19 JUNI 2003
185
zijn opgevoerd, in wezen gaat om twee opties: óf deze straten gaan met voorrang en uitgebreid op de
schop en dan zullen we moeten accepteren dat er voor de rest van de stad weinig overblijft, óf we
stemmen de maatregelen af op het totaal beschikbare volume in relatie tot het totaal van prioriteiten in
het Verkeersplan. En dat laatste was de bedoeling met het, nogmaals, op verzoek, toesturen van dat
ambtelijke stuk, zodat u het totaal aan prioriteiten ook kunt meewegen in uw afwegingen in het kader
van de discussie over de Kadernota. Het tweede onderwerp is de Heuvel. U ziet vanavond voor u
liggen een brief van de voorzitter van de Stichting Wijkbelang Heuvel. We hebben een stuurgroepver
gadering gehad. Collega Heerkens en ik waren daarbij aanwezig namens het college. Wij hebben
daar en toen gezegd dat het geen stuurgroeponderwerp was. Dit is een onderwerp dat thuishoort in
de politiek, in deze zaal, dit podium. U weet dat het een pm-post is, dus vandaar dat u de brief zo
moet zien, dat wij hebben gemeend dat dit hier thuishoort. Het is aan u om in het debat daarover met
elkaar nader te communiceren. Als derde punt, tot slot, de Driesprong. Dit komt volgende week ook
even, wat mij betreft, aan de orde in de commissie SOW. De heer Haarhuis en mevrouw Overboom
hebben daar ook vragen over gesteld, dacht ik, in de vorige raadsvergadering. Wat ik in ieder geval al
op voorhand kan zeggen, is dat een werkbezoek natuurlijk altijd tot iets leidt. Anders is het geen werk
bezoek. Wat ik toen heb toegezegd en nu nog maar herhaal, maar dat werken we nog uit in de com
missie, is dat het college nog voor het zomerreces, en dat is zeer aanstonds, met een voorstel komt
om te starten met een verkenningenstudie naar dat gebied, wat zal resulteren in een projectdefinitie,
lees: ontwikkelingsvisie, at the end, om het maar eens op z'n mooi Nederlands te zeggen. Dus ook dat
pakken we op, maar ook daarvoor graag uw beraadslagingen in deze twee avonden.
Wethouder HEERKENS
Op de vraag die het CDA heeft gesteld met betrekking tot de reïntegratieprojecten en het verzoek aan
het college om meer concrete prestatieafspraken te maken, kan ik zeggen dat dit op dit moment al
gebeurt bij alle inkopen met betrekking tot de reïntegratie, zowel bij sociale activering als bij trajecten
naar werk. Wij maken al concrete prestatieafspraken. Afhankelijk van het type van contract verschilt
dat percentage. De Partij van de Arbeid heeft vragen gesteld met betrekking tot de jeugdwerkloosheid.
In de bestanden van Sociale Zaken is nog geen grote stijging te bemerken, maar bij het CWI zien we
ai wel dat het aantal inschrijvingen oploopt. Het risico van grote werkloosheid onder de jeugd wordt
zeker erkend, met name onder vroegtijdig schoolverlaters en de VMBO'ers. Er is ook een plan van
onze kant om bij het CWI een jongerenloket op te richten en vanuit dit loket alle dienstverlening aan
jongeren die zich daar melden te coördineren. Tegelijkertijd willen we daaraan leerwerkplaatsen kop
pelen. Het is een bundeling van krachten tussen het CWI en Sociale Zaken, waarbij allerlei voorzie
ningen die er nu al voor de jongeren zijn op een slimmere manier gekoppeld worden. GroenLinks
heeft een aantal opmerkingen gemaakt over de Wet Werk en Bijstand om het college uit te dagen
optimaal gebruik te maken van de ruimte. Dat doen we nu al. Denk aan de inkoop bij de vrijwilligers-
centrale, het IMW en Samen naar Werk. U bedoelt dat ook naar de toekomst toe en u wijst op het
work-first-phr\c\pe van bijvoorbeeld het Den Bosch-model. Wij zijn ook al op bezoek geweest in Den
Bosch. Gelooft u me: er zitten ook nadelen aan die modellen. Ik denk dat het goed is daarop in de
commissie nog eens in te gaan, maar wij willen in ieder geval wel voor een beperkte groep voor de
inkoop voor 2004 dergelijke methodes gaan toepassen. U heeft nog een vraag gesteld met betrekking
tot de algemene vrijstelling van de sollicitatieplicht voor eenoudergezinnen met kleine kinderen. Dat
mag straks niet meer. Wel kan de raad straks in een verordening die u moet vaststellen rekening hou
den met mensen met zorgtaken. Dat zult u wel op individuele gronden moeten doen, maar ik ben van
plan om ook in die sfeer zeker zulke voorstellen aan u voor te leggen. D66 en nog een andere fractie
hebben ook over de ID-banen een paar vragen gesteld. De feitelijke invulling van de ID-banen in Bre
da is altijd rond de 700 geweest. We proberen dat in stand te houden. Een grote besparing op termijn
is dat we nog maar 100 procent vergoeden van het minimumloon. Dat betekent niet dat de ID'er geen
hoger salaris krijgt. Dat is afhankelijk van de CAO, waarop we geen invloed hebben. Dat betekent dus
dat de werkgever straks gewoon de rest zelf bijlegt, maar we gaan wel een overgangstermijn voor
stellen van vier jaar. Dat wordt dan gefinancierd uit de reserves, maar wij zullen daarover ook bij de
begrotingsbehandeling in de commissie zeker nog spreken. Wat betreft het RIO, waarover de heer
Oomen al aankondigde dat ik hierover iets zou zeggen, het volgende. Zoals de commissie al weet, is
er In september 2002 een onderzoek verricht door een ambtelijke werkgroep van de negen gemeen
tes. We hebben de aanbeveling gedaan om het RIO in drie jaar efficiënter te laten werken, onder an
dere door een verlaging van de normtijden van de indicatieadviseurs, een besparing op het secretari
aat en het stopzetten van bijvoorbeeld de indicering van steunpunten. Vervolgens zien we nu in de
eerste managementrapportage van dit jaar dat er absoluut een steeds grotere stijging is van de aan
vragen. Dat is ook een autonome ontwikkeling in het kader van de vergrijzing. Vervolgens blijkt dat er
in verband met ziekteverzuim, een oplopende achterstand, steeds nieuwe taken en het functiegericht
