25 JUNI 2002 261
menteel zijn wij in gesprek met de Politie over de voortzetting van het convenant, maar wel met een
andere inhoud. Het gaat daarbij niet meer om het inhuren van politiecapaciteit, maar om de politie-
prestaties. De sturing op output is daarbij een middel om prioriteit in het kader van het integraal veilig
heidsbeleid te verwezenlijken. Gelijktijdig met de nota Beleidsaansturing Politie zal het convenant aan
de raad worden voorgelegd. Dat zal dus in het najaar worden. De PvdA vraagt om de raad regelmatig
te informeren over de stand van zaken rond het station en het Valkenberg. Enkele anderen hebben
ook al daarop gewezen. De raadscommissie zal regelmatig worden geïnformeerd. De Politie is intus
sen bereid gebleken het project VAST te continueren tot het eind van dit jaar. Gelijktijdig zal worden
gestreefd naar een meer structurele aanpak in dit gebied. Die zal dan moeten worden vastgelegd in
een convenant. Daarbij wordt de veiligheidssituatie regelmatig gemonitord. Wat betreft de nachtop-
vang van de daklozen het volgende. Er is nu al nachtopvang en dagopvang voor daklozen gedurende
vier dagen per week. Een eventuele uitbreiding is in ontwikkeling, maar die zal niet voor het einde van
het jaar gerealiseerd kunnen worden. Breda '97 heeft het ook over het VAST-project. Het gebied, men
vraagt met name naar de noordzijde, is onderdeel van het VAST-project. Hiervoor is zeker aandacht.
Onlangs hebben wij in de Driehoek nog extra daarop aangedrongen. Criminaliteit moet volgens Leef-
baar-Breda hard worden aangepakt. Criminaliteit en overlast als gevolg van harddrugsgebruik moeten
inderdaad gericht worden aangepakt. Daarbij moet de straf evenredig zijn aan het gepleegde delict. In
bepaalde gevallen kan er een strafrechtelijk verbod, bijvoorbeeld een uitgaansverbod of een station
verbod worden opgelegd. Er moet wel een juridische basis daarvoor zijn. Bovendien mag het gebied
waarvoor het verbod geldt niet te ruim worden genomen, het zal direct gerelateerd moeten zijn aan het
gebied waarbinnen de overlast wordt veroorzaakt en de strafbare feiten worden gepleegd.
De heer BOER
Is het, als ik het vragen mag, mijnheer de voorzitter, eigenlijk niet gewoon vechten met gebonden
handen? Regelmatig horen wij dat het gevecht op de straat al verloren is. Dat kan toch niet?
De VOORZITTER
Ik zeg al, juridisch zijn wij, en justitie met name, beperkt in de mogelijkheden. En als u dat 'vechten
met gebonden handen' noemt, dan is dat zo. Een huisuitzetting, daarover is ook gesproken, is civiel
alleen mogelijk indien vanuit het betreffende pand overlast wordt veroorzaakt. Dat heeft bijvoorbeeld
plaatsgevonden in Geeren-Noord, waar de woningbouwvereniging met behulp van de gemeentelijke
coördinator Drugsoverlast een huisuitzetting als gevolg van drugsoverlast heeft geëffectueerd. Ingeval
van ernstige langdurige drugsoverlast kan een pand door de burgemeester alleen dan bestuursrech
telijk worden gesloten, indien de eigenaar de overlast laat voortduren. En dan hebben we het over de
eigenaar. Dat heeft zich in Breda tot op heden nog niet voorgedaan. Het is niet mogelijk om iemand
zijn huis uit te zetten indien de overlast die deze persoon veroorzaakt geen relatie heeft met de ge
dragingen in de woning. Dat was mijn bijdrage. Ik geef nu het woord aan de heer Adank.
Wethouder ADANK
Naar aanleiding van de reacties van de fracties in de eerste termijn het volgende. De opmerking van
de heer Dubbelman over ISV kan ik onderschrijven. We hebben in het programakkoord ook opmerkin
gen gemaakt over de operatie van het uitzuiveren van de posten die in de stedelijke vernieuwing zitten
en die voorlopig weggezet zijn in een meerjarenperspectief. Als college willen wij, dat is ook in het
programakkoord zo afgesproken, die uitzuivering de komende maanden verder verfijnen, zodat het
alsnog mogelijk is om voor het einde van dit jaar een mogelijk politieke heroverweging plaats te laten
vinden. Daarvoor zul je eerst heel duidelijk moeten zijn over het volgende: welke posten zijn onom
keerbaar ingevuld, waar liggen verplichtingen of contracten aan ten grondslag, maar ook welke posten
zijn in een meerjarenplanning vastgelegd waaronder geen verplichtingen liggen? Wij vinden dat die
posten voor een politiek-bestuurlijke heroverweging in aanmerking komen. Ik denk dat dat ook wel
moet, gelet op de budgettaire capaciteit en de totale capaciteit waarover de wethouder Middelen heeft
gesproken. U spreekt in uw beschouwingen over incidentele projecten zoals de BRTS, de Boschstraat
en het Brabantplein. Bij mijn beste weten zijn over de meeste van deze voorstellen in de commissie
nadere discussies geweest en over enkele zijn zelfs raadsbesluiten voorgedragen. Ik noem hier bij
voorbeeld de ernst van de Boschstraat, waarvoor op initiatief van de raadscommissie en op initiatief
van het Platform in de commissie van maart 2002 een plan van aanpak is gepresenteerd. Daarvan
hebben wij gezegd: d'accord, wij zullen moeten proberen om bij de Begroting 2003 de investeringsbe
dragen te vinden, zodat we dat plan kunnen uitvoeren. Ik vind overigens dat datzelfde in morele zin
ook geldt voor het Brabantplein, met name als het gaat om de publieke ruimte. Wat betreft de totale
investeringscapaciteit hebben wij enkele jaren geleden, toen we het hadden over de inlopers, met z'n
allen afgesproken dat we in de eerste plaats kozen voor de Haagdijk. Daarbij was de Boschstraat de