week dan moet ik constate ren dat wél A is gezegd maar niet B. A in de zin van: ja, wij vinden dat we de heer De Werd niet kun-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 151