19 JUNI 2003
218
ingevuld en waar die financiële middelen vandaan komen. Ik zal niet zeggen dat het mij worst zal we
zen, maar er moeten gewoon diverse potjes worden aangeroerd. Wat de Partij van de Arbeid betreft
het volgende. U heeft op voorhand blijkbaar al geen zin in 'WijZaDoZa'. Wij vonden de naam alleen al
eigenlijk een commissie waard. Dat past mooi in de traditie van de Hafabra. Dan zeg je: waar ga je
naartoe? Ga je naar de Hafabra? Neen, ik ga naar de WijZaDoZa. Maar nu even serieus. Zoals u weet
is er vanuit onze fractie al eerder gezegd dat er meer gedaan moet worden met een fenomeen als een
wijkcommissie. Wij zijn buitengewoon goed bezig met wijkbezoeken en wij kijken nog hoe we die con
creet kunnen invullen. Wij hebben het idee dat een commissie WijZaDoZa helemaal niet in de plaats
van iets komt, maar dat die gewoon een hele welkome toevoeging zou zijn. Daarmee zou je boven
dien op dat moment inderdaad de eerste commissie hebben waarbij je niet een relatie hebt met één
portefeuillehouder. Dualistischer kan het niet. Volgens mij zijn er zeker bij de wijk- en dorpsraden, bij
mensen in de stad en in de wijken zeer veel mensen die dat heel positief zouden benaderen. Als het
op een of andere manier niet gedragen wordt hier vanuit de raad, dan sluit ik niet uit dat wij in kleiner
verband, met kleinere groepen uit deze raad dat soort dingen toch gaan doen. En dan zou het helaas
weieens ten koste kunnen gaan van het bezoeken van andere commissievergaderingen.
De heer HAARHUIS
Voorzitter, zouden we er niet verstandig aan doen om het rapport dat binnenkort naar ons toe komt
eens goed te bestuderen en met elkaar te debatteren over hoe we daarmee verder willen, voor we
zulke vergaande voorstellen honoreren en nieuwe commissies in het leven gaan roepen?
De heer SCHELTENS
We kunnen best een paar maanden wachten, maar we vinden het jammer dat u vrij snel reageert in
de zin van: dat lijkt dus helemaal nergens op. Want dat was in het kort eigenlijk wel zo'n beetje uw
reactie. Dat vinden wij heel erg jammer. Ik ga nog even door met de Partij van de Arbeid. Een belang
rijk onderwerp dat ook in de portefeuille van uw wethouder zit - dat had ik niet moeten zeggen, dat is
helemaal niet dualistisch - is maatschappelijke opvang. Het wordt hier en daar gesignaleerd door
bijna alle betrokkenen, er wordt over gepraat, en ook vanuit de reactie van het college is het duidelijk
dat de problemen in intensiteit en in aantal toenemen. Wij zijn heel benieuwd hoe dat eruit gaat zien
als er inderdaad financiële middelen voor nodig zijn, want aan de ene kant is er de constatering van:
het neemt toe, het loopt in principe eigenlijk de spuigaten uit en er moet nog zoveel gebeuren om het
allemaal te optimaliseren, en aan de andere kant is er gewoon geen geld voor gevoteerd. En dat is
volgens mij niet met elkaar in overeenstemming te brengen.
De heer HAARHUIS
Volgens mij is dat onjuist. Er zijn wel degelijk middelen gevoteerd om binnen een redelijke fasering nu
toch te komen tot 7x24-uursopvang, als ik de Kadernota goed heb gelezen.
De heer SCHELTENS
Ja, maar die financiële middelen zijn gebaseerd op de situatie zoals die nu is en zoals die geoptimali
seerd moet worden. Tegelijkertijd wordt er geconstateerd dat dat niet voldoende is voor de situatie
waarin sprake is van een groeiend probleem. We zijn het er met z'n allen over eens dat daar nu al
sprake van is - helaas.
De heer HAARHUIS
Maar laten we nu eerst eens gaan uitvoeren wat we nu op de lijst hebben staan en de middelen die
daarvoor nu voorliggen goed te besteden, te zoeken naar efficiency en naar samenwerking tussen
allerlei organisaties. En als de problemen heel groot zijn, zullen we met elkaar weer opnieuw moeten
kijken hoe het verder moet. Er is niets zo gemakkelijk als voor allerlei zaken in deze stad steeds te
roepen dat er meer en meer nodig is. Ik vind dat we het eerst nu eens moeten besteden en goed en
efficiënt met de wethouder discussiëren hoe het verder gaat, en dan zien we hoe de problemen zich
verder ontwikkelen.
De heer SCHELTENS
Ook bij dit onderwerp was mijn intentie om juist niet een soort tegenstelling te creëren die er niet is,
maar om duidelijk te maken, mocht er in die richting iets nodig zijn, dat wij natuurlijk verlangend uitkij
ken naar uw inbreng als collegefractie met een portefeuillehouder die er natuurlijk niet toevallig mee te
maken heeft. En dan zult u ons aan uw zijde vinden. Het is weieens vaker dat dit soort debatten tus
sen uw fractie en misschien uw wethouder en mij een beetje verzandt in stekeligheid, terwijl het vaak
zo is dat wij juist op dezelfde lijn zitten en proberen enige support te geven. Misschien is een heel