29 JANUARI 2004 52 ven. Daar moeten we eerlijk in zijn. Het is nogal wat wat daar ter discussie is. Ik vind het iets te een voudig om nu te veronderstellen dat daar alle heil vandaan zal komen. Ik denk dat dat nog een hele moeilijke slag gaat worden. De benchmark is inderdaad goed maar ik beluister, en daar ben ik het ook van harte mee eens, dat het ook gaat om de klanttevredenheid. Die gaan we ook weer onderzoeken. Het gaat daarbij om de vragen: bieden we ook voldoende kwaliteit aan de voorzieningen en bieden we ook de juiste voorzieningen dus de passende voorzieningen? Ik denk dat dat heel belangrijk is, van daar dat u dat ook weer tegenkomt. Wat betreft de financiële problemen het volgende. Het ziet ernaar uit dat we het tot 2006 kunnen redden. Ik zeg daarbij dat dat komt omdat we elk jaar kijken en probe ren efficiencyslagen te maken. Dat hebben we gedaan door de inkoop, dat hebben we kunnen berei ken door de aanbesteding van de deeltaxi die voor Breda voordeliger uitviel. We hebben dat dus steeds gedaan en daarom ziet u dat wij het nu langer gaan volhouden. Hadden we dat niet gedaan, dan waren we eerder in de financiële problemen gekomen. Nu hoor ik partijen, onder andere Breda '97, zeggen: wij willen bij de Kadernota toch meer zicht op hoe wij daarmee omgaan. Maar dan denk ik: op een gegeven moment is de rek eruit. Wij zullen nog het nodige proberen, bijvoorbeeld door sa menwerking met corporaties. Wij zoeken nu naar mogelijkheden om daar waar veel oudere mensen wonen de voorzieningen die zij nodig hebben te koppelen en daar dus ook weer efficiënter mee om te gaan, er worden slagen gemaakt in het reguliere openbaar vervoer dat meer mensen met een handi cap daarvan gebruik kunnen maken. Maar toch zal dat probleem zich op een gegeven moment aan dienen. De Partij van de Arbeid heeft gezegd zich daar hard voor te maken, de WD sloot zich daarbij aan en ook anderen. Dus wie weet, komt het dan toch nog goed na 2006. Maar dat betreft de volgen de raadsperiode en daar gaan wij nu niet over. Ik denk echter wel dat het niet gemakkelijk zal zijn en u kunt van het college niet verlangen dat, als we de voorzieningen overeind willen houden, we bij die Kadernota zoveel inzicht zullen geven dat we het ook na 2006 zullen redden. Wel kunt u ervan op aan dat ik iedere keer weer zal kijken hoe we met behoud van het voorzieningenniveau steeds die effici encyslagen kunnen maken. Wie weet, redden we het dan nog iets langer, maar eens zullen die reser ves wel uitgeput zijn. De VOORZITTER Dank u wel. Ik kan me niet voorstellen dat u nog in tweede instantie vragen heeft. TWEEDE TERMIJN De heer BOER Heel kort richting de wethouder. Wat ik eigenlijk mis in haar antwoord is dat het natuurlijk geen ge meentelijke zaak is, het is een rijkszaak waar de gemeente tegen op moet knokken. Ik vind de colle gepartijen die in Den Haag hun regeringspartijen hebben zitten de Haagse collega's moeten waar schuwen voor datgene wat hier aan de hand is. Ik kan me voorstellen dat u dat niet kunt zeggen, maar dat doe ik dan wel voor u bij dezen. Wethouder HEERKENS Het enige wat ik nog kan zeggen is dat ik constateer dat alle partijen, en ik zie een aantal wethouders in G26-verband waarin alle partijen zitten, intensief meediscussiëren over de Wet Maatschappelijke Zorg waar niet alleen de AWBZ-zaken maar ook de Wvg-voorzieningen en de Welzijnswet zullen wor den ondergebracht. En de vraag is dan: wat kunnen wij onze burgers bieden in het kader van die ver maatschappelijking van ook de gehandicapte medemens? Daar gaat het om. Ik zie in dat verband in ieder geval allerlei bezorgde wethouders vanuit allerlei partijen daarover meediscussiëren. Het is niet zo dat ik heel hoopvol ben dat we er nu ineens financieel uit komen, maar aan de andere kant vind ik het qua visie wel heel goed dat ook het kabinet lijnen uitzet waardoor ze zeggen: wij willen toch tot een herkaveling komen en kijken hoe we de lokale overheid meer bevoegdheden kunnen geven. Want die burger kijkt naar ons. Het is waar datje dan in een financiële discussie terechtkomt, dat heb ben we met de Wvg ook gezien. Het is vaak zo dat dingen iets te gemakkelijk op de gemeente worden afgewend en aan de andere kant vind ik het wel weer goed dat wij die bevoegdheden krijgen. Voorlo pig zal het dus nog wel een intensieve discussie zijn. De VOORZITTER En lobby, daar ging het om. Dank u wel. Ik stel voor om dit debat te beëindigen. Ik neem aan dat niemand, want dat heb ik niet gehoord, tegen dit plan is. Niemand? Dan met de complimenten graag aanvaard namens het college besluiten we om dit beleidsplan vast te stellen. Akkoord.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 24