26 MAART 2002 96 Demissionair wethouder ADANK Dank voor uw positieve bijdrage. De VOORZITTER We zullen eens contact opnemen met Sint Petersburg. Akkoord. 4. AANWIJZING BUITENPLAATS ZOUDTLAND ALS BESCHERMD MONUMENT IN HET KADER VAN DE MONUMENTENWET 1988. De heer LEUNISSE Het is een duidelijke zaak. Wij hebben uit de stukken kunnen vernemen dat alle betrokkenen het er volledig mee eens zijn en dit graag willen bewaren, ook voor Breda en zijn bewoners. Wij stemmen dan ook van harte hiermee in. Akkoord. 5. BESTEMMINGSPLAN "UITBREIDING WOONGEBIED RUITERSBOS E.O.". De heer STUBENITSKY Tijdens de behandeling in de commissie hebben wij dit onderwerp mee teruggenomen. Vervolgens heb ik een gesprek gehad met de indieners van de zienswijzen, de heer Van Heeswijk en de dames Dufour en Van Boxtel en ter plekke nog eens gekeken. In uw beoordeling van de zienswijze van de heer Van Heeswijk stelt u dat de kroon in haar besluit van 28 oktober 1987 heeft bepaald dat een afstand tussen de woonwagens en de woningen aan de Montenslaan van 75 meter noodzakelijk is en niet dat dit ook zou gelden voor de woningen aan de andere straten. Genoemd besluit telt 174 pagi na's en misschien heb ik er iets in gemist, want het is niet bepaald in Jip en Janneke-taal opgesteld, maar op pagina 172 staat het volgende bij de conclusies: "dat de gemiddelde ruimtelijke scheiding tussen de eengezinswoningen in het Ruitersbos welke nabij het woonwagencentrum zijn gesitueerd enkele tientallen meters bedraagt; dat de isolatiewaarde van woonwagens beduidend geringer is dan die van huizen terwijl voorts de woonwagens geconcentreerd staan opgesteld; dat daaruit voortvloeit dat teneinde overlast van dit centrum voor de bewoners van even genoemde woningen te beperken een ruimtelijke scheiding van tenminste 75 meter noodzakelijk is." Ze praten daar dus over de wonin gen die daarvoor werden genoemd van het Ruitersbos in zijn totaliteit. Wat betreft de bewoners van de woonwagens, en dan eigenlijk meer over wat er niet in staat dan wat er wel in staat: vroeger waren het woonwagens met een heel stevig door de Rijksdienst voor het Wegverkeer goedgekeurd onder stel. Tegenwoordig zijn de meeste woonwagenbewoners wat standvastiger geworden en, net als stadsbewoners op vaste staanplaatsen op een camping, zijn zij overgestapt op stacaravans of mo biele bungalows. Het onderstel hiervan is minimaal en hoeft in de praktijk slechts eenmaal het trans port te doorstaan namelijk van oplegger naar de staanplaats, een paar meter. Een stapel wielen en voldoen aan de eisen die voor een woonwagen gelden. Deze wagens staan er al 18 jaar, terwijl 15 jaar geleden, in 1987 toen de kroon het besluit heeft genomen, bekend was dat ze weg moesten. Als u nu deze wagens gaat verplaatsen dan blijft er helemaal niets van over en ook van de aanbouwen die erbij staan blijft helemaal niets over. In het voorstel lees ik niets over een eventuele schadever goeding of wat dan ook. De heer DE ROOS Ik zal het niet hebben over de zienswijzen die bij dit ontwerpbestemmingsplan zijn ingediend. In de commissie hebben we al aangegeven dat we de beantwoording daarvan wel toereikend vinden. Wat onze fractie betreft liggen de problemen bij andere punten van het ontwerpbestemmingsplan. Aller eerst betreft dat de ontwikkelingslocatie voor nieuwbouw die in het ontwerp is opgenomen: zes tot acht vrije sectorkavels van 1.000 tot 1.100 m2 en nog enkele kavels aan de Schrauwenhof. Wij zijn van mening dat er een kans is gemist op spiegelbeeldig bouwen in de wijk Ruitersbos. In plaats van grote kavels, dat betekent in dit geval peperduur bouwen zoals overal in het Ruitersbos, had hier door uitgifte van kleinere kavels kunnen worden gebouwd. Het omgekeerde kan wel in wijken als de Heu vel en Breda-Noordoost. Mijn vraag is dan ook: waarom had hier niet door middel van de regelgeving op een andere wijze bouwen kunnen worden voorbereid? Ambtelijk is in de commissie RO nog ge steld dat een bestemmingsplan niet gaat over goedkoop of duur bouwen. Wij zijn van mening dat dat een zeer zwak argument is. Natuurlijk kunnen in bestemmingsplannen randvoorwaarden worden ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2002 | | pagina 96