19 FEBRUARI 2004 89 jaren. Wij hebben ook een bepaalde verantwoordelijkheid naar de mensen die na deze raadsperiode komen en daar gaat mijn zorg naar uit. Ik heb met de wethouder Middelen ook al eens daarover ge sproken. Dus daar moeten wij ons voor wapenen en op dat terrein heb ik gezegd dat ik niet kan in stemmen met de investering voor het Grafisch Museum. Hij moet mijn woorden niet verkeerd inter preteren. Ik vind het flauw om dan te zeggen dat mijn fractie afgerekend is tijdens twee verkiezingen. Ik vind dat beneden de gordel, mijnheer de voorzitter. Inderdaad is het zo dat wij van vijf naar drie zetels zijn gegaan, maar wij proberen toch wel als fractie van Breda '97 datgene naar voren te bren gen wat de burgers aangaat. En daar blijf ik voor staan. Het is nog altijd zo, en dat moet hij dan maar voor lief nemen, dat in de dorpen Bavel, Ulvenhout en Teteringen mijn partij nog steeds de grootste partij is, en het CDA niet meer. Als hij mij op die manier benadert dan benader ik dat ook op deze manier. Wij hebben altijd gestaan voor een evenwichtig beleid. Wij hebben ook gezegd dat wij blij zijn geweest met het sociale gezicht van dit college. Maar wij zijn ook verantwoording verschuldigd naar de mensen die na ons komen. Men mag mij niet verwijten dat ik cultuur als een ondergeschoven kind beschouw, want cultuur staat bij mij heel hoog in het vaandel. Voorzitter, ik wil er hier verder niets meer aan toevoegen. Uit de bijdragen van de fracties is duidelijk geworden dat de meerderheid van de raad akkoord zal gaan met dit voorstel. Het is onze stellige overtuiging dat de meerderheid van de Bredase bevolking zich beter zal kunnen herkennen in de standpunten die door ons naar voren zijn gebracht. We zouden toch luisteren naar de burgers van Breda als we dat echt belangrijk vonden? Wij zijn tegen dit voorstel. De VOORZITTER Dank u wel. Ik geef het woord aan de heer Akinci. De heer AKINCI Ik zal het even vanaf mijn plaats doen, voorzitter. De verontwaardiging van de vorige spreker is geheel terecht. Uit de bijdrage van de heer Adank mag ik begrijpen dat het college de wijsheid in pacht heeft. De raad moet maar naar zijn pijpen dansen. Anders zouden we dit project schade toebrengen, en zou het wellicht verkeerd ontvangen worden in het land en in de provincie. Ofwel: ten bate van dit project moeten we de democratie maar even opzij zetten en de gelederen sluiten. De wethouder noemt de vier punten van de Stadsvisie: wonen, werken, zorg en cultuur. Ik denk dan aan 17 duizend mensen op de wachtlijst, ik denk aan onduidelijkheid over de toekomst van de gesubsidieerde arbeid, ik denk aan de tentenkampjes bij de daklozenopvang, en ik denk aan de dreigende tekorten bij Sociale Zaken. En dan cultuur. Tja, een Museum voor Grafische Vormgeving. Wij zijn ook tegen dit voorstel. De VOORZITTER Dank u wel. De heer Kwisthout. De heer KWISTHOUT Voorzitter, de wethouder stelt, enigszins vrij vertaald, het is tenslotte bijna carnaval, dat kunst en cul tuur niet aan de achterste mem zou moeten hangen. Dat is het laatste wat de SP-fractie zou willen. Maar kunst en cultuur is meer dan een Museum voor Grafische Vormgeving. Kunst en cultuur is ook cultuureducatie, is ook een bibliotheek, is ook subsidie voor kleinschalige culturele initiatieven. En dat zijn zaken waaraan onze fractie het geld liever zou uitgeven, als we dan toch binnen de post cultuur zouden moeten blijven, dan aan het Museum voor Grafische Vormgeving, wat in de ogen van onze fractie nog steeds vooral elitaire belangen dient. In de bijdrage van de wethouder, en het spijt mij om het te zeggen, gedraagt hij zich een beetje als een Franse president die in zijn ambtstermijn koste wat kost een monument op moet richten voor het nageslacht om te laten zien hoe goed hij het heeft ge daan. Met kleinschalige initiatieven, met cultuureducatie is het nu eenmaal wat moeilijker scoren dan met een Grafisch Museum. Wij zijn tegen. De VOORZITTER Ik hoor nog geen voorstel om het 'Centre Adank'te noemen. Mevrouw BOIDIN-VAN HOEVE Voorzitter, even een korte interruptie in de richting van de heer Kwisthout. Hij noemt cultuureducatie, de bibliotheek en de kleine culturele initiatieven. Over dat laatste is de afgelopen periode inderdaad discussie geweest toen het ging om de ID-banen, maar ik wil toch in herinnering roepen wat wij in de afgelopen periode hebben gedaan voor de cultuureducatie en ook voor de bibliotheek. Voor het bibli otheekplan in zijn totaliteit, de nieuwe bibliotheek Brabantplein, et cetera. Dat wordt nu op deze ma nier, denk ik, toch tekort gedaan en dat is niet juist.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 35