19 FEBRUARI 2004
114
De heer BOER
Mijnheer de voorzitter, ik blijf toch zitten, ondanks dat dit toch een belangrijk onderwerp is. Wij hebben
er zwaar over gediscussieerd in de commissie. Uiteraard wil ik dat niet overdoen. We hebben toen
onder andere betreurd wat er is gebeurd bij de film Shouf Shouf Habibi!. U bent daarop ingegaan en u
heeft dan ook maatregelen genomen om dat in het vervolg te voorkomen. Daarna ben ik ook zelf naar
die film geweest. Ik moet zeggen dat het een buitengewoon humoristische film is. Alle problemen van
deze bevolkingsgroep komen op een humoristische wijze aan de orde, waarbij toch heel duidelijk
wordt aangeven wat de oplossingsrichting is. Persoonlijk denk ik dat het brengen van meer humor in
deze discussie gewoon ook bijdraagt tot integratie. We sluiten ons aan bij wat het CDA en de VVD
zeggen over de aanscherping van de doelen en het vastleggen van prestatieafspraken. Dat kan wat
harder. Wij steunen dus ook het amendement.
De heer AKINCI
Ik had toch nog de behoefte om nog heel even hier te gaan staan.
De VOORZITTER
Ik zou ook de marathon gaan doen.
De heer AKINCI
Neen, dat haal ik niet. Ik rook, weet u wel? In de commissie hebben we inderdaad uitvoerig over dit
onderwerp gesproken. Ik denk dat er niet zo'n heel groot verschil is tussen het beleid dat de wethou
der wil gaan voeren en wat de fractie GroenLinks voorstaat. In ieder geval niet op de punten in deze
notitie. Over de Incom hebben we het ook nog even gehad. Moetje die nu al sluiten, of moetje dat op
termijn doen? De wethouder gaf daarover duidelijk aan dat het niet zo is dat de Incom morgen geslo
ten wordt, dat zou te vroeg zijn, maar dat het wel iets is wat op termijn gaat gebeuren. Die toezegging
stemt ons dan ook tevreden. Waarom ik hier even ga staan, is eigenlijk omdat het integratiedebat in
Nederland de laatste jaren wat 'verextremiseert'. Ik weet niet of dat een goed woord is, maar het wordt
in ieder geval wat extremer en ook wat ongenuanceerder. Nu is het inderdaad zo dat er in het verle
den misschien af en toe wat te soft over deze problematiek is gesproken en dat er te veel dingen zijn
blijven liggen, maar dat is niet een vrijbrief om nu maar met ongenuanceerde en verkeerde beelden te
gaan werken. Dat zou het hele integratieproces niet ten goede komen. Het is nog steeds zo'n kwets
baar proces, waarover je wel móet praten, maar zeker in de politiek moetje daarbij uitkijken datje niet
gaat vervallen in algemeenheden en bepaalde gevallen gaat uitvergroten, die niet het juiste beeld
geven voor een hele groep.
De heer BOER
Mag ik even vragen, mijnheer de voorzitter. Heb je de film gezien?
De heer AKINCI
Ik heb de film niet gezien, maar ik ben blij met uw positieve reactie daarop. Ik kan me namelijk herin
neren dat u in de commissie en voorafgaande aan de commissie nog een heel ander beeld had over
in ieder geval de bezoekers van die film, en daar gaat die film nou juist over. Dus wat dat betreft is ook
uw wat genuanceerde reactie vanavond een positieve wending, denk ik. Een aantal dingen over inte
gratie. Wanneer er geïntegreerd wordt in een samenleving, dan heb je het over meerdere culturen die
met elkaar in aanraking komen, eikaars normen en waarden tegen elkaar gaan afwegen en daarin
een eigen vorm gaan proberen te vinden, die uiteindelijk natuurlijk past binnen de kaders die de Ne
derlandse wetgeving daarvoor stelt. Dat botst. Dat is een algemeen iets wat hoort bij integratie. Daar
gaan dingen fout. Dat zijn die problemen die we zo nu en dan eens in de kranten lezen of zo nu en
dan eens zelf meemaken. Als het niet zou botsen, dan zou dat betekenen dat verschillende culturen
niet met elkaar in aanraking komen, en dan is er dus ook geen sprake van integratie. Laten we bijna
blij zijn dat er af en toe extreme voorvallen plaatsvinden, want dat betekent in ieder geval dat er iets
gebeurt. En laten we alsjeblieft integratie niet verwarren met assimilatie. Dan doen we deuren dicht die
voor een goed integratieproces open moeten blijven.
De heer SCHOENMAKERS
In de commissie SAW hebben we zeer indringend en ook zeer langdurig over het integratiebeleid
gesproken en een aantal insprekers heeft ons een spiegel voorgehouden hoe zij tegen dit gevoerde
beleid aankijken. Wij kunnen ons vinden in de uitgangspunten zoals het college die heeft geformu
leerd naar aanleiding van het kaderstellend debat. In de uitgangspunten vinden wij voldoende terug
wat in de commissie als essentieel is aangegeven. Wij zijn het wel erover eens dat wij verwachten dat