26 SEPTEMBER 2002 397 de verschillende gemeentes in deze regio, waarover ook al is gesproken. Terecht is ook zojuist al gezegd dat de problematiek wel wordt onderkend, maar dat er geen oplossingen moeten worden verwacht, zeker niet op afzienbare termijn. Niet voor niets is de gemeente Oosterhout komen inspreken en heeft zij een zienswijze gegeven op het bestemmingsplan, vanwege de bezorgdheid over de problemen die ontstaan bij het invullen van deze bestemmingsplannen. Wat radicalere oplossingen heb ik nog niet gehoord, zoals de knip in de Oosterhoutseweg, waarover al wel hardop is gedacht, maar die niet serieus is onderzocht. En dan heb je het dus over het weren van het doorgaand verkeer aan het einde van de Oosterhoutseweg. Dat soort oplossingen is op geen enkele manier serieus aan bod geweest. Ik concludeer dat het geens zins zo is dat de effecten van de te nemen verkeersmaatregelen afdoende zijn gebleken om de verkeers problemen het hoofd te kunnen bieden bij de uitbreiding van Teteringen. Hiermee kom je eigenlijk op een klassiek probleem bij veel Vinex-locaties in Nederland: eerst wordt er buiten de bebouwde kom een forse wijk uit de grond gestampt en pas dan gaat men zich bezinnen over hoe het moet met de ontsluiting, met het verkeer. De raad heeft in november 1997 en in mei 1999 Mevrouw KOKX Bij interruptie. U weet dat Teteringen op dit moment goed ontsloten is via het openbaar vervoer? De heer DE ROOS Ja, maar het zou nog beter kunnen en dat is nodig ook vanwege de toename van het aantal verkeersbe wegingen dat wordt verwacht. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Ter interruptie. De heer De Roos spreekt over de knip in de Oosterhoutseweg. Daarover is inderdaad weieens gedacht, maar dat zijn maatregelen die pas genomen gaan worden en waarover echt serieus zal worden nagedacht als de maatregelen die nu genomen zijn niet voldoende blijken te zijn. Dus dat zijn maatregelen die allemaal nog kunnen, als het doorgaande verkeer inderdaad niet afdoende wordt ge weerd. De heer DE ROOS Ik vind het wel jammer dat eigenlijk pas dan daaraan wordt gedacht en dat niet nu al wordt gekeken naar wat echt zou kunnen helpen. Want, nogmaals, ik ben er absoluut niet van overtuigd, integendeel zelfs, dat datgene wat nu wordt voorgesteld effect zal sorteren. Mevrouw VAN HASSELT-BLANKERS Maar waarop baseert u uw wantrouwen? De heer DE ROOS Op onder andere de gegevens omtrent de te verwachten aantallen verkeersbewegingen als gevolg van alle nieuwbouw in Teteringen. Die gegevens kent u ook. Ik denk dus niet dat de Oosterhoutseweg, die nu al zo belast is, dat nog aankan. Hoe dan ook, de raad heeft in november 1997 en in mei 1999 duidelijk een norm gesteld op dit punt. Het is eigenlijk een kaderstelling geweest avant la lettre. Nu akkoord gaan met deze drie bestemmingsplannen betekent dat de raad zijn eigen normen niet in acht neemt, en, wat nog erger is, de belangen van zijn eigen burgers, de huidige en de toekomstige Teteringse bevolking, verkwanselt. Het tweede punt is de mer-verplichting. Is er nou wel of niet een verplichting om een milieu effectrapportage uit te brengen? Wat onze fractie betreft is er hier toch sprake van een salamitactiek. Het gaat eigenlijk om één Vinex-gebied, maar dat gebied wordt in meerdere stukjes geknipt en op die manier wordt de verplichting ontlopen om tot een milieueffectrapportage te komen. Inhoudelijk is het niet correct, omdat het toch gaat om één groot plan, met alle gevolgen van dien. Juist hier is een mer op zijn plaats. Wat zijn de effecten van een zo grote ruimtelijke ingreep op dit gebied? In casu heb je het immers over een Vinex buiten de bebouwde kom, het gaat om zeker meer dan 2.000 woningen en het is wel degelijk een aaneengesloten gebied. Ik weet dat de rechtbank Breda onlangs over een deel van dit plan een oor deel heeft gegeven, waarbij gezegd is dat we hier te maken hadden met meerdere gebiedjes, maar ik stel daar toch tegenover dat er ook andere rechters zijn die er wel degelijk anders over denken. Nog daarge laten dat de gemeente ook op vrijwillige basis een mer-rapportage kan uitbrengen. Ook hier geldt dat de raad de normen moet stellen ter bescherming van de betreffende burgers in het gebied. Een derde punt is de groene buffer. In het Structuurplan is al opgenomen dat de groene buffer tussen Breda en Teteringen, dus de verbinding tussen de Lage Vughtpolder en de bossen aan de oostkant, zou moeten worden ver breed. Niet gebleken is dat dit serieus is geprobeerd. Zoals de Brabantse Milieufederatie heeft betoogd is 60 meter breedte te smal om een goede verbindingszone te handhaven. Het vierde punt betreft de wa termachine. Dat is eigenlijk het belangrijkste ecologische onderdeel van het hele plan. Al eerder had de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 397