25 SEPTEMEBER 2003
346
accenten binnen het hele terrein wat verschuiven en dat we zullen werken met de middelen die we daar
voor hebben. Dat kan mogelijk worden aangevuld met wat provinciale middelen, maar zoals u in de rijks
begroting in het hoofdstuk cultuur van het ministerie hebt gelezen, zal dat ook niet al te veel vet meer op
leveren. Dus we zullen samen moeten roeien met de riemen die we hebben, vandaar dat die accenten zo
belangrijk zijn. Ik noem zo'n accent, bijvoorbeeld onderwijs en cultuur. Ik heb gisteren in de VNG-
commissie in Den Haag nog eens aangegeven, en daar was ook brede steun voor, dat het niet zo kan zijn
dat kunst en cultuur de subsidiegever van het onderwijs is, maar dat het departement van Onderwijs zelf
aangesproken zal moeten worden op substantiële middelen om in de onderwijspraktijk kunst en cultuur,
en met name kunsteducatie, handen en voeten te geven. Wij zullen dat in het overleg met twee ministe
ries en met twee functies nog eens nadrukkelijk aan de orde stellen, want dat is bijvoorbeeld zo'n punt
waarvoor, ook in de discussie die we over het vmbo en over het festival hebben gevoerd, ook door de
raad middels de commissieleden, duidelijk accenten zijn gegeven. Dus u als commissie legt de prioriteiten
en samen kijken we of we binnen de gestelde kaders, beleidsmatig en financieel, met elkaar door de deur
kunnen. Ik ben het volstrekt oneens met de opmerkingen van de heer De Roos. Met name het woord
spelletje, het letterspelletje van hem over het Grafisch Museum is bekend. Ik vind het nogal metaforisch,
de beperkte visie die GroenLinks heeft op kunst en cultuur. Als het werkelijk om kwaliteit gaat en niet om
de prioritering van één instelling ten opzichte van de andere instellingen, zet het met zo'n letterspelletje
over een museum - dat wij samen weg hebben gezet en wat een professioneel kader zal bieden voor een
nationaal museum in deze provincie die nou niet bepaald door nationale musea is verrijkt - dat project
weg. Dus GroenLinks, GL, Geen Lef, is in uw richting mijn antwoord op uw spelletjes. Als dat het niveau is
waarop wij over kunst en cultuur praten
De heer DE ROOS
Bij interruptie. Ik zou de voorzitter
Wethouder AD ANK
dan doe ik daar niet aan mee.
De heer DE ROOS
willen vragen om de wethouder nog even te laten doorgaan. Dan kan ik ondertussen allerlei leuke in-
vulspelletjes voor het CDA verzinnen.
Wethouder ADANK
Wij houden ons met beleid bezig en u met uw spelletjes. Voorzitter, in de richting van
De heer DE ROOS
U deed anders lekker mee.
Wethouder ADANK
In de richting van de heer Schoenmakers het volgende. Ik heb u toegezegd, ik heb deze week geprobeerd
dat duidelijk te maken, dus ik denk dat ik in heel brede zin aan uw wens tegemoet kom, om eens duidelijk
te maken hoe we dat de komende maanden gaan faseren. We hebben nu een flinke stap gemaakt. Ik kijk
nu naar de concernbegroting 2004, de nota Aansturing Culturele Veld en de budget- en prestatieafspra
ken. Daar is niets mis mee. Even in de richting van de heer De Roos: de afgelopen jaren toen ik ben be
gonnen, heb ik ook u duidelijk gemaakt dat ik niet van plan was om elk jaar met twee miljoen overschrij
ding van de culturele instellingen terug naar het college te gaan. Dus daar hebben we zware maatregelen
op gezet en we hebben, breed gesteund in de raad, een Cultuurbedrijf en een Vakdirectie weggezet, ui
termate professioneel, zeer betrokken en prima werkend in de stad. Dus ik denk, mijnheer Schoenmakers,
in uw richting, dat we die fase met elkaar prachtig voor 1 januari 2004 in oktober, november en december
kunnen afsluiten met een inhoudelijke invulling van datgene waarmee we in deze stad bezig zijn, zoals ik
dat probeerde duidelijk te maken in mijn inleiding. En dan is het aan u om de middelen voor 2004, 2005
en 2006 met elkaar te bediscussiëren en te kijken of de voorstellen waarmee ik in uw richting kom vol
doende zijn. De opvattingen van de heer Kwisthout zijn het college genoegzaam bekend. Dank u wel.
TWEEDE TERMIJN.
De heer BOER
In eerste instantie hebben wij niet veel gezegd, omdat wij een stemverklaring wilden afleggen naar aanlei
ding van het antwoord van de wethouder. De wethouder begon met de vier hoofdthema's van ons beleid:
wonen, werken, zorg en cultuur. We hebben gisteren een indringende en ingrijpende discussie gehad