160
25 MAART 2004
we dat maar doen? Ja, dat wilt u. Degene die voor het voorstel van het college stemt, zegt voor en
degene die tegen het voorstel is, zegt tegen. Ik begin weer bij de heer Akinci.
Hoofdelijke stemming met betrekking tot het voorstel van burgemeester en wethouders terzake advies
toewijzing zendtijd lokale omroep.
Voor het voorstel hebben gestemd: de heer Adriaansen, de heer Augenbroe, mevrouw Boidin-van
Hoeve, de heer Braat, de heer De Craen, de heer Douwes Dekker, de heer Dubbelman, de heer
Ernst, de heer Figlarek, de heer Haarhuis, mevrouw Van Hasselt-Blankers, de heer Hendrickx, de
heer Joosse, mevrouw Knipscheer, mevrouw Kokx, de heer Lips, de heer Marcic, de heer Van Over-
veld, de heer Posthuma, de heer Taks, de heer Ügerler.
Tegen het voorstel hebben gestemd: de heer Akinci, de heer Boer, mevrouw Bos, mevrouw Hak, de
heer Jackson, de heer Kwisthout, de heer Leunisse, de heer Meeusen, mevrouw Overboom, mevrouw
Remie-Verweijmeren, de heer Scheltens, de heer Schoenmakers, de heer Schreiner, de heer Snier,
de heer Stubenitsky, de heer Van Yperen.
Besluitvorming met betrekking tot het voorstel van burgemeester en wethouders: het voorstel wordt na
hoofdelijke stemming aangenomen met 21 stemmen voor en 16 stemmen tegen.
10. VERORDENING OP DE FRACTIEONDERSTEUNING 2003.
Conform artikel 33 van de Gemeentewet wordt aan de gemeenteraad voorgesteld een verordening
vast te stellen met daarin geregeld de ondersteuning van de in de raad vertegenwoordigde groeperin
gen. Op enkele kleine wijzigingen na voorziet deze verordening in dezelfde regeling zoals deze nu al
bestaat
De VOORZITTER
Voor dit agendapunt zie ik in ieder geval de opgestoken hand van de heer Kwisthout, en verder me
vrouw Overboom en de heer Dubbelman. Kortom, de rechterflank van mij uit gezien. Ik begin met de
heer Dubbelman.
De heer DUBBELMAN
Ja, voorzitter, een korte opmerking. Ik wil toch wel een verschil maken tussen de verordening die wij
aannemen en de toelichting. De verordening is kort en bondig en ons inziens ook duidelijk. De veror
dening is bindend. Het valt ons op dat de toelichting die bij de verordening hoort nogal uitgebreid is en
misschien niet in alle opzichten volstrekt duidelijk. Ik meen er dan ook goed aan te doen om te zeggen
dat de toelichting uiteraard niets af kan doen aan de inhoud van de verordening. Nu echter bij nauw
gezette lezing artikel 7 van de verordening nadrukkelijk aangeeft dat in niet voorziene gevallen, waar
onder wij ook verstaan interpretatievragen over de verordening, het fractievoorzittersoverleg bevoegd
is tot besluitvorming met als leidraad het openbare advies - we hebben het niet over achterkamertjes
politiek maar over het openbare advies - zoals opgesteld in het fractievoorzittersoverleg van januari
2004, kunnen wij met deze kanttekening geheel instemmen met het voorliggend voorstel.
De heer BOER
Bij interruptie, mijnheer de voorzitter.
De VOORZITTER
Ja, maar u bent nu aan het woord.
De heer BOER
Ik wil even aan de heer Dubbelman vragen of hij dan bedoelt dat de toelichting ondergeschikt is aan
artikel 7.
De heer DUBBELMAN
Inderdaad. De toelichting probeert de verordening duidelijk te maken en artikel 7 houdt er impliciet al
rekening mee dat er nog onduidelijke gevallen kunnen ontstaan. Ik denk dat u misschien toch even stil
moet staan bij artikel 7 van de verordening, dat de fractievoorzitters zelf besluitvormend zijn als er echt
