30 JANUARI 2003 20 salarisstrook maatgevend daarvoor. Maar het is juist de opgave van de Raad van Commissarissen om daarvoor te zorgen, want het gaat niet alleen om de salarisstrook, maar ook om de wijze waarop u met uw onkosten en uw lasten omgaat. Het is aan de Raad van Commissarissen om ervoor te zorgen dat zij als een goede huurder de penningen aan de huurbaas voldoen. Het college heeft daar vertrouwen in. Daar waar u sprak over toezeggingen moet ik u, mijnheer Van Overveld, namens het college zeggen dat het college geen toezeggingen doet in de sfeer van garanties geven. Garanties worden in het leven nooit afgegeven. Ik heb het volgende ook al in de commissie MSO gezegd. Ik wil het nog een keer herhalen. U gaat naar uw huisarts, u bent 58 jaar, u laat zich keuren en hij zegt: prima, u bent goed gezond. Vervol gens vraagt u: dokter, word ik 85? Die dokter zal dan zijn mond dicht houden, hij geeft daar geen ant woord op. Datzelfde geldt hier ook, garanties afgeven vind ik te veel van het goede. Wel is het zo dat u vertrouwen mag hebben in de toekomst, dat hebben wij ook. Er is door de heer Schoenmakers gevraagd naar de aansprakelijkheid. Juristen hebben mij verteld dat het oude bestuur aansprakelijk is voor bestuur lijke wandaden, ik zeg het heel sterk, want daar praten we over, gepleegd vóór 16 december 2002 en dat de nieuwe Raad van Commissarissen aansprakelijk is voor de wandaden die men pleegt na 16 december 2002. Dat is ook een punt van overleg geweest bij de kennismaking en wij zullen ook als college nog na der bespreken hoe wij daarmee omgaan, maar dat is in ieder geval in uw richting de situatie. De heer Snier had het over de bel voor de laatste ronde, of woorden van gelijke strekking. Het is zo dat het college ervan uitgaat dat met dit voorstel NAC een lang leven beschoren is, ook in die zin dat NAC nog heel lang onze huurder zal zijn en wij de huurbaas, want daar gaat het tenslotte om. Dus wat die laatste ronde be treft begrijp ik wel wat u daarmee wilt zeggen, maar wij hopen niet dat het zover komt. Hetzelfde geldt voor de uitspraak die gedaan is: het is de laatste keer en nooit meer. Dan krijg je toch de situatie dat het huidige college toekomstige colleges voor de voeten loopt. Met betrekking tot de buffer, de voorziening van 4,2 miljoen euro, is het college van mening dat die voorlopig gehandhaafd moet blijven. Waarom zeg ik 'voorlopig'? Omdat er nog zoveel deeluitwerkingen moeten plaatsvinden houden wij die nu even intact. Als we een tijdje verder zijn zullen we opnieuw gaan bekijken hoe de situatie is, en of er dan een moge lijkheid is om die voorziening, of een deel daarvan, vrij te geven. De begroting bij dit raadsvoorstel, gepre senteerd door de Raad van Commissarissen, is in onze ogen in die zin realistisch. Aan de inkomstenkant is men niet te royaal geweest en aan de uitgavenkant heeft men nog even naar het huidige niveau geke ken. Waarom? Omdat de nieuwe Raad van Commissarissen, want daar gaat het juist om, naar de toe komst kijkt en hieraan nog gestalte moet worden gegeven. Mevrouw Overboom sprak over het feit dat de gemeente Breda met NAC nu wel een zeer eenzijdige relatie heeft. Ik denk dat dat zo is. Van de andere kant wil ik toch ook opmerken dat eenzijdige relaties vaak ook heel duurzame relaties zijn. Dan de vraag, aan het college gesteld, over datgene wat de heer Staatsen heeft gepresteerd voor de 680.000 euro. Ik wil opmerken dat het niet alleen om Boer Croon gaat, ook het vorige bureau heeft onderzoek gedaan. Er zijn juridische adviezen uitgebracht, adviezen van fiscaal juristen en accountants, kortom: een scala aan disciplines heeft hieraan meegewerkt. Het is nooit precies na te gaan, ook niet in financiële zin, wat de revenuen zijn geweest van het rapport van de heer Staatsen, behalve in die zin, dat de heer Staatsen ons inzicht heeft gegeven in structuren. De heer Staatsen heeft mogelijkheden aangereikt, hij heeft ons bij sommige zaken die wij over het hoofd zouden hebben gezien, misschien nog wel op een bepaald spoor gezet. Ik geef toe dat wij van een aantal adviezen zijn afgeweken, omdat wij als college vonden dat dit zowel voor NAC, de Bredase burger als voor de zekerheid die de gemeente Breda heeft het beste was. De heer KWISTHOUT Een interruptie. Het eindadvies dat de heer Staatsen Co hebben gegeven is een advies dat juridisch, gezien de richtlijnen van de Europese Commissie, helemaal niet kon. Ik vind dat je van zo'n soort com missie eigenlijk wel iets meer mag verwachten dan dat ze een advies geven dat juridisch niet kan. Natuur lijk heeft die commissie hele goede dingen gedaan. Maar zeker dit punt is toch wel een reden om nu min stens een boze briefte sturen, dat dat toch eigenlijk niet de bedoeling was. Wethouder OOMEN De heer Kwisthout spreekt over het sturen van een boze brief. Ik heb in de commissie gezegd dat het college er in ieder geval niets voor voelde, want daarover werd ook gesproken, om te proberen een deel van de kosten terug te halen. Ik heb zo-even al gezegd dat niet precies is na te gaan wat de invloed van het rapport van de heer Staatsen is geweest, en wat de heer Staatsen misschien in uw ogen niet goed zou hebben gedaan. Ik wil wel erop wijzen dat het zo is dat Europese steun onder bepaalde voorwaarden nog steeds mogelijk is, dat heeft u ook in het rapport kunnen lezen, maar dan moet aan bepaalde voor waarden worden voldaan. Maar daar gaat het niet om. Bij het college was het belangrijkste uitgangspunt dat wij vooral naar de toekomst toe zekerheid hebben. Die zekerheid hebben wij, omdat wij over het sta dion kunnen beschikken dat zich bovendien op een locatie bevindt die gunstig gelegen is aan de periferie van de binnenstad, met mogelijkheden voor bebouwing.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 20