25 JUNI 2002 285 subsidie komen. Ik heb het idee dat dat nu al is losgelaten, want als die subsidie komt dan gaat die naar de Oostflank, en de Haven gaat sowieso door, ook los van die subsidie. Maar ook daarover wil ik graag bij het debat, als dat daar is, doorgaan. Wat volkshuisvesting betreft wil ik de heer Arbouw graag de gelegenheid geven om in de komende periode de toch wel stevige taal en de aardige be leidsvoornemens waar te maken. Wij wachten dat met spanning af. Wat dat betreft zouden wij als fractie graag een spoedig debat in de openbaarheid hebben, waarin ook de controlerende rol van de gemeente in het geheel aan de orde kan worden gesteld. Ten slotte de studenten. Ik zie de motie van GroenLinks zo meteen wel. Ik zou graag de steun van de andere fracties hebben voor ons voornemen om de complete integrale studentenproblematiek in de daarvoor geschikte commissie een keer te bespreken. Dank u. De VOORZITTER Dank u wel. Mevrouw Overboom van D66. Mevrouw OVERBOOM In de eerste termijn hebben wij al onze opmerkingen gemaakt over de wijze waarop deze Kadernota wordt behandeld. Als ik dat vanavond zo meemaak dan denk ik dat dit inderdaad niet de werkwijze is zoals wij die vanavond voorstaan. Het is niet of nauwelijks een discussie tussen de fracties, maar een in de richting van het college en het college is tot nu toe het grootste gedeelte van de tijd, zeker in de eerste termijn, aan het woord geweest. Dus wij zijn in ieder geval van plan om ons aan te sluiten bij initiatieven voor een andere invulling. Voorts vinden wij dat er een monistische werkwijze wordt ge hanteerd, bijvoorbeeld als het gaat over de wijkgerichte aanpak. Ik heb in de eerste termijn aangege ven dat de discussie ook aan de raad is. In het rapport van Weterings wordt in een van de eerste con clusies al aangegeven dat dit, gezien de wijze waarop het de afgelopen jaren is gegaan, mede is mislukt door het gebrek aan kaderstellen door de raad. Dus wij blijven eraan vasthouden dat het met name een taak is van de raad om die werkwijze in te vullen. Wij willen graag een discussie in de raad over dat rapport. Die monistische aanpak zien wij ook in de wijze waarop met de problematiek rondom NAC wordt omgegaan. Op dit moment wordt er door het college aan gewerkt en in de raad vindt hier over eigenlijk geen discussie plaats. Wat ons betreft is er alle aanleiding om naar de huidige werkwijze te kijken. Wat betreft de voorzieningen zijn wij blij met de opmerkingen daarover van Breda '97, die eigenlijk op dezelfde lijn zit, namelijk om te proberen zo veel mogelijk het niveau in de wijken en dor pen te handhaven. Met de opmerking van de heer Adank over de mogelijkheden om bibliotheken te handhaven met een ICT-functie, zijn wij ook blij, omdat dit mede aansluit bij de lijn die wij zouden wil len gaan volgen. Wat betreft het onderwerp Breda studentenstad, kan ik op dit moment in reactie op de vraag van de SP al zeggen dat dit wat ons betreft ook een heel belangrijk aandachtspunt is. Wij zullen zo meteen de motie van GroenLinks daarover wel zien. Bij onze schriftelijke inbreng hadden wij een aantal financiële vragen. Ik heb begrepen dat onze inbreng helaas te laat was binnengekomen, dus ik kan me voorstellen dat die vragen op dit moment niet kunnen worden beantwoord. Ik zou wel graag daarop een andere keer antwoord willen krijgen. Op dit moment wil ik wel vragen, dat heb ik al bij de vorige raadsvergadering over het programakkoord gevraagd en nu weer, om de Meerjarenra ming van het Grondbedrijf. Omdat ik daarop nu nog geen antwoord heb gekregen, zou ik dat alsnog graag willen krijgen. Daarnaast heb ik ook een heel specifieke vraag als het gaat om de prijsverhoging van de grondprijzen voor sociale woningbouw. Ik zou graag willen weten wat het beeld is, hoeveel extra inkomsten jaarlijks daaruit voortvloeien en waar die zullen worden ingezet, want wij hebben wat twijfels bij het inzetten van de extra inkomsten uit de sociale woningbouw, het programakkoord gaf die mogelijkheid, voor het gemeentelijk woningbeleid. Wat betreft de Spoorzone zouden wij ten slotte nog willen aangeven dat wij een groot voorstander zijn, en daarmee willen wij ook afsluiten, net zoals wij dat de afgelopen tien jaar hebben gedaan met onze opmerking over het heropenen van de Haven, van een nieuwe ontwikkeling van het CSM-terrein. De VOORZITTER Dank u wel. Wat die technische vragen betreft lijkt het mij goed deze in de commissie te laten bezor gen, zodat zij daar aan de orde kunnen komen. Ik ga zo meteen de moties aan de orde stellen. Ik neem nu even de nummering met u door, zodat ook het college op de moties kan reageren en uzelf wellicht dadelijk nog in een korte instantie. De eerste twee ingediende moties waren van Leefbaar- Breda. Nummer 1 is de motie over NAC, nummer 2 die over de burgemeester die minister werd, het vervoer in Hasselt en het openbaar vervoer. Motie 3 is de motie-Brabantplein, motie 4 de motie- Boschstraat en motie 5 de motie-studentenstad Breda. De moties 3, 4 en 5 zijn door GroenLinks inge diend. Als we het zo meteen over motie 1, 2, 3, 4 of 5 hebben dan weten we in ieder geval gezamen lijk waar we het over hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 285