15 JULI 2004 358 Wethouder ARBOUW Dank u wel, voorzitter. Het amendement is nu wel rondgedeeld, denk ik. Over de relatie met sloop is in de commissie nadrukkelijk gediscussieerd en toen is al door mij aangegeven dat er geen directe relatie be staat tussen het vraagstuk sloop en datgene wat in dit voorstel over de huisvestingsverordening wordt voorgesteld. Als je dit instrument zou willen gebruiken om het ontstaan van open gaten op deze wijze in te zetten, dan maak je in feite misbruik van een bevoegdheid die je met dit instrument had. Wij zijn tot dit voorstel gekomen na een grondige evaluatie en dat staat ook in de omslag vermeld. Vanuit de wens om het instrumentarium dat we hebben op het gebied van volkshuisvesting scherper te houden, een wens die ook heel duidelijk in Maatwerk Wonen is opgenomen, hebben we het instrument onttrekkingvergunning ook daadwerkelijk geëvalueerd en daaruit blijkt dat de gemeente sinds 1993 dit instrument niet heeft hoe ven inzetten met het doel waarvoor het instrument is ontworpen. De aanvragen om een onttrekkingver gunning betroffen veelal onttrekkingen van individuele of een beperkt aantal woningen en veelal ook in het belang van ruimtelijke ontwikkelingen geïnitieerd of in het belang van de gemeente. Ik ben ook van me ning dat we met de onlangs overeengekomen prestatieafspraken met de corporaties een veel scherper instrument tot onze beschikking hebben om het beleid van beschikbaarheid van woningen waarover u zich zorgen maakt - het gaat dan vaak om de onderkant van de markt, dus met name over de bereikbare woningen voor die doelgroepen - ook goed veilig te stellen en met elkaar ook ordelijk te regelen. De ont trekkingvergunning is daarvoor geen middel, geen instrument. Dus wat dat betreft ontraad ik u dit amen dement. Dank u wel, voorzitter. TWEEDE TERMIJN De VOORZITTER De heer Kwisthout. De heer KWISTHOUT Kort, voorzitter. Wij denken daar toch anders over. Allereerst is een prestatieafspraak natuurlijk niet dwin gend, niet wettelijk afdwingbaar en het al dan niet afgeven van een vergunning is dat uiteraard wel. Wij denken dat dit instrument een waardevolle aanvulling kan blijven op het volkshuisvestingsbeleid. Voorts is het ook geen belemmering. Natuurlijk kost het tijd om een vergunning af te geven, maar als je kijkt naar de risico's zoals wij die hebben geschetst dan denk ik dat het ook een redelijke investering is voor ons als gemeente om te voorkomen dat we ons voor grote problemen en ongewenste situaties geplaatst zien. De VOORZITTER Wensen andere leden van de raad het woord te voeren over dit onderwerp? Dan is het woord aan de wethouder. Wethouder ARBOUW Ja, misschien in laatste instantie, voorzitter. Volgens mij willen we met elkaar ook kritisch zijn naar de regelgeving. Daar waar deregulering daadwerkelijk kan worden doorgezet, willen we dat ook doen. Als je naar de historie kijkt en een grondige evaluatie van het instrument doet, dan concludeer je dat het instru ment voor de doeleinden waarvoor het is gemaakt niet werkt en dan moet je die vergunning gewoon schrappen. Ik denk dat we in die zin allemaal kritisch willen zijn, regelgeving moet ook een nut hebben, moet een doel hebben waarvoor het is ontworpen en anders moetje het gewoon schrappen. Dank u wel. De VOORZITTER Dan gaan we over tot de besluitvorming. Op de eerste plaats het amendement. Heeft iemand behoefte aan het afleggen van een stemverklaring over het amendement? De heer Boer. De heer BOER Voorzitter, hoewel wij sterk voor deregulering zijn en de stelling dat er niet meer regels moeten zijn dan nodig is, willen handhaven, hebben wij ons toch laten overtuigen door de argumenten van de SP en zullen wij het amendement steunen. De VOORZITTER Verder niemand? Dan gaan we over tot besluitvorming. Wie is voor het amendement? Dat zijn de fracties van de SP, Breda '97, GroenLinks, Leefbaar-Breda en D66. Dat is een minderheid. Het amendement is verworpen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 12