18 DECEMBER 2003 535 De heer BOER De wethouder is niet ingegaan op een belangrijke vraag die wij stelden in de brief waarin wij het inter- pellatieverzoek indienden. Ik heb die met opzet niet voorgelezen, met het oog op de tijd en ook omdat de wethouder die brief in zijn bezit had. Ik wil dat de wethouder antwoord geeft op de vragen die in het interpellatiedebat zijn gesteld. De heer SCHELTENS Ik zou me graag daarbij willen aansluiten. Ik heb ook vragen gesteld en die worden gewoon niet be antwoord, omdat de wethouder dat niet wil of niet kan. Ik heb hele concrete vragen gesteld, die zeer belangrijk zijn voor dit dossier en daarop wordt niet gereageerd. Met andere woorden: waarom en wanneer is afgezien van de hellingen? Daarop wordt gewoon niet geantwoord. Wethouder NIEDERER Wellicht dat ik dan in een tweede termijn daarop inga. Ik verwijs u naar de uitvoerige schriftelijke do cumentatie die vanuit het college uw kant uit is gekomen. Het is een herhaling van een herhaling van een herhaling. De heer BOER Neen. De wethouder heeft gezegd en hij stichtte daarmee verwarring, dat in het bestemmingsplan, en dat heb ik ook expliciet aangegeven in mijn vraag, beide zaken mogelijk waren. Ik wil van de wethou der horen of dat nog steeds zo is. Is het binnen het bestemmingsplan mogelijk om ook hellingbanen aan te leggen, ja of neen? Wethouder NIEDERER Neen, binnen dit rechtens onherroepelijke bestemmingsplan is het niet mogelijk om op basis van dat bestemmingsplan de hellingbanen aan te leggen. Dat zal moeten via een artikel 17- dan wel een arti kel 19-procedure. De heer BOER Waarom heeft u dat dan gezegd? Wethouder NIEDERER Dat heb ik duizend keer gezegd. En de Raad van State De heer BOER Waarom heeft u gezegd dat op een gegeven moment beide zaken mogelijk zijn? Dat heeft u zo ge zegd. Wethouder NIEDERER Mijnheer Boer, ik heb gezegd wat ik heb gezegd. Lees de uitspraak van de Raad van State. De VOORZITTER Er is een schorsing gevraagd. Hoe lang hebt u nodig? De heer DUBBELMAN Tien minuten maximaal. De VOORZITTER Tien minuten. Dan is de vergadering voor tien minuten geschorst. De VOORZITTER schorst de vergadering. (tweede) SCHORSING. De VOORZITTER heropent de vergadering. De VOORZITTER Mag ik vragen, het CDA heeft om de schorsing gevraagd, of de heer Adriaansen het woord wenst?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2003 | | pagina 45