28 APRIL 2004
166
2. met dien verstande dat agendapunt VIII, 1, H. (voorbereidingsbesluit voor de locatie Oude Liesbo-
slaan 207, gelegen binnen het plangebied van het bestemmingsplan Buitengebied Breda) als be-
spreekpunt aan de agenda wordt toegevoegd;
3. met de aantekening dat de fractie van de SP niet akkoord gaat met het voorstel bij agendapunt VIII,
1K (Voorbereidingsbesluit voor het gebied rond zorgcentrum Zuiderhout te Teteringen) en daarover
een stemverklaring wenst af te leggen.
IV. VRAGENUUR.
leder raadslid kan vragen stellen aan het college of aan de burgemeester. Een raadslid dat vragen wil
stellen moet dit minimaal 24 uur voor de vergadering melden bij de voorzitter. Ongeacht het aantal
vragen is voor dit agendapunt maximaal één uur beschikbaar.
De VOORZITTER
Er zijn enkele vragen binnengekomen en ik zou willen beginnen met Leefbaar-Breda dat heeft aange
kondigd een vraag te willen stellen over Moerdijkse Hoek. Ik geef de heer Boer daarvoor het woord.
Onderwerp: Moerdijkse Hoek. (Fractie Leefbaar-Breda/De Parel van het Zuiden.)
De heer BOER
Dank u, mijnheer de voorzitter. Wij hebben over Moerdijk het woord gevraagd, omdat wij een brief,
gedateerd 5 april 2004, hebben gekregen van de raad van Moerdijk waarin deze aangeeft dat de rol
van Breda bij Moerdijk-ll niet meer aan de orde is, omdat Breda uit Moerdijk-I is gestapt. Daarvoor
heeft de heer Leunisse al een hele tijd gewaarschuwd. Wij zijn echt geschrokken van de hardheid van
die brief. Wij verwachtten dat niet omdat wij dachten, zoals wethouder Adank zei, dat het allemaal wel
mee zou vallen en dat we dus ook op de Provincie konden terugvallen. Uit deze brief blijkt duidelijk dat
de gedeputeerde, de heer Onno Hoes, heeft geantwoord dat er bij Moerdijk-ll voor de gemeente geen
specifieke taak is neergelegd. Wij hebben deze stukken ook naar de gemeente gestuurd, maar zij had
die al eerder want wij hadden ze van haar gekopieerd. Dus wij vragen ons echt af: wie zegt hier nu
hoe de zaken in elkaar zitten? Wij zouden het buitengewoon betreuren als wij, omdat wij uit Moerdijk-I
zijn gestapt, nu ook Moerdijk-ll zouden missen, en vragen dringend een goed antwoord van de wet
houder.
De VOORZITTER
Dank u wel. De wethouder.
Wethouder ADANK
Dank u wel, voorzitter. Het is de heer Boer toch een beetje ontgaan wat namens het college in een
van de vorige vergaderingen in de richting van het Statenlid de heer Leunisse is gegaan. Het ant
woord op zijn opmerking in hoeverre Breda als partner van de Provincie aangezocht was om de
Moerdijkse Hoek mee te ontwikkelen, was dat er inmiddels twee vergaderingen op uitnodiging van de
Provincie zijn geweest. Aan die bijeenkomsten, onder leiding van de Provincie met zestien a zeventien
gemeenten uit West-Brabant, heeft Breda bestuurlijk en ambtelijk deelgenomen en het heeft daaraan
een constructieve bijdrage geleverd. Het is toch bijzonder jammer dat door deze stemmingmakerij de
toon wordt gezet, waar de rol van Breda met name in het West-Brabantse gewaardeerd wordt, ook
bestuurlijk vanuit de Provincie. Voor de context van Moerdijkse Hoek in het West-Brabantse zou ik de
heer Boer en zijn collega, het Statenlid de heer Leunisse, willen vragen om toch nog eens goed te
kijken naar het Brabant Magazine van april 2004. Daarin zet een aantal bestuurders, waaronder de
vertegenwoordiger van het college van Breda, uiteen wat het standpunt is van deze gemeente in heel
de discussie over Moerdijkse Hoek. Mijn verzoek aan u is om juist met name als het gaat om de eco
nomische positie van West-Brabant, zeker gezien dat wat gisteren besloten is door het kabinet in de
Nota Ruimte: 600 hectare bedrijventerreinen, alle support daaraan te geven. Als alle neuzen dezelfde
kant op gaan, dan heeft dat in de eerste plaats geen relatie met de wijze waarop door deze raad op
bedrijfsmatige beslissingen afscheid is genomen van het Havenschap Moerdijk, en in de tweede
plaats moeten we vol gas gaan voor 600 hectare bedrijventerrein, wat van levensbelang is voor de
economie van West-Brabant. Ik zou dit graag ook in de richting van Leefbaar-Breda nog een keer
willen toelichten en uitleggen in hoeverre ik de heer Leunisse ook in zijn persoonlijke opvattingen te
gemoet kan komen. Dank u wel.
