19 JUNI 2003 207 De heer HAARHUIS Ik zal u zeggen - u noemt het zelf een constructief voorstel, dat is best - dat, als wij moeten kiezen tussen het optuigen van een commissie die zo'n aspect als dorps- en wijkraden heel intensief gaat volgen, en daar komen natuurlijk ook allerlei andere dingen bij, óf het vestigen van meer aandacht op de wijze waarop wij onze volksvertegenwoordigende rol gezamenlijk beter kunnen invullen, wij liever voor het laatste kiezen. De heer DE ROOS Nog even een laatste reactie, voorzitter. We zouden toch met elkaar nog gaan praten over het herijken en het herbeoordelen van de commissies zoals we die nu hebben? Dan moet je dit daar ook in mee nemen, lijkt mij. De heer HAARHUIS Dat moet je ook, en als het goed is, komt er ook een tweede onderzoek, of een advies van de Univer siteit van Tilburg naar ons toe. Dat moet je er allemaal bij betrekken. Als alles onafwendbaar in één richting wijst, heb je misschien met elkaar geen keuze. Voorlopig denk ik toch datje moet zeggen dat dorps- en wijkraden ook een bepaalde rol spelen in het politieke spectrum, dat we dat zelf ook doen. Nogmaals, al onze tijd is begrensd. Wij zouden liever meer mensen in de stad ontmoeten en daar de sterkste kracht op vestigen. De VOORZITTER Ja, uw tijd is ook begrensd. U hebt nog één minuut. De heer HAARHUIS Prima, voorzitter, ik rond af. De VOORZITTER Mooi. De heer HAARHUIS De Driesprong hebben we nog aan de orde gesteld. Wij gaan ervan uit, eenieder heeft daarover al iets gezegd, dat we met elkaar in staat zijn in ieder geval een soort hoofdlijn uit te zetten, waardoor zowel de corporaties als de mensen in die wijk verder kunnen en een hoop onzekerheid wordt weggenomen. Ik weet ook dat het niet zo makkelijk is, omdat er natuurlijk allerlei vragen aan vastzitten, zoals: kan dat bij de spoorlijn, hoe zit het met de industrie, en wat wil je dan met zo'n wijk? Allerlei vragen moeten we dan nog beantwoorden. Ik sluit nu af. Dank u. De heer BOER Onze aanval op de heer Joosse, want zo is dat ervaren door de raadsleden, was ingegeven door het feit dat onze kiezers vlak na de verkiezingen werd verweten dat zij niet wisten op wie ze stemden. Zo had de heer Joosse dat gezegd. Als iemand dat soort kwalijke opmerkingen maakt, dan moet hij heel goed overdenken wat hij zelf doet als hij uit een fractie stapt, want dat vinden wij bijzonder kwalijk. Als je dan meent namens 160.000 bewoners te praten dan vind ik dat getuigen van een grote arrogantie, maar dat is aan de heer Joosse. Wat betreft het eerste dualistische kadernotadebat het volgende. Wij hebben in onze bijdrage duidelijk gezegd dat de Kadernota wat ons betreft weinig dualistisch is, dat het gewoon een monistische Kadernota is, samengesteld door het college. Ik vraag me af, en dat zou me verbazen, maar ik zou dat graag van de collegepartijen willen horen, of ze daarbij betrokken zijn. Heeft het college die Kadernota helemaal los van de partijen opgesteld? Eigenlijk zou het andersom moeten zijn, maar ik zou bij god niet weten hoe de raad, inclusief de griffie met haar beste bedoelin gen, ooit in staat zou zijn om een Kadernota op te stellen. Deze niet en in de volgende fase dus ook niet. Het is een bijna ondoenlijke taak om een Kadernota op te stellen. Ondanks de uitstekende krachten van de griffie is dat puur op grond van mankracht onmogelijk. Aan de overkant zitten 2.000 ambtenaren en wij zitten hier met weliswaar uitstekend materieel, maar het zijn maar zeven of acht ambtenaren, dus fysiek is het niet eens te doen. Dus ik denk dat we, als we het dualisme echt serieus willen nemen, ook nog eens een keer goed moeten gaan kijken hoe het zit met personele zaken. Het CDA kan dan wel zeggen dat het allemaal binnen het budget moet, maar het staat natuurlijk in geen verhouding. Als je echt duaal wilt gaan werken, als de raad de Kadernota maakt, de raad de kaders stelt en het college alleen maar uitvoert, dan zou het aantal collegeleden en het aantal ambtenaren van het Stadskantoor wat ons betreft tot de helft kunnen worden teruggebracht. Dan kunnen alle be leidsmakers daar weg, want we doen het zelf. Ze moeten puur alleen maar uitvoeren wat wij zeggen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 27