19 JUNI 2003 233 daarom de Wet Werk en Bijstand in de huidige vorm een verslechtering voor de Bredase minima zou betekenen; verzoekt het college: 1druk op de Tweede Kamer uit te oefenen om tijdens de behandeling van het wetsvoorstel Wet Werk en Bijstand de mogelijkheid voor categoriale verlening van bijzondere bijstand te laten bestaan; 2. in het geval de Tweede Kamer akkoord gaat met het schrappen van de mogelijkheid voor categori aal beleid het huidige Bredase categoriale bijzondere bijstandsbeleid materieel voort te zetten; 3. daarbij als grondslag voor toekenning van de voorziening een eigen regeling op grond van de Ge meentewet te maken en niet langer uit te gaan van de Wet Werk en Bijstand als grondslag; en gaat over tot de orde van de vergadering. De heer JOOSSE Ik moet zeggen dat de heer Dubbelman mij in zijn tweede termijn wat verlegen heeft gemaakt. Overi gens gaat de vergelijking met David Beckham op tal van terreinen mank, al is het maar omdat ik geen geniale rechtervoet heb. Ik bestrijd overigens wel het etiket dat de heer Kwisthout plakt op dat wat hier gezegd is, namelijk dat het zou gaan om zetelroof. Laat ik voorop stellen dat ik, toen ik als onafhanke lijk raadslid verder ging voor mezelf, ruim de tijd heb willen nemen om te kijken hoe ik deze positie zou kunnen vervullen en hoe dat verder gaat. Dus wat dat betreft kunt u misschien al gerust zijn. Aan de andere kant, als het om zetelroof gaat, is het zo dat ik er zelf niet voor gekozen heb om uit de D66- fractie te treden, dus ik denk niet dat er sprake is van op die manier handelen. Er is veel gezegd van avond over het dualisme. Die hele discussie bevreemdt mij een beetje. Ik moet u eerlijk zeggen dat ik vind dat die zo langzamerhand niet echt meer in deze zaal thuishoort. Het is volgens mij zo dat het elkaar verketteren op dit punt weinig zin heeft. Het is veel zinvoller om met elkaar een lange, en niet altijd even makkelijke, weg te bewandelen en daarbij vooral te leren van de ervaringen die we met elkaar opdoen. Wat dat betreft ben ik ook geneigd om vooral de positieve aspecten van de verschil lende bijdrages op dat punt vanavond te benadrukken. Als ik hoor dat het CDA bereid is om te kiezen voor een onafhankelijke rekenkamer, ik heb het CDA weieens anders daarover gehoord, dan ben ik daar alleen maar gelukkig mee. Ik denk ook dat het inderdaad goed is dat er, onder voorwaarden, een raadspresidium komt. Daarover kan verder gesproken worden. Ik meen bij veel fracties te bespeuren dat het tijd wordt om de commissies anders te gaan indelen. Dus ook daarvoor wordt het tijd. Ik wil kort stilstaan bij de andere partijen. Ik vond het jammer in de schriftelijke bijdrage van het CDA te le zen dat men zich sowieso zou verzetten tegen moties die het landelijk kabinetsbeleid zouden aanval len of zouden willen blokkeren, of wat dan ook. Nou ben ik ook niet zo'n voorstander van allerlei mo ties die eigenlijk alleen maar, zeg maar, voor de buren zijn. Het gaat er, denk ik, om datje inhoudelijke politiek op lokaal niveau probeert te voeren met elkaar, maar aan de andere kant, en daar ben ik dan ook weer heel blij mee, zegt u wel dat juist de sociale component in het Programakkoord ook voor u volledig van kracht blijft. Wat de VVD betreft denk ik dat de heer Taks iets te makkelijk omgaat met de 8,1 miljoen waarover op een gegeven moment gesproken wordt. Er zijn vanavond nogal wat onder werpen de revue gepasseerd en kan me niet goed voorstellen dat die allemaal uit die 8,1 miljoen gefi nancierd gaan worden, dus het zou toch goed zijn om een bepaalde prioriteit aan te geven. Ik heb al eerder de prioriteiten gelegd bij met name de herstructureringsgebieden, Geschikt wonen voor ieder een, en de volkshuisvesting. De Partij van de Arbeid. Ik ondersteun het beroep dat u op het CDA doet en ook datgene wat u zegt over de woningcorporaties, namelijk dat die toch overal alle ruimte moeten krijgen om hun eigen rol in te vullen. Ik ben benieuwd naar de twee moties, maar voorzover ik uit uw woorden heb begrepen, denk ik dat ik die zeker kan ondersteunen. Leefbaar-Breda. Ik heb de inter ruptie van de heer Boer in eerste termijn helemaal niet als een aanval ervaren, dus dat is dan zijn kwalificatie daarvan. Verder is het zo dat ik vlak na de verkiezingen heb gezegd dat alle partijen het signaal van de kiezers op Leefbaar-Breda en ook op de landelijke Leefbaar-partijen toch vooral seri eus moeten nemen. Ik denk dat ik die uitspraak zou willen bewaren. Verder hecht ik, net als de heer Scheltens, ook aan de onafhankelijkheid van de rechterlijke macht. Daarom bevreemdde de schriftelij ke bijdrage van Leefbaar-Breda mij toch wel behoorlijk. De heer BOER Even ter interruptie, mijnheer de voorzitter. Ik weet met honderd procent zekerheid dat de heer Joosse onze kiezers heeft verweten dat ze niet wisten waar ze op stemden. Dat is heel wat anders dat wat hij

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 53