19 FEBRUARI 2004 96 Akkoord. 9. OPDRACHTGEVERSCHAP VOOR PROGRAMMA VAN EISEN EN VOORLOPIG ONTWERPFA SE NSP/OV-TERMINALCOMPLEX BREDA-CS. De raad wordt gevraagd een voorbereidingskrediet ter beschikking te stellen voor de eerste fase van de architectenselectie voor het Openbaar Vervoer Terminal-complex voor de Spoorzone. De heer DOUWES DEKKER De behandeling van dit raadsvoorstel, het programma van eisen (PVE) en voorlopig ontwerpfase voor het nieuwe NSP/OV - oftewel nationaal sleutelpunt openbaarvervoer-terminal voor een nieuw station, zal ik maar huishoudelijk zeggen - is in de commissie SOV onlangs uitvoerig en afdoende aan de orde geweest. Onder meer werd de daadkracht van het college in zijn Haagse optreden geloofd. Voorzitter, hoe is dat? U werd geloofd in het Haagse optreden. Over het algemeen is dan ook brede steun voor de opzet van de procedure in de commissie aan de orde geweest. De VVD-fractie heeft waardering voor de rol die het college wenst te spelen als opdrachtgever voor de eerste fase tot en met de voorlopig ontwerpfase om geen tijd te verliezen. Zelf noemt het college dit de meest pragmati sche oplossing voor de korte termijn waarin de gemeente Breda voorlopig optreedt als opdrachtgever. Dit leidde op 10 februari in de commissie tot vragen die geloofwaardig werden beantwoord. De proce dure voor de architectenselectie, want daar hebben we het vooral over, wordt gevoerd conform de Europese richtlijnen. De gunning wordt volgens het raadsvoorstel feitelijk een aanbesteding voor de gehele ontwerpopdracht genoemd, dus inclusief het definitief ontwerp, al zegt dat niet de tekst van het raadsvoorstel zelf. Namens het college heeft de wethouder de commissie gemeld dat de beoogde splitsing van opdrachtgeverschap niet ongebruikelijk is in de huidige aanbestedingspraktijk van grote werken. Met name het departement Verkeer - lees: Rijkswaterstaat - zou als gedroomde opvolgende opdrachtgever voor de tweede fase nu al voldoende gecommitteerd zijn. Breda is maar een stukje van de NSP-puzzel. Aanvullend zouden wij dan ook van het college graag nog willen horen hoe dit door hem voorgestelde traject zich met name verhoudt tot de praktijk bij de andere steden die betrokken zijn bij het grootschalige NSP-project. Dank u wel. De heerLEUNISSE Voorzitter, ook Leefbaar-Breda is pragmatisch. En in dat geval steunen wij in een groot aantal zaken ook dit college. Tijdens de commissiebehandeling over het nieuwe sleutelproject - zo heet het feitelijk, het is een enorm majeur project dat ook weieens moeilijke punten kent, zeker in de financiering - hadden wij net als de VVD de gedachte: doen we dat wel goed, kunnen wij een harde toezegging krijgen van de wethouder dat dit ook zo kan, dat het in den lande ook zo gespeeld wordt, en dat het voldoende is afgedekt? Want in het stuk wordt ook gesteld dat degene die bepaalt betaalt. Als je in pragmatische zin hier zo overheen leest, dan denk je: als je eenmaal ja zegt, dan ben je dus ook ge bonden en ook verantwoordelijk. Maar met de toezeggingen van het college, wat misschien dadelijk nog wordt benadrukt, dat dit alleen maar is voor de eerste fase, als dat zo is, zouden wij daarmee kunnen instemmen. De VOORZITTER Dank u voor het pragmatisme. De heerSCHELTENS Ook heel kort, dus ik blijf ook weer zitten. In grote lijnen kunnen wij het verhaal van de heer Douwes Dekker onderstrepen. Dat is gewoon positief. Dus dit stapje, daar staan wij helemaal achter. We gaan als Breda voor kwaliteit. Dat is hard nodig, want het huidige stationsgebouw lijkt heel erg op de fa briekshal van Princess op het Minervum, en daar moet je ook zoeken naar een in- en uitgang. Dus willen we dat beter doen, dan moeten we gewoon gaan voor kwaliteit en dan is in deze fase dus dat geld echt nodig. De VOORZITTER Dank u wel. De wethouder. Wethouder Niederer. Kort, zoals gebruikelijk. Wethouder NIEDERER Dank u wel. Leden van de commissie, laat mij even aanvatten de vragen van de heer Douwes zeg ik iets fout?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 42