28 NOVEBER 2002
561
best het nodige draagvlak krijgen. Natuurlijk, en daarvan ben ik ook overtuigd, zal er wat meer draagvlak
komen, maar niet dat draagvlak dat daarvoor nodig is. Ik ben het met mevrouw Boidin eens, die zegt:
luister eens, je kunt het natuurlijk niet iedereen naar de zin maken, je kunt er niet iedereen bij betrekken.
Maar het gaat wel om belangrijke groepen van de bevolking. Ik heb als volksvertegenwoordiger in diverse
spreekbeurten getracht om bij mijn achterban dat draagvlak te vergroten. Dat is me niet gelukt. Ik heb dan
ook niet voldoende keuzes gekregen om mijn houding in dezen nu te wijzigen.
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Bij interruptie. Mijnheer Schoenmakers, bent u het wel met ons eens dat het belangrijk is dat het voor een
negende stad van Nederland toch van groot belang is dat je in een aantal zaken de lokale zaken overstijgt
en daarmee regionaal en nationaal in dit geval jezelf op de kaart probeert te zetten? U was vanmiddag
ook op het Toekomst-symposium. Daar is juist die aandacht ook op dit soort zaken gevestigd.
De heer SCHOENMAKERS
Eén van de zaken die ik goed kan, mevrouw Boidin, is luisteren. En als u goed had geluisterd, dan had u
kunnen horen wat ik in mijn betoog heb gezegd, want daarin heb ik gezegd: verbreding van het aanbod
van culturele voorzieningen en evenementen van bovenlokaal niveau. Daarover heb ik gesproken. Ik heb
u ook heel duidelijk aangegeven wat de problematiek is die bij mijn fractie leeft en op grond waarvan wij
ons besluit hebben genomen. Ik wil nog even terugkeren naar de motie van GroenLinks. Wij zullen deze
motie niet steunen. Het is heel duidelijk, het proces is te ver gevorderd om dat nog aan een referendum te
onderwerpen. Ik ben blij dat er nu toch een verordening voor het referendum komt. Ik moet u overigens
zeggen, en u kunt daarop de notulen van de raadsvergadering van 4 juli nalezen, dat ik toen zelfs al heb
gevraagd om snel met een verordening voor het referendum te komen.
De heer DE ROOS
Allereerst een korte reactie naar aanleiding van de woorden van het raadslid van D66. Er is gezegd dat
misschien toch oneigenlijk gebruik zou worden gemaakt van het middel referendum wanneer je, indien je
ergens tegen bent en de meerderheid is voor, het referendum dan maar uit de kast zou halen. Dat zou
dus oneigenlijk gebruik zijn. Van de suggestie dat wij er misbruik van maken nemen wij afstand. Ook dat
opgestoken vingertje en die waarschuwing passen een partij niet die nu juist het referendum als kroonju
weel heeft. Naar aanleiding van de opmerking van de wethouder over de culturele inhaalslag het volgen
de. Wij zijn van mening dat die culturele inhaalslag ergens anders zou moeten worden gemaakt en niet
met het realiseren van een museum voor Grafische Vormgeving, want gelet op het kostenplaatje hiervan
voor de gemeente Breda denken wij dat andere zaken op cultureel gebied voorrang hebben. Wat betreft
de meningen die zijn geuit over de ingediende motie het volgende. Er is onder andere gezegd: je bent
veel te laat met deze motie voor het houden van een referendum. Toch zijn wij van mening dat voort
schrijdend inzicht ertoe kan leiden dat je alsnog een besluit ter discussie stelt. Het gaat niet om een refe
rendum dat leidt tot
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Maar wat zou dan de reden zijn om dat nu te doen? Wat is voor u de aanleiding?
De heer DE ROOS
De aanleiding is dat er de hele tijd is gepraat over vergroting van het draagvlak en het promoten van dit
project in de stad en dat je tegelijkertijd moet constateren dat het blijkbaar niet leeft. Op een gegeven
moment moetje zeggen: waarom zullen we niet eens peilen hoe de mensen erover denken, in plaats van
dit verhaal te promoten. Het voortschrijdend inzicht geeft ons het idee, en wij zijn daarvan overtuigd maar
blijkbaar is niet iedereen daarvan overtuigd, dat dat draagvlak er gewoon niet is.
Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE
Nogmaals, ik onderstreep de opmerking van D66 van harte dat u dan het referendum oneigenlijk gebruikt.
De heer DE ROOS
Op dat punt verschillen we hartgrondig met elkaar van mening.
De heer BOER
Een korte reactie in de richting van mevrouw Boidin met betrekking tot het oneigenlijk gebruik. Als je het
niet wilt, dan is het altijd een oneigenlijk gebruik. We hadden de vraag ook kunnen betrekken bij de bur
gerenquête, dan waren we er ook achtergekomen.