7 NOVEMBER 2002 514 De heer HAARHUIS Ik zal direct reageren in de richting van de VVD. Ik kan me nog heel helder herinneren dat we met elkaar hebben gesteld dat, als het ging om de sociale woningbouw, afhankelijk van de ontwikkeling van de volkshuisvestingsproblematiek in onder andere de Vinex-locatie Teteringen, en dat zou blijken uit de onderliggende stukken die we met elkaar zouden ontwikkelen en vaststellen, er een band breedte zou bestaan tussen 20 en 33 procent. Dus daar miszeggen wij helemaal niets mee, dat is destijds met elkaar correct overeengekomen. Wat wij nu signaleren als Partij van de Arbeid, en dat geven wij aan in de richting van het debat over volkshuisvesting dat in december moet plaatsvinden, is dat er allerlei tekenen zijn die erop duiden dat een derde deel sociale woningbouw een betere oplos sing zou kunnen bieden voor de knelpunten die op het ogenblik zichtbaar worden. Daar miszeggen we niks mee en in onze optiek is dat in lijn met het beleid dat we daarover eerder met elkaar hebben af gesproken. Ik zou graag een beroep willen doen op D66. Zij gaan nóg verder, namelijk in de richting van 40 procent. Wij denken dat wij in december het instrumentarium dat we ter beschikking hebben in de breedte met elkaar moeten bediscussiëren, en dat we daar dan ook alle zaken goed bij kunnen halen. Wat wij wél willen uitspreken, en dat heeft vroeger in het beleid ontbroken, is dat er een heldere koppeling moet zijn van de afspraken die we met elkaar en met de corporaties maken, want die zijn nog steeds niet voldoende van de grond gekomen, ook over het terugdringen van de wachtlijsten. Het maken van afspraken met elkaar en met de corporaties kan nu ook beter, omdat er een nieuw com putersysteem op gang komt, wat een veel beter inzicht zal gaan geven in de wachtlijstenproblematiek. We moeten dus de afspraken die we met elkaar maken, alsook die tussen de verschillende partners in het veld en de wachtlijsten die daarbij horen, koppelen. Dat hebben we tot nu toe nooit echt kunnen doen en wij vinden dat het tijd wordt dat we dat wél doen. Dan hebben we een prestatie waarop we elkaar écht kunnen afrekenen. Ook wat betreft de bijdrage in onze richting van de SP op het punt van de studentenhuisvesting denken wij dat het goed zou zijn om het in december niet alleen te hebben over woningen en percentages, maar die heel duidelijk te koppelen aan een aantal doelgroepen: ou deren en zorg, verstandelijk gehandicapten, woonprojecten enzovoorts. Studentenhuisvesting is ook een onderdeel daarvan, daarover hebben wij al eerder met elkaar gesproken, zij het dat studenten huisvesting, en dat is ook in dat debat bij de oprichting van de Jonge Socialisten heel duidelijk geble ken, wel een stukje ingewikkelder en gecompliceerder in elkaar zit dan allerlei andere huisvestings vraagstukken. Ik zou toch een beroep willen doen op D66 om met ons in december de discussie te willen voeren. Het zou in onze optiek jammer zijn als we nu een motie op tafel zouden houden, die nu in feite geen haalbaar perspectief biedt. Wat betreft het antwoord van de heer Oomen op de financiële problematiek die wij aan de orde hebben gesteld, denk ik dat het correct is vast te stellen, wat de heer Taks namens de VVD ook deed, dat de goede volgorde zou zijn om nu te bekijken wat de invulling van die 4,2 miljoen zou zijn. Als er restanten zijn, dan kunnen die natuurlijk benut worden, maar ook wij menen dat het verstandig is om als gemeenteraad ook daarin een eigen verantwoordelijkheid te houden, wanneer dat niet mocht lukken. De heer BOER Een van de weinige leuke dingen van het dualisme was juist het gebruik van het spreekgestoelte, maar mijn voorgangers hebben daarvan geen gebruik gemaakt, dus daarbij zal ik me helaas gaan aansluiten, want het geeft toch een wat beter beeld als je van daaruit het een en ander zegt. Wat be treft de antwoorden in eerste instantie ben ik blij dat de heer Oomen uitgebreid is ingegaan op die 20 miljoen en de buitenruimte. Hij is helaas niet ingegaan op mijn verzoek om toch nog een datum te noemen. Daarom blijven wij bij onze afwijzing en zijn wij dus tegen de OZB-verhoging. Dat komt na derhand nog terug. Maar we kunnen dat niet koppelen aan het moment dat de stad schoon is. D66 speelt een enigszins dubbele rol in deze discussie. Aan de ene kant wordt het college verweten dat het heel veel geld aan de buitenruimte geeft en te weinig aan volkshuisvesting en veiligheid. Aan de andere kant heeft D66 een motie ingediend waarbij zij met het geld dat uitgetrokken is de waardering van de bewoners in de buurt willen verhogen. Als het geld dan zou worden opgedeeld aan volkshuis vesting en veiligheid dan zal het er zeker niet van komen. Dat snappen wij dus niet, maar ik denk dat D66 straks zelf erop zal ingaan. Wat betreft volkshuisvesting hebben wij een heel eigen oplossing, die eigenlijk ook door de corporaties wordt uitgevoerd, namelijk het verkopen van huurwoningen en met de opbrengst daarvan goedkope koopwoningen bouwen. Huren is eigenlijk uit, vinden wij, hoewel er allerlei berichten zijn dat dat weer aan het veranderen is, omdat huren weer een stuk goedkoper zou zijn dan kopen. Wat betreft de veiligheid lezen wij de laatste tijd regelmatig berichten in de krant, wat die in de praktijk betekent. Wij koppelen die zaken toch ook, daarvoor hoeft geen geld te worden uit getrokken, in die zin aan de veroordelingen en besluiten van rechters en officieren van justitie. Wij hebben gisteren aan de ministers Nawijn en Donner een brief gezonden met het verzoek om een in- burgeringscursus te geven aan rechters en officieren van justitie, omdat zij de verbinding kwijt zijn met

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 514