30 MEI 2002 217 De VOORZITTER Ja, want ik heb begrepen dat die brief daarin aan de orde is geweest. De heer SNIER Ik vind het jammer dat de heer Kwisthout gisteravond niet aanwezig was bij de Rekeningscommissie, omdat we daar inhoudelijk over deze brief en de aantijgingen hebben gesproken. De portefeuillehou der heeft daarop gereageerd alsmede de accountant, en we hebben daar zo lang over gepraat dat niemand meer de behoefte voelde om er nog over te praten. Het is toch wel een gemiste kans dat de heer Kwisthout daarbij niet aanwezig is geweest, mede omdat de Rekeningscommissie zonder enige twijfel de meest logische plaats is om daarover te praten. Ik vind dat echt jammer. De VOORZITTER We zullen kijken of de portefeuillehouder hierop wil ingaan, dan wel dat hij verwijst naar de notulen van de vergadering van de Rekeningscommissie. Mevrouw OVERBOOM Vanwege omstandigheden waren wij gisteren helaas ook niet aanwezig bij de Rekeningscommissie. Wij kunnen, het advies lezende, ons daarin in ieder geval vinden, maar ik wil toch nog een aantal zorgpunten uitspreken die wij anders gisteren hadden ingebracht. Zij hebben met name betrekking op de totaalnota. Wij constateerden onder andere bij de dienst RME dat meer dan de helft van de mid delen die beschikbaar zijn voor het grotestedenbeleid niet is uitgegeven en dat die wordt doorgescho ven. Voor het eerst is nog onbekend waaraan de middelen terzake het Investeringsbudget Stedelijke Vernieuwing precies worden uitgegeven. Als we rekening houden met het feit dat we over niet al te lange tijd weer een nieuwe claim bij het Rijk moeten indienen voor een nieuwe periode van vier jaar, dan lijkt het ons toch erg verstandig om met krachtige voorstellen te komen voor de besteding van die middelen. Bij de Kadernota zullen wij daar in ieder geval nog op terugkomen. Voorts hebben wij een vraag terzake de algemene reserve. In de totaalnota lezen wij dat daar ten behoeve van de college onderhandelingen 7 miljoen euro zijn uitgehaald en wij vinden dat toch wel een zorgpunt, gezien de omvang van de algemene reserve en de risicopositie van de gemeente. Het laatste punt is, we heb ben daar eerder om gevraagd en wij willen u daaraan herinneren, dat wij om een nieuwe meerjaren raming en -planning tot 2010 hebben gevraagd terzake het Grondbedrijf. Wethouder OOMEN Ik wil beginnen met antwoord te geven in de richting van de heer Kwisthout. Ik onderschrijf de woor den van de heer Snier dat het forum dat gisteren bijeen is geweest hét forum is dat daarover moet spreken. Wij hebben dat ook gedaan. Maar u kent mij als een democraat, vandaar dat ik toch de moeite neem om u nog het een en ander te vertellen. De heer KWISTHOUT Bij interruptie. Ik had me inderdaad afgemeld voor de Rekeningscommissie. Ik ben het met u en de heer Snier eens dat dat hét podium is om dat te bespreken. Ter verdediging wil ik nog aanvoeren dat ik de brief pas zag op het moment dat de Rekeningscommissie al was begonnen. Wethouder OOMEN Ik zal toch proberen om er nog iets over te zeggen. De brief die wij hebben gekregen, ik ben dat nog eens nagegaan, was exact dezelfde als die we vorig jaar hebben gekregen. Als u hieraan waarde hecht, dan zou u kunnen zeggen dat er in de jaarrekening misschien structurele elementen zitten die bij de gemeente Breda niet goed zijn. Maar als ik daartegenover stel dat deze brief ook naar diverse andere gemeentes is gegaan, ik heb er bijvoorbeeld een opgevraagd bij de gemeente Amersfoort, met exact dezelfde vragen, alleen met andere getallen, andere data en andere namen, dan zult u begrij pen dat voor het college alleen maar belangrijk is datgene wat de accountant ervan vindt en die was positief. In de richting van D66 het volgende. Waar u refereert aan de jaarrekeningen van de diverse onderdelen, mevrouw Overboom, moet ik u melden dat het gebruikelijk is dat die ook in de eigen commissie aan de orde komen en niet alleen hier in verband met de totale jaarrekening. Ik kan er wel iets over zeggen. Met betrekking tot het ISV-budget is in het Programakkoord opgenomen dat we dat dit jaar gaan screenen om te proberen daarop volgend jaar nog meer grip te krijgen dan we nu op dit moment al hebben. Het staat in ons Programakkoord, ik weet niet of u dat heeft gelezen. In de richting van Leefbaar-Breda wil ik met betrekking tot de begroting in één oogopslag het volgende opmerken. Ik

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 217