30 MEI 2002 226 hadden er eerlijk gezegd een beetje op gehoopt dat binnen de regelgeving van het ministerie van Binnenlandse Zaken hier nog wat leuks van te maken zou zijn. Dus u moet mijn houding van dit mo ment, die inderdaad anders is dan ik eerst had ingenomen, zien als een uiterst teken van teleurstelling over de procedure. Wij vinden het echt heel erg jammer dat het blijkbaar niet anders kan. We weten niet wie we dat precies moeten aanrekenen, maar wij willen het op deze manier duidelijk maken. Ove rigens denken wij dat het voor het eindresultaat van uw commissie niet veel zal uitmaken. De heer TAKS Ik denk dat de naam van de heer Scheltens zonder bezwaar uit de verordening kan worden ge schrapt. Dat vereist geen andere weg, lijkt mij, zijn naam is simpelweg door te halen. De VOORZITTER Exact. Dat lijkt mij ook. De heer HAARHUIS Het zal wel moeten, als de GroenLinksfractie dat zo uitspreekt. Ik vind het toch zeer te betreuren dat we niet met het aanvankelijk beoogd en ook toegezegd aantal leden voort kunnen. Ik vind het toch een beetje een rare beweging van GroenLinks. We hebben nu eenmaal deze regelgeving en we moeten die toch met elkaar op een goede en ordelijke manier volgen. Ik vind het erg spijtig dat GroenLinks zich terugtrekt. De heer DUBBELMAN Ik wil mij hier volledig bij aansluiten. Wij hadden ons op voorhand verheugd op de bijdrage van GroenLinks met een fris, misschien wat anders gestemd geluid, want daar worden we met elkaar wij zer van. Wij vinden dit heel jammer. En wij vinden eigenlijk dat u hiermee een stukje verantwoordelijk heid voor het gemeentebestuur ontloopt. De VOORZITTER Ik denk dat hiermee voldoende is gezegd over en weer. De standpunten zijn uitgewisseld en met uw welnemen en ook met de bijdrage van de heer Taks zou ik dit punt verder willen afsluiten. Akkoord, met de aantekening dat de fracties van Leefbaar-Breda/PvhZ, GroenLinks en de SP geacht wensen te worden te hebben tegengestemd. 12. STADSERF 2. Betreft de huisvesting van de raadsgriffie in het pand Stadserf 2. Verder wordt een krediet gevraagd voor de externe restauratie en de interne renovatie van genoemd pand. De heer DUBBELMAN Zoals u weet heeft onze echte griffiedeskundige, de heer Augenbroe, in de betreffende commissiever gadering het stuk mee teruggenomen alvorens het CDA hierover een besluit zou nemen. Wij hebben de tijd gevonden om daarover met elkaar te spreken en ik moet u zeggen dat de argumentatie van het voorstel ons niet heeft overtuigd. Wij zijn van mening dat een griffie als het ware een soort navelstreng moet zijn, zo zou ik het willen noemen, met de raadsfracties en het verdient onze voorkeur dat de griffie ook in fysieke zin heel dicht bij de raad blijft. Dat is een belangrijk aspect van de samenwerking tussen de raad en zijn griffie. Wij hebben onvoldoende tot geen inzicht gekregen in een reshuffle van de ruimte aan het Stadserf, ook al zou dat niet op korte termijn kunnen. Je kunt daarbij denken aan Breda 750, maar misschien zijn er ook andere mogelijkheden. Het is voor ons dus onvoldoende dui delijk geworden dat het niet mogelijk is om toch binnen de bestaande locatie te blijven. En als wij dan ook nog de financiële dekking lezen, dan moet ik zeggen dat ons matig enthousiasme voor dit punt tot zelfs onder het nulpunt verdwijnt, in die zin, en ik kijk nu even naar het voorstel onder punt 2, dat iets wat wel degelijk een boekwaarde heeft door het Grondbedrijf wordt overgedragen voor een boek waarde van nul, en dat is toch nogal bedenkelijk. Verder verwijs ik naar punt 5 van het voorstel, waar we een blokkering gaan aanspreken voor onderhoud gebouwen van, even afgerond, bijna 800.000,- - of zelfs meer dan 800.000,-, en ook dat vinden wij nogal discutabel. Wij zijn eigenlijk toch van oordeel dat wij op dit ogenblik hiermee niet kunnen instemmen. Wij willen best blijven nadenken over een nieuwe huisvesting en ook over de ARBO-normen, maar op dit ogenblik hebben wij, na bestude-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 226