31 OKTOBER 2002
446
voorstel, alternatief C, is op dit moment het beste voorstel, het beste wat je op dit moment kunt doen.
Enerzijds, door wel de mogelijkheid te geven om de sanering door te voeren, ook financieel, en an
derzijds, door heel duidelijk de bal weer terug te leggen bij NAC, en te zeggen: wij hebben ons best
gedaan, nu is het aan jullie om het waar te maken, jullie hebben nu de mogelijkheid daartoe. De SP is
van mening dat de dekking weliswaar niet 100% sluitend is, maar dit is wel het beste wat je op dit
moment, gegeven de omstandigheden, kunt verwachten van NAC. Wij gaan hier sowieso mee ak
koord. Er is gewoon niet meer te dekken en het geld is gewoon nodig voor die sanering. We gaan
akkoord met dit voorstel, maar dat wil nog niet zeggen dat we in maart ook akkoord gaan met het defi
nitieve besluit. Zoals alle fracties daarbij een voorbehoud hebben gemaakt, zo maken ook wij dat.
Andere fracties hebben het ook gesteld, en ik wil het ook hier herhalen: de SP zal het uiteindelijke
resultaat van de sanering toetsen aan de eisen die de raad heeft gesteld en ook aan de eisen die de
SP daarnaast heeft gesteld. En dan zullen wij een definitief besluit nemen.
Mevrouw OVERBOOM
Toen ik eind juni het eerste rapport van Ernst Young las rezen de haren mij te berge wat betreft de
financiële en de organisatorische situatie van NAC. Daarom vonden wij het op dat moment al belang
rijk om te zeggen: als je zou willen steunen dan moet er toch echt eerst bij NAC worden gesaneerd.
Wij hebben toen ook gezegd: in principe gaan we akkoord met de lening, maar onder voorwaarden.
We zijn blij dat nu uiteindelijk door het college het standpunt is ingenomen dat er eerst van NAC-zijde
een saneringsplan moet komen. Wat ons betreft is dat iets wat tegemoet komt aan datgene wat wij in
de raadsvergadering van 4 juli al een belangrijke voorwaarde vonden. Wij vinden het wel jammer dat
dat niet op dat moment al van NAC is geëist, want het is toch heel gebruikelijk dat, als je van iemand
geld wilt gaan lenen, je dan eerst voorstellen doet hoe je denkt je eigen problemen op te lossen. Als er
dan nog een probleem blijft liggen, kun je met elkaar gaan praten over de oplossing van dat probleem.
Dus wat ons betreft hadden we het liever eerder gehad en misschien was het dan zo geweest dat die
1 miljoen, die nu nodig is om NAC draaiende te houden en om het saneringsplan te laten maken, niet
nodig was geweest. Dat is achteraf praten. Vorige week in de commissievergadering hebben wij nog
een aantal vragen gesteld aan het college over de voorwaarden die aan NAC worden gesteld over het
op te stellen saneringsplan. Ik wil ze hier even herhalen, omdat ik ze niet terugvind in de voorwaarden
die nu in het contract zijn opgenomen en er op die punten in de commissie wel een toezegging is ge
daan. Het gaat om het concretiseren van de eisen van het rapport van Ernst Young, het gaat om
een accountantsverklaring over het afgelopen jaar en het gaat erom bij de sluitende begroting ook een
aflossingsschema te eisen wat betreft de reeds openstaande leningen en de eventueel te verstrekken
lening. Vervolgens hebben wij gevraagd of in de begroting inzichtelijk blijft welke geldstromen er in het
spelersfonds omgaan. De vraag die wij verder ook nog hebben, en die is vanavond al eerder gesteld,
is in hoeverre de derde sponsor ook akkoord is met het afzien van de opbrengsten van spelers en dat
die primair naar de gemeente gaan. Kortom, wij zijn in principe bereid om de lening te verstrekken
gezien het feit dat er een saneringsplan komt. Wij vinden ook, als je daar steeds naar vraagt, dat je
NAC ook de kans moet bieden om dat saneringsplan op te stellen, waarbij wij nog willen aangeven dat
voor ons met name de supporters een heel belangrijke factor zijn om NAC deze ruimte te bieden. Wij
zijn erg onder de indruk geweest van het feit dat de supporters zelf een plan hebben opgesteld. Wij
hebben van hen ook een toelichting gekregen op de wijze waarop zij dat hebben gedaan en het werk
dat zij daarin hebben gestoken. Dus wij willen in ieder geval dat werk van de supporters belonen en
wij willen hen tot het uiterste daarin steunen.
Wethouder OOMEN
Dames en heren, op de eerste plaats dank voor datgene wat u hier naar voren heeft gebracht en veel
dank aan degenen die reeds in de eerste termijn hun medewerking hebben toegezegd aan dit raads
voorstel. Maar u zult begrijpen, voordat ik in algemene bewoordingen probeer te antwoorden, dat ik
me eerst even wil richten tot de heer Van Overveld van de VVD. Ik heb thuis al geleerd dat je in de
politiek brede schouders moet hebben, fysiek kunt u aan mij zien dat ik die heb, dat kunt u gewoon
waarnemen, maar dat neemt niet weg dat er toch een moment is dat je zegt: dit gaat een stap te ver.
Wat mij bijzonder heeft gestoord aan de heer Van Overveld is dat hij de suggestie wekt dat ik uitslui
tend met NAC bezig zou zijn en daardoor mijn andere taken zou verzaken. Voorzitter, daar protesteer
ik met klem tegen. Als een lid van deze raad dat zegt, dan vind ik datje dat niet alleen moet zeggen,
dan kun je daar misschien nog iets meer aan verbinden. Maar ik wil met alle nadruk toch daar stelling
tegen nemen, want zolang ik in de politiek zit heeft althans de buitenwacht mij altijd gekenschetst als
iemand die met zijn werk bezig is, die werkt. Het is niet zo dat wij alleen op aarde zijn om te werken,
dat weet ik ook, maar toevallig ben ik iemand die probeert een grote invulling daaraan te geven. Het
heeft mij dus bijzonder gestoord. De heer Snier had het over voorzichtig optimistisch. Ik vind dat nu