26 SEPTEMBER 2002
396
Gedurende die vijfjaren is er af en toe een deelplan op tafel gelegd, en meer niet. Vijfjaar lang hebben de
meeste fracties geroepen: waar blijven de toekomstige verkeersmaatregelen waarin we moeten gaan
geloven, en nu is dat weer zo. Driejaar na het raadsbesluit, waarin door de raad werd uitgesproken dat er
pas bestemmingsplannen zouden worden voorgelegd als de effecten van de te nemen verkeersmaatre
gelen in de kom van Teteringen afdoende duidelijk zouden zijn, ligt er nog geen totaalplan. Dus tot nu toe
zijn er geen afdoende, duidelijke plannen die de verkeersafwikkeling voor Teteringen geloofwaardig ma
ken, en is er geen financiële onderbouwing, want die ontbreekt nog compleet. De afspraak is duidelijk.
Zeker, er zijn volop goede voornemens, maar we rekenen volgens afspraak op concrete maatregelen. Dat
zijn we na het raadsbesluit van 27 mei 1999 aan onszelf verplicht. Ook de BORDT-studie geeft geen con
crete oplossingen voor de te verwachten verkeersproblematiek. Er is alleen een erkenning van het pro
bleem en eventueel ondersteuning bij het zoeken naar oplossingen. Breda '97 voelt er ook niets voor om
de bevoegdheid om de uitwerkingsplannen vast te stellen aan het college over te laten, omdat de uitwer
kingplannen eveneens te maken hebben met datzelfde verkeer, met de aantallen en met wat er wordt
gebouwd, en omdat in de detailplannen voor Om de Haenen het ontwerp van de golfstrip duidelijk gewor
den is. De bebouwingsdichtheid is hoog en de strip is veel te lang naar de maatstaven van het huidige
Teteringen. De golfstrip sluit het landschap af van de bestaande bebouwde kom. De golfbaan beperkt de
recreatiemogelijkheden voor de huidige inwoners, terwijl in de toekomst, gezien de groei van het dorp,
juist de dagrecreatie om uitbreiding vraagt. Een golfbaan is nu eenmaal geen wandelpark. Het verweer
met betrekking tot de mer-plichtigheid door mr. Baan heeft ons overtuigd dat de uitspraak van de presi
dent van de rechtbank Rotterdam ook hier van toepassing moet worden verklaard. Immers, hier in deze
Vinex-locatie Teteringen is wel degelijk ook sprake van een aaneengesloten gebied, ondanks het feit dat
het in verschillende bestemmingsplannen is opgeknipt. Volgens Breda '97 geldt ook hier, in het verlengde
van de uitspraak van de rechtbank van Rotterdam, de mer-plicht. Breda '97 is van mening dat de milieu
cirkels, die in vele bezwaarschriften worden genoemd, voorlopig gehandhaafd dienen te worden, totdat
deze cirkels door aankoop of onteigening van die bedrijven zichzelf overbodig maken, want dan zijn ze
niet meer nodig. Het is niet correct vooruit te lopen op een toekomstige situatie, waarin nog alles mogelijk
is. Het opheffen van milieucirkels kan de nodige problemen opleveren. Het is ook niet correct ten opzichte
van de huidige gevestigde bedrijven daar ter plaatse, dat mag duidelijk zijn. Breda '97 is tegen het vast
stellen van deze bestemmingsplannen op basis van de volgende argumenten. Veel van de ingediende
zienswijzen zijn naar onze mening steekhoudend. Er is geen helderheid over de te nemen verkeersmaat
regelen. De voorgestelde bebouwing van de golfstrip past niet in Teteringen. De golfbaan beperkt de re
creatiemogelijkheden voor de huidige en toekomstige bewoners, terwijl uitbreiding juist gewenst is. De
milieucirkels heffen zich bij de aankoop of een eventuele onteigening zelf op. Nu duperen we de huidige
agrariërs misschien in hun bedrijfsvoering. En er is een mer-plicht voor de totale Vinex-locatie. Ten slotte.
Het is naar de mening van Breda '97 onjuist om na de themabehandeling over de bestemmingsplannen in
de oktobervergadering van de commissie SOW met voldongen feiten naar Teteringen te gaan. De be
sluitvorming dient na zo'n themavergadering plaats te vinden. Dit is een onjuiste optie van een politiek
relevante zaak in het kader van de dualisering. Breda '97 is tegen.
De heer DE ROOS
GroenLinks heeft vier redenen om tegen dit raadsvoorstel te stemmen. Voor een deel sluiten die aan bij
wat Leefbaar-Breda en Breda '97 hebben gezegd. Maar om even volstrekt duidelijk te maken hoe wij pre
cies staan, zal ik het standpunt volledig weergeven. Allereerst het punt van de verkeersproblematiek. Ten
tijde van de vaststelling van het Structuurplan door de raad op 27 mei 1999 is onder meer bepaald dat
geen bestemmingsplannen zouden worden voorgelegd aan de raad dan nadat de effecten van de te ne
men verkeersmaatregelen afdoende zouden zijn gebleken. Dan hebben we het natuurlijk vooral over de
Oosterhoutseweg. Wat eminent van belang is, is dat de raad iets soortgelijks al eerder heeft gezegd. Al in
november 1997 is er een raadsvergadering geweest over de structuurvisie, waarbij de termen go en no go
en gogo ontzettend vaak zijn gebruikt. De heer Adank, als toenmalig fractievoorzitter van het CDA, heeft
die woorden vaak in de mond genomen en mijn fractiegenoot Scheltens ook. Waar het om ging was dat
ook toen al, dus in 1997, werd gezegd dat bij het volgende besluit alles duidelijk moest zijn wat betreft de
verkeersmaatregelen. Die moesten afdoende zijn om de grote druk die werd verwacht op de Oosterhout
seweg op te vangen. En hoe is de situatie nu, vijfjaar later? Collega Van Yperen zei net al dat er nog
geen uitzicht is op afdoende verkeersmaatregelen. De Oosterhoutseweg is nu al overbelast en na realise
ring van 2.000 a 3.000 woningen wordt dat helemaal een puinhoop. Wel is het zo dat er werkzaamheden
verricht zijn aan en gepland zijn voor de Noordelijke Rondweg en de Tilburgseweg, maar je kunt nu al zien
aankomen dat dat gewoon niet voldoende zal zijn. Wat dat betreft wijk ik af van de opvatting van mevrouw
Van Hasselt. Wat is er verder nog te verwachten? De HOV zou nog een mogelijkheid kunnen zijn, maar
we weten inmiddels dat deze regering niet veel trek heeft om aan dit soort projecten op korte termijn sub
sidie te gaan geven, dus dat wordt ook een lang verhaal. En dan de BORDT-studies, het overleg tussen