27 NOVEMBER 2003
477
De VOORZITTER
Ik begin nu ook in enige mate Deelbaar-Breda te ontdekken.
De heer LIPS
Ik durfde het niet te zeggen, maar ik dacht hetzelfde.
De heer VAN YPEREN
Het is 40 jaar goed gegaan in het Havenschap. De wethouder heeft heel duidelijk aangegeven: jaren
lang is er veel met elkaar gestoeid en geregeld en het was niet altijd makkelijk. Dat is zo. Maar waar
om zien we het dan nu bestuurlijk niet meer zitten? Breda '97 vindt de problemen die er nu zijn ten
opzichte van alle geschetste problemen uit het verleden eigenlijk niet zoveel groter. We hebben dat
kunnen vaststellen in de stukken, ook in de geheime stukken, want daarin staat heel duidelijk hoe de
zaak op de dag van vandaag is. Wij kunnen alleen maar zeggen: je zou er met elkaar uit moeten kun
nen komen. We geloven daar ook in. Breda '97 prefereert binnen het Havenschap te blijven, al was
het maar om mede aan de nieuwe vorm van het Havenschap gestalte te kunnen geven. Uittreden en
een jaar lang alleen maar ambtelijke ondersteuning in het Havenschap achterlaten, geeft ons geen
enkele basis van vertrouwen. We denken dat aan de belangen van Breda om gestalte te geven aan
de omvorming tot een NV eigenlijk geen recht wordt gedaan. Ik twijfel niet aan de ambtenaren, maar
je doet niet meer mee als volledige partner. Dat betekent ook dat de partners wat dat betreft een an
dere houding aannemen, zeker als Breda er op een gegeven moment is uitgestapt. Dus Breda '97 is
tegen het bestuursvoorstel.
De VOORZITTER
Dank u wel. Dat hadden we wel min of meer begrepen.
De heer JOOSSE
Dank aan de wethouder voor de zeer uitgebreide en rustige beantwoording van de vragen en de om
standige wijze waarop hij nog eens heeft uitgelegd wat zijn motivatie is. Wat mij betreft, is toch een
heel belangrijk argument dat naar aanleiding van het rapport Korsten en Versteden een weg had moet
worden ingegaan waarbij de partners gezamenlijk waren verdergegaan, daarbij ook rekening houdend
met de aanbevelingen uit het rapport alsmede de operatie om tot beheersing van de kosten te komen.
Blijkbaar was dat niet mogelijk. De gemeente Moerdijk heeft in haar brief nog eens heel duidelijk aan
gegeven dat er van die gemeente weinig valt te verwachten. Daarmee vervalt eigenlijk dus ook de
motivatie om nog langer aan de gemeenschappelijke regeling deel te nemen. Ik ben wel blij met de
toezegging die de wethouder heeft gedaan wat betreft het uitstel van de termijn om langer actief te
blijven als Breda. En wat ik ook heel belangrijk vind, is dat de gemeente Breda bij de ontwikkeling van
Moerdijkse Hoek een positieve opstelling toont om daaraan ook mede vorm te geven. Dat is voor Bre
da van heel wezenlijk belang.
De VOORZITTER
Zeer bedankt. Ik constateer dat er eigenlijk geen vragen meer zijn gesteld, maar dat er vooral stem
verklaringen zijn gegeven en dat de toezegging van de wethouder is vastgelegd. Had de wethouder
zelf nog vragen ontdekt? Neen, hè.
Wethouder ADANK
Ik laat het graag aan u over om dit punt af te sluiten, voorzitter. Ik heb toezeggingen gedaan in de
richting van de heer Taks en ik heb eerder toezeggingen gedaan, ook in de richting van de heer Joos-
se, met betrekking tot Moerdijkse Hoek terzake een nauwe samenwerking met de Provincie en andere
gemeenten binnen het Westbrabantse.
De VOORZITTER
Ik stel voor om tot besluitvorming over te gaan. Wie waren er tegen?
De heerLEUNISSE
Voorzitter, even een stemverklaring.
De VOORZITTER
Die hebben we al gehoord.