29 SEPTEMBER 2004 409 De VOORZITTER Dan de heer Boer. De heer BOER De wethouder heeft gezegd dat ze dat al bij de vorige SAW-vergadering wist. Had u dan niet kunnen besluiten om na afloop van de SAW-vergadering in een besloten vergadering deze zaak mede te de len? De VOORZITTER Dat was uw vraag. Zijn er nog andere vragen? De heer Kwisthout nog? De heer KWISTHOUT Voorzitter, mijn schriftelijke vragen, de wethouder heeft dat inderdaad correct aangegeven, worden ook schriftelijk beantwoord. Het enige wat ik echt expliciet heb gevraagd, is om in de raadsvergadering in te gaan op dit onderwerp, en dat heeft de wethouder inderdaad gedaan. De VOORZITTER Zijn er nog andere vragenstellers? Is dat niet het geval? Heeft mevrouw Heerkens misschien nog be hoefte aan een kort antwoord in de richting van de heer Boer? Wethouder HEERKENS Het zit op de rand. Formeel gezien gaat het natuurlijk over de bedrijfsvoering van Vertizontaal. Wat betreft het vertrouwelijk informeren het volgende. Op die dag hebben wij onmiddellijk gezegd dat het collectief ontslag aanzeggen voor rekening van Vertizontaal was. Wij hebben gekozen voor de weg om als college een beroep op de raad van toezicht te doen. Dat vind ik wel de juiste weg. Het geven van vertrouwelijke informatie, voordat de mensen die het betreft zelf op de hoogte zijn, vind ik geen goede werkwijze. De heer BOER Waarom kon dat niet in een besloten vergadering? Wij hebben het nu ook uit de krant moeten verne men. De VOORZITTER Ik denk dat dit agendapunt nu is afgedaan. Interrupties laten we niet toe. ONDERWERP: UITWERKINGSPLAN STEDELIJKE REGIO BREDA-TILBURG (BRIEF AAN GS) (fracties D66 en GroenLinks). De VOORZITTER De tweede reeks vragen betreft de vragen van de fractie van D66 over de brief die het college heeft geschreven aan GS over het uitwerkingsplan Stedelijke Regio Breda-Tilburg in relatie met De Rith. Mevrouw Overboom. Mevrouw OVERBOOM Voorzitter, dank u wel. Ik stel deze vraag overigens ook namens de fractie van GroenLinks. Wij heb ben een jaar geleden al gezamenlijk geconstateerd dat in het plan Breda-Tilburg zoekruimte voor ver stedelijking ook mogelijk is in De Rith. Wij zagen toen ook een vijftigtal hectare bedrijventerreinen in de zone aan de westkant van Breda die, toevalligerwijze of niet, ingetekend is bij of op De Rith. Ver volgens hebben we een paar weken geleden de commissiebehandeling gehad, waar een conceptbrief met een reactie van het college aan de Provincie voorlag. Daarin stond een passage waarin werd gesproken over de positieve consultatie van de raadscommissie Stedelijke Ontwikkeling en Verkeer, en dat we konden instemmen met het ruimtelijk beeld dat op de plankaart was gepresenteerd. Als ik de commissiebehandeling goed heb beluisterd, dan waren er diverse fracties die, in ieder geval wat betreft het onderwerp De Rith en of daar mogelijk verstedelijking kon plaatsvinden, in meerdere of mindere mate duidelijk hebben uitgesproken dat dit wat hun betreft niet aan de orde kan zijn. Groen Links sprak de woorden uit: handen af van De Rith. Het CDA, dat kan ik me herinneren, sprak uit dat De Rith wat hun betreft ondeelbaar is. Het is een gevoelen dat al heel lang in deze raad leeft. Dus mijn vraag aan de wethouder is: heeft de wethouder of het college in de voorliggende conceptbrief die passage in de brief naar aanleiding van de commissiebehandeling aangepast of niet, en zo ja of zo neen, waarom?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 6