7 NOVEMBER 2002
513
De VOORZITTER
De heer Dubbelman heeft als eerste het woord. Als het kort is dan kan het vanaf de plaats, als het
lang is, zou ik zeggen, kom naar het spreekgestoelte.
De heer DUBBELMAN
Voorzitter, ik blijf graag zitten. Op alle vragen van het CDA is ingegaan. Wij accepteren met name dat
de discussie over de omslagrente een discussie is die bij de Kadernota zal worden gevoerd. Ook ac
cepteren wij, en daaraan hechten wij veel waarde, dat het inzicht in de oorzaken die hebben geleid tot
rekeningoverschotten over meerdere jaren ook in dat kader aan de orde komt. Wat dat betreft kunnen
wij daarmee heel goed leven. Wij zijn wel buitengewoon ingenomen met de zeer concrete toezegging
van het college bij monde van wethouder Adank, dat de screening van de ISV al in december in de
commissie ECG zal worden besproken. Het moet mogelijk zijn om budgetten vrij te spelen die zich
lenen voor een nieuwe politieke besluitvorming. Ook zijn wij er buitengewoon mee ingenomen dat het
college van oordeel is dat het armoedebeleid niet alleen gehandhaafd moet worden, maar ook moet
worden geïntensiveerd. Het CDA heeft zowel in de vorige periode als in deze periode veel aandacht
daaraan besteed. Wij zijn daarmee buitengewoon ingenomen. Wel plaatsen wij een kanttekening bij
het gebrek aan voldoende alertheid, zo is het niet bedoeld, maar wij proeven het een beetje, betref
fende de forse budgetoverschrijdingen, waarover bij de CDA-fractie zorgen zijn. Wij zouden het colle
ge willen vragen om als een bok op de haverkist te zitten. Wij kennen de wethouder in dezen. Hij kan
heel gepunt, alert, apodictisch en assertief reageren. Wij zouden u willen vragen om alert erop te zijn,
dat het bij het bestrijden van al deze budgetoverschrijdingen niet alleen gaat om een structuurdiscus
sie, maar het zijn de mensen, ook in de uitvoerende apparaten, die zich verantwoordelijk voelen en
die zich doodschamen als ze bij het bestuur moeten komen met een vraag om meer geld, terwijl ze de
begroting zelf hebben voorbereid. Wat betreft de moties en het amendement kunnen wij heel kort zijn.
Voor zover ze nu zijn ingediend sluiten wij ons volledig aan bij de reactie van het college.
De heer TAKS
Ik heb in de eerste termijn uiting gegeven aan onze grote bezorgdheid over de financieel-technische
oplossing van het college voor de tegenvaller van het niet doorgaan van de verkoop van Intergas. De
wethouder levert een uiterste inspanning om bij de komende Kadernota een andere oplossing te ge
ven voor het heroverwegen van de prijscompensatie in de Jaarschijf 2005. Hij maakt een voorbehoud,
hij houdt een slag om de arm. Dat begrijp ik heel goed. Aan de andere kant is het natuurlijk wel zo dat,
als het college niet in staat is om die uiterste krachtinspanning tot een resultaat te laten leiden, de
raad gehouden zal zijn om dan zelf het werk te doen bij het komend kaderstellend debat. De motie
van Breda '97 is wat dat betreft ook heel erg duidelijk. Die steunen wij ook, voor het geval dat. Ik denk
dat het van belang is dat er een duidelijke raadsuitspraak ligt. Niet om het college niet op zijn woord te
willen geloven, dat het een uiterste inspanning wil leveren, maar het is goed dat we als raad met het
aanvaarden van die motie de verplichting op ons nemen om het dan zelf te doen. Blij zijn wij met de
opmerkingen van wethouder Niederer over de grote inspanningen van het college op het stuk van het
binnenhalen van subsidies, maar het kan toch geen kwaad iedere keer weer bij het college te pleiten
voor nog meer aandacht, nog meer inzet, nog meer alert optreden? Hoe meer geld we binnenhalen,
hoe beter. Overigens hebben wij waardering voor het antwoord van wethouder Niederer op dat stuk.
Wat betreft de bushaltevoorzieningen zijn wij blij met de sterhaltes. Niet omdat we het nu samen met
GroenLinks hebben uitgedragen, maar om de zaak zelf. Die willen wij dienen. Ik moet nog een opmer
king maken. Dat is een punt dat niet beantwoord is in de eerste termijn. Het stond in onze schriftelijke
inbreng. Wij zijn nog steeds erg bezorgd over de kwaliteit van de Ginnekenweg en de Wilhelmi-
nastraat. Die behoeft een verbetering. Er is achterstallig onderhoud. Laat het dan geen herinrichting
zijn, het gaat op zijn minst toch om het wegwerken van achterstallig onderhoud. Het is een oud plei
dooi van ons, wij herhalen het bij dezen. Gebeurt er niets van de kant van het college, dan is dat ook
weer een punt voor het kaderstellend debat. Wij zouden ook graag zien dat in de toekomst de bijdrage
van de gemeente aan het onderhoudsfonds Grote Kerk structureel wordt. Lukt dat het college niet,
dan is wat ons betreft de raad aan zet. De opmerkingen van diverse fracties over onze opvattingen
over volkshuisvesting wijzen wij resoluut van de hand. Wij beroepen ons op de nota Maatwerk in Pro
grammering, die een politiek commitment is tussen de coalitiepartijen. Doorstroming ligt daarin als
kern besloten. Doorstroming is voor ons toch het meest wezenlijke element, en wij verwachten abso
luut niet dat het terugvallen op het dogmatisme van eenderde-eenderde-eenderde wél uitkomst zal
bieden. Met vertrouwen zien wij in december het debat in de commissie tegemoet.