30 MEI 2002 211 woningmarkt: we verhogen een aantal categorieën. Wat betreft de bereikbare voorraad is dat terecht, maar er is geen enkel argument, althans dat kunnen wij niet vinden, om opeens de middeldure cate gorie te verhogen van 420.000,- naar 700.000,-. Wij vinden het bovendien erg vreemd dat deze verhogingen zonder enige discussie in de commissie en de raad hebben plaatsgevonden. Wij hechten veel belang aan het handhaven van de oude prijsklassen, omdat wij het belangrijk vinden, en dat is vorig jaar ook in de raad zo uitgesproken, dat er de komende jaren wordt gewerkt aan het verbeteren van de slaagkansen op een woning in de diverse marktsegmenten. Op het moment dat je opeens zomaar van 420.000,- naar 700.000,- gaat, raak je een hele boel informatie kwijt over wat voor woningen gerealiseerd kunnen worden voor de verschillende inkomensgroepen. Daarom hebben wij de volgende vragen aan het college. Wat is de reden voor de forse verhoging van met name de mid deldure woningen naar 700.000,-? Is het college het ermee eens dat deze verhoging eerst in de commissie en/of de raad had moeten worden besproken? Is het college het ermee eens dat deze informatie voor de raad nodig is om goed te kunnen sturen wat betreft de ontwikkelingen op de Breda se woningmarkt? Is het college het met ons eens dat wij, voordat die discussie heeft plaatsgevonden en de eerste proeve van het programma wonen kunnen wij vóór de zomer verwachten, moeten vast houden aan de categorieën zoals we die tot nu toe hebben gehanteerd, uiteraard rekening houdend met de aanpassingen op rijksniveau? Wethouder ADANK Ik vind uw suggestie om te komen tot verschillende prijscategorieën best sympathiek. Het lijkt mij ver standig daarover eerst een politieke discussie te voeren conform het duale systeem. Ik ben erg be nieuwd naar de reactie van de commissie op uw voorstel om een nieuwe schijf te introduceren terzake de koopwoningen. U dient dat aan de politiek, aan uw collega's voor te leggen, alvorens het college daarover een besluit neemt. Duidelijk is wel dat we 1 januari een geactualiseerd beeld moeten hebben en daarover ook besluiten zullen moeten nemen. Ik denk dat uw enigszins gedifferentieerde vraag, mede ingegeven door het huidig vigerend beleid, onderwerp van gesprek zal moeten zijn in de com missie RO, dat we vervolgens kijken of daarvoor draagvlak is en ik dan het college zal voorstellen conform de wensen van de gemeenteraad te besluiten. Dit is wat ik mevrouw Overboom eigenlijk wil voorstellen. TWEEDE TERMIJN Mevrouw OVERBOOM Ik ben in ieder geval blij met de constatering van de wethouder dat het een discussie moet zijn die in de commissie en de raad moet worden gevoerd. Daarop aansluitend wil ik nog het volgende vragen. Op niet al te lange termijn kunnen we de eerste proeve van het programma wonen verwachten. Kun nen we tot die tijd nog steeds uitgaan van datgene waarvan we tot nu toe zijn uitgegaan? Wethouder ADANK Het college zal het laatste standpunt in zijn overwegingen betrekken. De VOORZITTER Akkoord? Ik stel voor om dit agendapunt verder als behandeld te beschouwen en over te gaan naar het volgend agendapunt. VIII. 1. VERBETERING WATERTOERISME, VERPLAATSING VAN JACHTHAVEN DE WERVE EN LE GALISATIE WOONBOTEN IN BELCRUMHAVEN. Het betreft de goedkeuring van het herinrichtingsplan ten behoeve van een passantenhaven aan de Belcrumweg in het kader van de verbetering van het watertoerisme, waarbij Jachthaven de Werve wordt verplaatst naar de zwaaikom tegenover de CSM en de woonboten in de Beicrumhaven gelegali seerd gaan worden. De heer LEUNISSE In de commissie is dit punt behoorlijk besproken. Wij hadden toen een aantal aandachtspunten en we hadden het voorstel mee teruggenomen om die punten nog te bekijken en ons daarover nader te laten

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 211