31 OKTOBER 2002
478
De VOORZITTER
Er is volgens het Reglement van Orde één termijn voor de sprekers en twee termijnen voor de indie
ners. Dus ik neem aan dat wij nu kunnen beginnen met de laatste ronde, de tweede termijn voor de
indieners.
Wethouder ARBOUW
Voorzitter, mag ik even reageren op de vraag van mevrouw Overboom? Ik heb het stukje tekst waar
naar mevrouw Overboom vroeg erop nagekeken. Ik sprak over de vrijstelling van rechtswege. Die
geeft overigens geen ruimte meer voor belangenafwegingen. Dat is het punt.
TWEEDE TERMIJN
De heer DE ROOS
Ik vind het jammer dat de andere fracties in de raad niet reageren. Voorzitter, u heeft al rondgekeken
en om een reactie gevraagd, maar dat is niet gebeurd. Ik moet dan ook constateren dat
De VOORZITTER
Een overtuigend college, denk ik.
De heer DE ROOS
Ik weet niet of u die conclusie daaraan moet verbinden. Dat zou ik toch wel wat voorbarig vinden,
voorzitter. Hoe dan ook, ik wil in de tweede termijn heel graag terugkomen op de beantwoording door
wethouder Arbouw. Ik denk dat het heel opmerkelijk is dat hij zegt: er is een aantal redenen geweest
om uiteindelijk voor de optie roltrappen te kiezen en hij noemt daarbij ook de veiligheid. Dat is uitdruk
kelijk zo naar voren gebracht. Dan denk ik: hoe kun je dat soort argumenten volhouden? Het is toch
echt vragen om moeilijkheden als je die roltrap installeert en je laat fiets- en ander verkeer met hulp
middelen, zal ik maar zeggen, daar ook passeren. Je krijgt problemen. De gemeente is wegbeheerder
en de gemeente kan ook nog weieens aansprakelijk worden gesteld voor de gevolgen van het gebruik
maken van een onveilig weggedeelte. En dat het onveilig is, staat, naar de overtuiging van onze frac
tie, als een paal boven water. U zegt: het gebruik is niet in strijd met de Europese richtlijnen. Die richt
lijnen gaan niet over het gebruik maar over de installatie op zich. Dan heb ik toch heel andere infor
matie. Ik weet niet of u op de hoogte bent van de machinerichtlijnen en van de NEN-richtlijnen die wel
degelijk in de toelichting, en dan kan ik een aantal paragrafen noemen, betrekking hebben op het ge
bruik van roltrappen. Het uitgangspunt is dat voetgangers gebruik maken van roltrappen, maar het is
niet de bedoeling dat voetgangers met fietsen of met bromfietsen of met kinderwagens gebruik maken
van roltrappen. Ik begrijp niet dat dat zo wordt volgehouden. U zegt zelf: het gaat om roltrappen van
één meter breed met een fietsvriendelijke hellinghoek. En dan denk ik: één meter breed, dat is niet
breed, dan moet je zeggen: één meter smal. Wat die fietsvriendelijke hellinghoek betreft: daar zijn
relingen, daar moet je je aan vasthouden, en als je je handen nodig hebt om hulpmiddelen vast te
houden dan kun je die relingen niet vasthouden. Holland Railconsult is geconsulteerd. Die informatie
is bekend. Daar was toen ook het Liftinstituut bij. Railconsult stond te kijken van de gefundeerde kritiek
die werd ingebracht door de medewerker van het Liftinstituut. En dat Railconsult uiteindelijk na overleg
tot dit advies komt, eerlijk gezegd geef ik daar geen dubbeltje voor. Ik denk, en de wethouder heeft
zelf ook al gezegd dat het expertgehalte in het midden kan worden gelaten, dat Railconsult in dezen
geen expert is geweest. Met betrekking tot de kwestie van het Tracébesluit denk ik dat er in dit geval
niet van uit kan worden gegaan dat het Tracébesluit en het daarop gebaseerde bestemmingsplan een
deugdelijke onderbouwing is van dit plan met roltrappen en dat hoort tot gevolg te hebben dat de
bouwvergunning moet worden afgewezen. Er is inderdaad geen beleidsruimte. Er had moeten worden
afgewezen. Ik kom nu toe aan de motie die ik wil indienen en die motie strekt ertoe dat in dezen het
beleid zoals dat door het college met betrekking tot deze kwestie is gevoerd wordt afgekeurd.
De VOORZITTER
Door de heer De Roos is een motie ingediend. Deze voldoet aan de formele vereisten, is voldoende
ondertekend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen.
De door de heer De Roos, namens de fractie van GroenLinks, ingediende motie luidt als volgt:
MOTIE (4)
De leden van de raad der gemeente Breda,