4 JULI 2002
324
Akkoord met de gewijzigde conceptagenda.
IV. VRAGENUUR.
leder raadslid kan vragen stellen aan het college of aan de burgemeester. Een raadslid dat vragen wil
stellen moet dit minimaal 24 uur voor de vergadering melden bij de voorzitter.
De VOORZITTER
Er zijn enkele vragen ingediend. Mag ik ook vragen om dat staccato te doen? Leefbaar-Breda heeft
nog een drietal vragen liggen en ik geef de heer Boer daarvoor het woord. Ik stel voor om de drie vra
gen eerst te stellen waarna wij ze zullen beantwoorden.
De heer BOER
Ik heb de vragen schriftelijk aan het college doen toekomen en niet aan de raad. De eerste vraag is:
was van tevoren bij de ambtenaren bekend dat de eisen, zoals die binnen het terrein parkeren in het
bestemmingsplan Zuid stonden voor het kantoor over het Oranjeplein, niet haalbaar waren? Dit heeft
de heer Van der Hoeven namelijk verklaard tegenover een bewoner van de Watermolen. Onze twee
de vraag gaat over het artikel in BN/DeStem dat luidt: 'Moeder slachtoffer ten einde raad'. Wij hebben
dat artikel meegezonden. Het gaat over een overval en diefstal van een gsm. Op een gegeven mo
ment wordt aan de politie duidelijk doorgegeven de naam en toenaam van degene die heeft gestolen.
Vervolgens vindt er geen enkele vervolging plaats. Wij hebben dat opgevat dat de straat toch het ge
vecht wint. Wij vinden dat een buitengewoon slechte zaak. Wij verwachten van de voorzitter dat hij,
maar ik weet niet of dat kan binnen het duale systeem, daarop antwoord kan geven. Het derde punt
betreft het volgende: wijkraad dreigt met inspectie over de Zandbergschool. Daarbij is aangegeven dat
er sprake is van een zeer slechte situatie. Wij zijn dan wel niet met de Kadernota akkoord gegaan,
maar we zijn wel akkoord gegaan met het punt dat er een enorm bedrag bijkomt om scholen te repa
reren. Wij vragen de wethouder of dit verhaal haar bekend is en wat er op korte termijn kan worden
gedaan.
De VOORZITTER
Ik begrijp dat er in ieder geval aan wethouder Niederer en wethouder Heerkens een vraag is gesteld.
Wat mijzelf betreft, ik zal beginnen met het artikel in BN/DeStem dat u heeft meegezonden en waarbij
een klacht is ingediend. Ik hoorde voor het eerst hiervan aan de hand van uw vragen. De klacht is niet
overeenkomstig de klachtenregeling ingediend. Dat betreur ik. Neen, dat is niet gebeurd. Als dat wel
was gebeurd, dan was die zaak via de korpschef afgehandeld. Vanochtend heb ik in het politieoverleg
dit aspect nog uitgebreid aan de orde gehad en de districtschef heeft mij gemeld dat intussen deze
zaak, naar kennelijke tevredenheid, is opgelost. Ik heb hem gevraagd of het mogelijk is dat u deze
kwestie bilateraal met de districtschef, de heer Martens, opneemt. Hij wil u met alle plezier uitleg ge
ven over dit punt. Daarmee lijkt mij het antwoord vooralsnog gegeven. Ik geef nu het woord aan de
heer Niederer, als hij daartoe al in staat is, om antwoord te geven op de vraag met betrekking tot het
bestemmingsplan Zuid en het Oranjeplein.
Wethouder NIEDERER
De kwestie die de heer Boer aanstipt is al een aantal keren in de commissie Ruimtelijke Ordening aan
de orde geweest. U moet onderscheid maken in het moment waarop. Als u bedoelt het moment van
de parkeervoorzieningen van het kantoor boven het Oranjeplein vóór de vaststelling van het bestem
mingsplan, dan is het antwoord neen. Want toen was er ruimte om die parkeergelegenheid in te plan
nen op de eerste bouwlaag. Wat wellicht interessanter is, is het moment dat het feitelijke bouwplan
werd voorgelegd. Toen werd duidelijk dat die parkeervoorziening niet binnen het geldende bestem
mingsplan kon worden ingepast en vandaar dat er een verzoek om vrijstelling ex artikel 19 van de Wet
RO is ingediend. Wat ervoor pleit om die vrijstelling te doen is dat je, wanneer je parkeert bij de kan
toorvoorziening, dan op de punten van verkeersveiligheid en verkeersafwikkeling op het Oranjeplein in
de problemen komt en ik begrijp ook dat om redenen van welstand een parkeergarage op de begane
grond minder wenselijk is.
De heer BOER
Dat is nu net de essentie van mijn vraag. In eerste instantie is daarin niet voorzien en toch stond in het
bestemmingsplan dat er zou worden geparkeerd op het in het bestemmingsplan aangegeven blokje.
Naderhand is daarover door ambtenaren verklaard dat parkeren ter plekke, gewoon zoals het in het