27 MEI 2004
210
Mevrouw VAN MAANEN
Er ligt hier dus gewoon een taak voor de dienst, dat ben ik met u eens. Maar wij hebben ook kader
stellend met z'n allen gezegd dat wij graag willen dat de profitsector meer betrokken wordt bij die
maatschappelijke taak die wij met z'n allen, en niet alleen als overheid, hebben om die mensen op te
vangen. En als je dat
De heer SCHELTENS
Ja, het is hartstikke mooi om zo'n taakte stellen en die verantwoordelijkheid
Mevrouw VAN MAANEN
Die kans hebben we nu.
De heer SCHELTENS
Ja, die kans hebben we, zegt u. Maar nogmaals, er is geen enkel rekenkundig model waarmee je kunt
aantonen dat die mensen allemaal weer aan de bak komen. De realiteit
Mevrouw VAN MAANEN
Maar ook niet dat het niet zo is.
De heer SCHELTENS
gebiedt gewoon dat dat niet gaat gebeuren. Er zijn bepaalde categorieën mensen, en wij hebben
hier insprekers gehad, en wij vonden dat toen allemaal ontzettend ingrijpend en aangrijpend, die niet
of nauwelijks meer aan de bak komen, in ieder geval veel moeilijker dan nu, terwijl ze in een situatie
verkeerden die wel goed was, waar die mensen allemaal tevreden over waren en waarvan wij als
samenleving hebben gezegd: dat moet maar gebeuren, het mag best wat kosten. Want nogmaals,
daar kom ik straks ook op, als die mensen direct allemaal thuis zitten, dan moeten ze wel ergens van
worden betaald.
Mevrouw VAN MAANEN
Dat klopt. Maar er zitten nu ook mensen in een ID-baan die wel in staat zijn om naar een reguliere
baan door te stromen, maar die daar met deze regeling niet toe worden aangezet. En daardoor zitten
er mensen thuis in de wacht, zeg maar, om deel te nemen aan een baan, die door iemand wordt bezet
die het eigenlijk niet nodig heeft. Dat vind ik wel jammer.
De heerMEEUSEN
Mevrouw Van Maanen, dit klinkt wel erg mooi. Maar u zult toch moeten beamen dat er een grote
groep mensen is, voor wie in de reguliere arbeidsmarkt geen werk zal zijn.
Mevrouw VAN MAANEN
Dat bestrijd ik ook helemaal niet. Daar gaat het nu niet over.
De heerMEEUSEN
Maar dat zijn wel de mensen die, volgens de heer Scheltens, uiteindelijk aan de dijk worden gezet.
De heer SCHELTENS
Weet u wat, wij hebben nu even het woord en
De VOORZITTER
Laat de heer Scheltens nu eens doorgaan.
De heer SCHELTENS
straks voert de heer Meeusen het woord en dan gaat hij ook weer in debat met mevrouw Van
Maanen. Het is hartstikke belangrijk, maar wij hebben daar vanaf het fundament een andere mening
over, omdat wij de situatie blijkbaar anders inschatten. Dat vinden wij dus de realiteit. Ik kwam zojuist
aan heel belangrijke woorden toe, die ik wilde zeggen over de aanpassing van de wet: dit is geen
aanpassing van de wetgeving, dit is uitkleden. Zoals u weet, vinden wij deze hele wet een vorm van
bezuinigen die zijn weerga niet kent. Er komen gewoon steeds meer mensen thuis te zitten, dat was ik
dus van plan om te gaan zeggen, en die moeten toch ergens van worden betaald. Dat is alleen uit een
andere pot, en naar aanleiding van het vorige debat wilde ik bijna zeggen: uit de algemene middelen.
Een ander heikel punt is, maar ik zal het niet allemaal in detail gaan behandelen, de sollicitatieplicht.