31 JANUARI 2002 20 dit te geschieden voor en gedurende het overgangsjaar 2003. Wij zijn ervan overtuigd dat het Sport- punt de uitvoering van het nieuwe subsidiebeleid zorgvuldig zal begeleiden. De VVD wenst het Sport- punt hierbij alle succes toe. Mevrouw VAN WEEZEL Een korte stemverklaring. Naar aanleiding van de Sportnota heeft de commissie gevraagd voor de sportsector eenzelfde subsidiemethodiek toe te passen als voor de welzijnssector, maar dan wel re keninghoudend met de jeugdleden. Wij denken dat de nu voorgestelde methodiek daaraan voldoet en daadwerkelijk gelijk kan worden gesteld aan de subsidies in de welzijnssfeer. Wij zijn wel blij dat er in ieder geval nog een overgangsjaar is, zodat voor de clubs duidelijker wordt waar ze precies aan toe zijn. Het maatwerk, zoals u dat in de commissie heeft toegezegd, verheugt ons ook. De heer SCHRODER Wij hebben al eerder geconstateerd dat het voorstel in zekere zin kraakt. De GroenLinksfractie is ermee akkoord gegaan dat ook de sportsubsidiëring onder de algemene subsidiemethodiek van de sector Welzijn gaat vallen en in die zin kunnen wij dus niet anders dan ook op dit moment voor deze uitwerking stemmen. Tegelijkertijd hebben wij bij de eerste behandeling in de commissie al aangege ven dat daar waar de subsidiemethodiek toch uitnodigt tot extra activiteiten de legitimatie onder de sportsubsidiëring wat twijfelachtig wordt. Immers, sportverenigingen kunnen bestaan en zijn uitslui tend gelegitimeerd bij de gratie van het feit dat zij activiteiten, namelijk sportactiviteiten, organiseren. Zonder activiteiten als zodanig is er geen sportvereniging en valt die weg. Het is dan ook wat gekun steld wanneer ook nu onder druk van de inspraak weer wordt gezegd: de activiteiten van de jeugdle den gaan we toch wat meer in het bijzonder belonen en dat geldt ook voor bijzondere activiteiten voor gehandicapten. In de commissie heb ik al gezegd: ook uittredende raadsleden van boven de 40 met beginnende hart- en vaatziekteverschijnselen zouden moeten worden gestimuleerd om te gaan sporten en waarom zou dat geen bijzondere activiteit kunnen zijn? Daar kraakt dus de toelichting op deze methodiek, want over de hele breedte van de sportsubsidiëring zie je activiteiten en behoren die activiteiten te worden gesubsidieerd. Wij hebben de wethouder in de commissie al krediet gegeven dat met name bij de invoering en tijdens de overgangsperiode met de verenigingen wordt gezocht naar een zo zorgvuldig mogelijke toepassing van de nieuwe methodiek en dat daar waar verenigin gen met een tekort dreigen te komen dat in ieder geval voor het overgangsjaar nog wordt aangepast. Die insteek is, ook met de toezegging dat dit geen bezuinigingsronde is, wat ons betreft op dit mo ment voldoende. Wij rekenen de wethouder er wel op af dat dat ook in de toekomst geen klachten bij de sportverenigingen zal opleveren. Wethouder HEERKENS Dat afrekenen zal ik in ieder geval doorgeven aan het nieuwe college. Wat betreft de hele systema tiek hebben we samen met de verschillende fracties in de commissie besproken hoe je de inhoudelij ke activiteitensubsidies hieraan zou kunnen koppelen, en in die zin ben ik het met de heer Schroder wel eens datje ook best kunt honoreren dat sportverenigingen op zich natuurlijk trainen met jeugd en competities spelen. Maar we hebben gekozen voor jeugdleden en mindervaliden. Het is zo dat u heel lang heeft geaccepteerd dat sportsubsidies alleen uit jeugdledensubsidies bestonden en ik heb nooit iets horen zeggen over, zoals u ze noemt, 40-plussers met aankomende gezondheidsproblemen. Wij hebben natuurlijk wel onze galmprojecten, onze brede sportactiviteiten, we doen ook heel veel meer en daarnaast is er een basissubsidie dat voor alle sportverenigingen is verdubbeld. Wij hebben bij de Sportnota de discussie gevoerd voor welke doelgroepen we expliciet zouden gaan in relatie tot het subsidiebeleid. We hebben daar best mee gezeten, ik heb dat ook in de commissie toegegeven en uitgebreid uitgelegd. We willen het in die zin echt proberen. We willen die sportverenigingen ook uit dagen en natuurlijk zal het Sportpunt, mijnheer Salomon, goed moeten communiceren en de vereni gingen moeten uitdagen om met extra activiteiten te komen. En dan zullen we kijken of de berekenin gen vanuit het normale subsidiebeleid ook passend zijn. Als dat niet het geval is dan kunnen we tot bijstellingen overgaan en dat kan ruim op tijd, eind 2002, zodat we dan een nieuwe of aangepaste systematiek aan u kunnen voorleggen. Ik denk wel dat het belangrijk is een poging te wagen aan de jeugdledensubsidies, die toch bij een aantal verenigingen een potje op de begroting waren, iets meer inhoud te geven dan tot nu toe het geval was. Dat was de uitdaging en die heeft u ons ook meegege ven. Vandaar deze koppeling. Maar of het helemaal past in het algemeen subsidiebeleid, daar zijn wij ook benieuwd naar. Je moet dan ook bereid zijn om dat goed te evalueren en met elkaar te bespre king. Die toezegging heeft u.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 20