7 NOVEMBER 2002
516
De heer SCHOENMAKERS
Reeds bij de Kadernota moet duidelijk zijn geworden dat mijn fractie heel grote moeite heeft met de
verhoging van de OZB. Nu is de OZB-verhoging van 5 naar 4,5 procent teruggebracht, daar zijn wij
dus tevreden over. Het is ons echter niet duidelijk, maar dat komt natuurlijk omdat wij niet aan de on
derhandelingstafel hebben gezeten bij het Programakkoord, waarom men nu gekozen heeft voor deze
manier van indexeren. Dat zou ik graag alsnog van de wethouder willen weten. Het tweede punt is, als
die indexering zo belangrijk is, en dat wil ik hem ook vragen, of die indexering dan ook wordt toege
past op de subsidies die de gemeente verleent. Want als je aan de ene kant die indexering toepast
naar je eigen portemonnee, de portemonnee van de gemeente, moet je het ook doen naar de porte
monnee, althans volgens mijn fracties, van de organisaties die daarvan afhankelijk zijn. Wat betreft
ons amendement over de Jaarschijf 2005 vond ik dat de wethouder zich in de eerste beantwoording
er wat gemakkelijk van afmaakte. Want wat is nu eigenlijk het probleem? Wij hebben jarenlang ge
zegd dat we voor de grote projecten - in het verleden kwamen er nogal eens grote overschrijdingen
naar voren - een voorziening moesten opnemen in de Begroting. Dat is nu voor het eerst gebeurd. In
de Jaarschijf 2005 was een bedrag van ruim 4 miljoen euro opgenomen voor prijsverhogingen van
grote projecten, waarvoor geen andere financiering was. En de eerste de beste keer dat dat bedrag
erin zit wordt dit ogenblikkelijk weer eruit gehaald. Wij vinden dit een signaal, zo vatten wij dat althans
op, van een onjuiste manier van doen is. Nu heb ik de reacties gehoord van de VVD en van de Partij
van de Arbeid. Zij zeggen kennis te nemen van de uitspraak over die uiterste krachtsinspanning, maar
dat u op het moment dat u niet in staat bent een andere dekking daarvoor te vinden, terug moet naar
de raad. In dat opzicht kan ik daarmee wel vrede hebben. Maar het ging mij om het principe dat we
een bedrag ergens voor hebben ingezet en het dan weer meteen eruit pakken. Ik weet wel dat we
voor een groot probleem staan, omdat die inkomsten er niet zijn, maar ik wil toch naar voren brengen
dat het voor ons een heel zwaar argument is. Ik wil de heer Adank bedanken voor zijn toezegging
over de subsidielijstjes, en ook de heer Niederer voor de informatie. Ik heb nog een tweetal vragen.
De eerste betreft, het is zo-even al aangehaald, de relatie met de dorps- en wijkraden. Ik sta toch wel
wat onder druk, verschillende wijkraden reageren er anders op. De heer Oomen heeft aangegeven op
welke manier hij daarmee wil omgaan. Wij wachten dit af. De tweede vraag betreft een bijzonder punt.
In de aanloop naar de gemeenteraads- en Tweede-Kamerverkiezingen is er dit jaar een project uitge
voerd om jongeren meer bij de politiek te betrekken. Breda '97 is daarvan een groot voorstander. Wij
zijn voorstander van het voortzetten van dit project, maar wij hebben daarvan eigenlijk niet veel meer
gehoord. In de Begroting kan ik niets daarover terugvinden. Volgens mijn informatie zijn er al weer
aanvragen binnen, zelfs voor de maand november. Graag zou ik de zienswijze van de fracties en het
college willen vernemen met betrekking tot de voortzetting van dit project. Hierbij wilde ik het in twee
de instantie laten.
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Voorzitter, mag ik nog een vraag stellen aan de heer Schoenmakers? Met betrekking tot de motie die
u hebt ingediend, en die wij ook hebben gesteund, was het antwoord van de wethouder dat het colle
ge een uiterste inspanning zal doen om bij de Kadernota 2004 te kijken naar andere dekkingen. U
hebt uw opmerkingen daarover gemaakt en ik denk dat het college op dit moment niet veel meer kan
zeggen. Wat zou dan Ciw voorstel zijn in dezen?
De heer SCHOENMAKERS
Ik ben het met mevrouw Boidin eens. Het was na de pauze dat de wethouder zei een uiterste
krachtsinspanning te zullen doen. In een eerdere instantie had hij dit niet gezegd. Daarom vond ik ook
dat hij zich op een wat gemakkelijke, althans een wat nonchalante manier ervan afmaakte, in de zin
van: kijk, als ik niet anders kan, dan moet ik het toch doen. Ik ben blij met datgene wat hij nu heeft
gezegd, dat hij een uiterste krachtsinspanning zal leveren. Maar ik vind ook, als hij die niet kan waar
maken, dat hij terug moet gaan naar de raad en daarover een discussie zal moeten voeren.
De heer DUBBELMAN
De heer Taks heeft ook al duidelijk opgemerkt dat wij als raad altijd het laatste woord in dezen hebben
en dat ook beoordelen.
De VOORZITTER
Houdt dat in dat u de motie overeind houdt?
De heer SCHOENMAKERS
Het college heeft haar overgenomen