19 JUNI 2003 184 Wethouder ADANK In het kort, geachte leden van de raad, enkele opmerkingen. Ik heb er drie verzameld, want een aantal zaken komt terug in de uitvoeringsplannen en in de discussies zoals die plaatsvinden in de commissie ECG. Ik denk bijvoorbeeld aan het budget voor de Grote Kerk, waarover wij met elkaar in het Pro gramakkoord hebben afgesproken om structureel in een onderhoudsfonds te voorzien. Ik vind het verstandig om wat niet geregeld was bij het Programakkoord, maar wel bij de discussie over de Ka dernota 2004, als het gaat om het beschikbaar stellen van monumentengelden - met in het achter hoofd natuurlijk de belangrijke nota en de uitvoeringsstrategie die door uw raad is gekozen - ook de Grote Kerk daarbij te betrekken en in de commissie ECG de accenten en de prioriteiten die u wilt leg gen uit te discussiëren. Mijn tweede opmerking is heel kort. Als het gaat om het spreidingsplan van de bibliotheken is door uw raad in ieder geval duidelijk aangegeven, en daar is in de stad ook met vreug de op gereageerd, dat het fijnmazige netwerk van bibliotheekvoorzieningen, zoals het eerder gefor muleerd was, maar wat in de uitvoering wat al te star was gebleken, in stand moest blijven. En dat betekent het volgende. Ik ga nu drie zaken noemen die toch met elkaar te maken hebben. De herijking van de nota Cultuur is meer. Dat is natuurlijk een belangrijk verhaal geweest, maar we hebben uw raad ook gezegd dat we in deze periode nadrukkelijk met elkaar willen spreken over prestaties en budgetafspraken als het gaat om het culturele veld, en die discussie zijn we onder leiding van de voorzitter van de commissie ECG aan het voeren. Om nu vooruitlopend op die discussie bepaalde bibliotheekaccommodaties naar voren te schuiven, lijkt mij wat te snel door de bocht. Ik wacht liever in die brede afweging de herijking van de nota Cultuur is meer, de accenten die u heeft aangegeven en het spreidingsplan af, en of we samen kunnen kijken of we, waar het om bibliotheekaccommodaties gaat, een optimaal resultaat zouden kunnen boeken. Ten aanzien van het Brabantplein geldt dat dus ook voor het college, zeker als het gaat om het op dit moment ontbreken van de investeringsmiddelen en wij moeten zoeken naar een optimalisatie van de bibliotheekvoorziening in het Brabantpark. Dat heeft ook de voorkeur van de functiewethouder. De laatste opmerking is dat, als het gaat om de ISV- middelen en de GSB-middelen, ik toch even moet aangeven dat we met elkaar hebben afgesproken dat de resterende middelen ISV op basis van de screening uitkomen op het eenmalig beschikbaar stellen van 1,4 miljoen voor het Volkshuisvestingsfonds. Zoals het er nu naar uit ziet, zit daar wat meer in als we de screening nog even stug doorzetten. Dat betekent niet dat daar miljoenen méér uitkomen. Laat daar geen onduidelijkheid over bestaan. Dat gaat echt om tonnen. Volkshuisvesting is in ieder geval voor dit jaar gerealiseerd en in de commissie zal over volkshuisvesting verder worden gespro ken, ik dacht volgende week al, als het gaat om een toelichting op het grondbeleid en hoe wij met elkaar die voorzieningen kunnen realiseren. Ik moet u overigens melden dat wij in Arnhem hierover vanmorgen met de 26 steden hebben gesproken. Wij proberen daar steeds heel nadrukkelijk in het overleg, en, even politiek gesproken, dat geldt voor alle fracties die daar aanwezig zijn om ten aanzien van het grotestedenbeleid en het ISV met elkaar slagen te maken. Wij willen voor half oktober als het gaat om de pijlers van het grotestedenbeleid, en dan praat ik over de zes brede doeluitkeringen van de departementen, een sanering aanbrengen, zodat naar de uitvoering in de steden meer duidelijk heid kan komen over de effecten van de uitvoering in die 26 grote steden van het grote, wat Breda noemt, 'gewone' stedenbeleid. Wij willen een accent leggen op herstructurering, veiligheid, en zorg voor de onderkant van de samenleving. Als we in staat zijn om die drie accenten in overleg met de departementen te koppelen aan de brede doeluitkering, dan kunnen we ook het geld waar het thuis hoort, namelijk in buurten en wijken van grote steden, optimaal inzetten. Ik denk dat dit het vermelden waard is, omdat het kabinet nog geen uitspraak heeft gedaan over het continueren van de gelden voor het ISV en het grotestedenbeleid. Ik houd de commissie ECG daarvan graag op de hoogte. Wethouder ARBOUW Heel kort, voorzitter. Onze tijd is al om, geloof ik. Daarnaast is het zo dat de vragen die in mijn porte feuille zijn gesteld met name inhoudelijk van aard zijn en wat minder te maken hebben met directe consequenties voor de kadernotadiscussie van vanavond. Bovendien hebben we dinsdagavond nog een vergadering van de commissie SOW en woensdagavond een van de commissie VSM, dus alle zaken kunnen wat dat betreft inhoudelijk goed aan de orde komen. Wethouder NIEDERER Kort een drietal punten. Ik begin met het Verkeersplan. Dat heb ik u op verzoek van de heer Schoen makers als onderlegger toegestuurd. Om u allen tegelijkertijd te informeren heb ik het aan alle raadsleden gestuurd. U kent de status van het stuk. Het komt na het zomerreces terug met de input van deze avond en volgende week over wat u vindt van het Verkeersplan en de prioriteitstelling, ge relateerd aan de bedragen die het college in de Kadernota aan u voorstelt. Daarover kan ik u kort meegeven dat het, als je met name praat over de Boschstraat en de Ginnekenstraat die onder andere

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 4