27 MEI 2004 185 bergweg van het bedrijf Plus 100. Gisteravond ben ik getuige geweest van de hoorzitting over de aan vraag van een milieuvergunning in het kader van de Wet Milieubeheer/Vuurwerkbesluit. De aanvraag is ingediend door het bedrijf Plus 100 aan de Zandbergweg. Over dit onderwerp heb ik u reeds schrif telijke vragen gesteld ex artikel 41 op 18 mei jongstleden. Maar gezien de ernst van de zaak en de hoorzitting van gisteravond meen ik de vrijheid te moeten nemen u nog enkele aanvullende vragen te stellen, die u tijdens deze zitting kunt beantwoorden. 1. De foutieve vermelding van de sluitingstermijn voor bedenkingen is inmiddels toegegeven. Dat gebeurde dus gisteravond. Die blijkt inderdaad niet 16 juni te zijn, zoals vermeld, maar tot en met 2 juni. Belanghebbenden hebben vandaag, althans dat is de bedoeling, een brief gekregen met de mededeling dat die sluitingstermijn 2 juni is. Geen van de aanwezigen gisteravond was daarvan op de hoogte. Bent u het met mij eens dat dit hoogst ongelukkig is en de keuze voor het schrappen van de laatste datum nu net verkeerd is? Dus in plaats van te zeg gen: in geval van twijfel nemen we 16 juni. Maar er is, naar ik heb vernomen, op juridische gronden besloten het op 2 juni te zetten. 2. Wordt deze verkorting van de periode dat 2 juni de einddatum is en die gemeld is op 27 mei, ook nog op een andere manier, bijvoorbeeld in Het Stadsblad, kenbaar ge maakt? 3. Gisteravond kwam ook duidelijk aan de orde dat de regelgeving erg streng is, maar dat er natuurlijk sprake is van een handhavingprobleem. Erkent u met mij dat er bijvoorbeeld in het oude- jaarsweekend echt geen controle zal en kan zijn, terwijl er juist op dat moment sprake is van een po tentieel gevaarlijke situatie? Zo ja, wat gaat u daar dan aan doen? 4. In de hele regelgeving wordt duidelijk verschil gemaakt tussen consumentenvuurwerk en professioneel vuurwerk. Hoe kan met vier of vijf controles per jaar, want dat is aangegeven, dit belangrijke gegeven in de gaten worden gehou den, zeker gezien de strategische ligging van Breda, namelijk dicht bij de Belgische grens waar de regelgeving op dit gebied veel soepeler is? 5. De betrokken ondernemer blijkt ook elders in Breda panden te hebben, die niet in woonwijken zijn gelegen en waar deze handel absoluut minder bedrei gend zou zijn. Bent u bereid en van plan om met de betrokken ondernemer te praten over eventuele verplaatsing van zijn vuurwerkopslag op basis van de maatschappelijke onrust die een en ander ver oorzaakt rond de Zandbergweg? In concreto: stel dat de raad uitspreekt dat vuurwerkopslag en uit breiding daarvan op deze specifieke locatie onwenselijk zijn, bent u dan bereid en bij machte om, on danks een eventueel verstrekte vergunning, te gaan werken aan een alternatieve locatie? 6. Waarom is er geen Milieu Effect Rapportage, ook al is daartoe geen verplichting maar wel een wenselijkheid vanuit de bevolking? 7. De verkeerssituatie ter plekke is van dien aard, dat bij een eventuele calamiteit de brandweer nauwelijks of helemaal niet ter plekke kan komen. Bent u het met mij eens dat zulke triviale zaken zouden moeten meespelen bij de totale veiligheidsbeoordeling? 8. Bent u bekend met de publicatie van de VROM-inspectie, regio Oost: Onderzoek opslagplaatsen consumentenvuurwerk, met de welluidende titel "Opslag van slag"? Zo neen, kunt u er dan voor zorgen dat dit rapport intern alsnog wordt verspreid en ter harte wordt genomen? Ik heb het rapport gekregen van een van de aanwezigen, maar het is zo van internet af te halen. In dit rapport, gepubliceerd in november 2003, komen vrij schokkende cijfers en percentages aan de orde waaruit blijkt dat, hoe streng ook, rigide regelgeving alleen volstrekt geen garanties biedt voor een correcte naleving daarvan. 9. Ondanks de soms best wel oplaaiende emoties, hadden vele belanghebbenden gisteravond ook wel begrip voor de houding van de uitleggevende ambtenaren. Die was zoiets van: "sorry, het is een rigide regelge ving met heel strenge regeltjes en bepalingen, maar als de aanvraag op puur juridische gronden daaraan voldoet, kunnen wij die vergunning niet weigeren." Einde citaat. De hoop van vele belang hebbenden is nu dan ook gevestigd op dé politiek. Op welke manier kunnen wij als dé politiek, dus zowel de raad als het college, daaraan invulling geven? Tot slot een verzoek mijnerzijds: kunt u alle vragen die ik schriftelijk heb gesteld op 18 mei en die eenvoudig meegenomen kunnen worden, ook meteen beantwoorden? Dit mede vanwege diezelfde ingekorte periode om bedenkingen in te dienen. Ik wil het hierbij laten en ik ben zeer benieuwd naar de antwoorden. De VOORZITTER Dank u wel. Ik geef het woord aan de portefeuillehouder, wethouder Arbouw. Wethouder ARBOUW Dank u wel, voorzitter. De vragen die aanvullend zijn gesteld plus de artikel 41-vragen geven een aantal van vijftien. Dat wil zeggen dat ik helaas wat uitgebreider zal moeten zijn in de tijd die ik neem voor de beantwoording. In Breda waren er de afgelopen jaren ongeveer 25 verkooppunten voor con sumentenvuurwerk. Na de vuurwerkramp in Enschede is alle wetgeving rondom vuurwerk verscherpt, resulterend in een behoorlijk streng beleid dat is vastgelegd in het Vuurwerkbesluit. Het besluit is nu volledig van kracht. Vanaf maart dit jaar moet iedereen aan dat besluit voldoen. Een tiental bedrijven is gestopt, waardoor er nu naar verwachting nog zo'n vijftien bedrijven zijn die in de toekomst vuur werk zullen verkopen in Breda. In principe kan echter op elke locatie waar het bestemmingsplan dat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 4