Bijlage behorende bij de notulen van 19 juni 2003 Kadernota 2004 6 Algemene beschouwingen van de VVD-fractie over de Kadernota 2004 In de duale verhouding tussen college en gemeenteraad is de kadernota bij uitstek het instrument om de raad in staat te stellen de financiële en inhoudelijke beleidskaders te formuleren en daarmee de beleidsontwikkeling te sturen. Het bestuurscollege heeft geen andere taak dan het aangegeven be leid uit te voeren. In die duale visie op de totstandkoming van de kadernota is voor het college slechts een bescheiden rol weggelegd, althans in politieke zin. Echter, ook in het duale stelsel is het bestuurscollege belast met de voorbereiding van de besluitvorming van de gemeenteraad. De gang van zaken rond de voorberei ding van de ontwerpkadernota laat zien, dat die technische bemoeienis van het college niet kan wor den gemist. Zonder voorbereiding door het dagelijks bestuur zou er op dit moment zelfs geen kader- notadebat kunnen worden gehouden. Het hoge duale ambitieniveau waarmee de raad deze zittings periode is ingegaan en dat erop gericht was dat de raad zelf, zonder enige medewerking van het college, louter op basis van financiële informatie een kaderstellend debat, een z.g. prekadernotadebat, zou gaan voeren, is een illusie gebleken. De nu gevolgde procedure is naar de mening van de VVD een alleszins aanvaardbaar alternatief. De voorliggende nota biedt voldoende keuzemogelijkheden en scenario's om de raad een eigen afweging te laten maken. De nota is zeker niet "dichtgetimmerd door het college. Dat de werkelijke speel ruimte toch uitermate klein is uitgevallen, heeft vooral te maken met de verslechterende economische en financi ële situatie. De VVD ziet geen enkele aanwijzing dat het college gebruik zou hebben gemaakt van zijn dominante positie, op een wijze die niet past bij de nieuwe bestuurlijke verhoudingen. Voor het werk van de adviesgroep kadernota 2004 heeft de VVD waardering. Haar procedurevoorstellen dragen bij tot een verdere ontwikkeling van het duale stelsel en de inhou delijke handreiking bevordert de toegankelijkheid van de ontwerp-kadernota. Slechts op één punt heeft de VVD kritiek. De adviesgroep is wat te krampachtig te werk gegaan in haar poging het bestuurscollege te weren uit het raadsdebat. Naar de mening van de VVD is dat niet terecht, want het college heeft uiteindelijk toch de nota voorbereid. Het is inderdaad van belang dat de fracties vooral met elkaar in debat gaan, maar voor de kwaliteit van het debat kan het van belang zijn op een bepaald moment de opvatting van het college te vernemen. Dat zou naar de mening van de VVD ook in een prekadernotadebat, zoals oorspronkelijk bedoeld, noodzakelijk zijn geweest. De VVD is in elk geval niet bevreesd voor collegeleden die zich in het debat mengen. De VVD acht zich zeer wel in staat ten opzichte van het college een onafhankelijke opstelling te kiezen, ook ten opzichte van de geestverwante collegeleden. Debat tussen college en raad doet volstrekt geen af breuk aan de noodzakelijke duale verhoudingen. Integendeel, raad en college kunnen elkaar aanvul len. Een goede samenwerking, met respect voor eikaars positie, is het meest vruchtbaar, ook voor de verdere ontwikkeling van het dualisme. Een meer diepgaande beschouwing over de actuele stand van zaken met betrekking tot de dualise- ring is nu niet aan de orde. Wel wil de VVD opmerken, dat in het afgelopen jaar veel goede initiatie ven van de grond zijn gekomen, zoals de wijkbezoeken van de raadscommissies. Er valt echter nog veel te verbeteren. Het is de vraag of het fractievoorzittersoverleg, dat belast is met de sturing van het politieke proces, voldoende slagvaardig weet te opereren. De besluitvaardigheid laat soms te wensen over. De VVD verwacht, dat de instelling van een raadspresidium als dagelijks bestuur van de raad het fractievoorzittersoverleg zou kunnen ontlasten. Het programakkoord van CDA, VVD en PvdA ligt ten grondslag aan de inhoud van de kadernota. Dat is het gevolg van eerdere besluitvorming, bij de vorige kadernota en de begroting voor dit jaar. De VVD wenst onverkort vast te houden aan het programakkoord. Naar de opvatting van de VVD bevat het programakkoord en daarmee ook de kadernota 2004 een goed evenwicht tussen het hoge ambitieniveau, passend bij een stad met karakter, en een kwalitatief goed voorzieningenniveau voor de burgers tegen redelijke lasten. De beleidsvoornemens van het programakkoord behouden hun prioriteit, ook nu het de stad financieel wat minder goed dreigt te gaan.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 62