30 SEPTEMBER 2004 432 soonlijk stempel drukt op het beleid, maar vooral dat hij erop toeziet dat bij het hoge ambitieniveau de menselijke maat niet verloren gaat. Burgemeester, u hebt over uw invulling van het burgemeestersambt gezegd dat u het werk niet alleen vanuit het stadhuis probeert te doen, maar juist ook de inwoners van de stad wilt opzoeken. U wilt dicht bij de mensen staan, met een luisterend oor en "als mens onder de men sen" bij belangrijke gebeurtenissen. Het is van groot belang dat een burgemeester begrip heeft voor de menselijke factor bij problemen en de emoties die dan loskomen. Wat u over uw opvattingen over die rol van de burgemeester als burgervader hebt gezegd, is zeer vertrouwenwekkend. Burgemeester, naar alle waarschijnlijkheid, zoals juist al gememoreerd, bent u de laatste benoemde burgemeester van Breda. Het ziet ernaaruit dat de procedure voor de aanwijzing van de burgemeester ingrijpend zal worden gewijzigd. Vermoedelijk al in 2006, maar zeker in 2010 zal de burgemeester direct door de burgers worden gekozen, althans daar ziet het naar uit. Er wordt vaak gesproken over de spagaat waarin de burgemeester in zijn dubbelrol als voorzitter van de gemeenteraad en van het college door de dualisering van het gemeente bestuur is komen te verkeren. Bij een rechtstreekse burgemeestersverkiezing zal dat probleem ongetwij feld nog groter worden, tenzij de Grondwet wordt gewijzigd om het voorzitterschap van de gemeenteraad op een andere wijze te regelen. Maar ook in de aanloop naar het nieuwe stelsel zal de spagaat van de burgemeester nog moeilijker worden, lijkt mij. De benoemde burgemeester heeft een politieke overtuiging en hoeft zijn politieke kleur niet te verbergen, maar hij staat wel los van de plaatselijke partijpolitiek en heeft met de hem politiek verwante raadsfractie geen formele binding. Hij onderhoudt geen andere relatie met andere raadsfracties. Een zittende burgemeester die straks in de eigen gemeente gaat kandideren, komt wel in een geheel andere, meer gepolitiseerde positie terecht. Burgemeester, u hebt al gezegd dat u te zijner tijd de zeepkist op wilt en volmondig bereid bent voor de gekozen burgemeester te gaan. Naar mijn mening is dat volkomen terecht en u geeft er daarmee blijk van de tijdgeest goed te verstaan. U zult echter ook begrijpen dat niet bij voorbaat vaststaat dat alle fracties die nu uw komst van harte toejuichen, ook uw verkiezingscampagne zullen ondersteunen. Ongetwijfeld zult u ook met die spagaat zorgvuldig weten om te gaan. U hebt immers ook gezegd dat u van oordeel bent dat een burgemeester als raads voorzitter een technisch voorzitter is die het politieke debat ondersteunt en op gelijke wijze recht doet aan de verschillende opvattingen in de raad. Die houding garandeert dat u op een loyale wijze mee zult wer ken aan de noodzakelijke technische voorbereiding van de burgemeestersverkiezing, ook als u zelf kandi daat bent. Sinds de invoering van het duale stelsel, bij de aanvang van de huidige raadsperiode, heeft zich in de relatie tussen college en gemeenteraad een Bredase variant van het dualisme ontwikkeld, die het beste kan worden omschreven als een gematigd dualisme. Er is nadrukkelijk gekozen voor gezonde duale verhoudingen met vermijding van het duellisme dat elders soms tot een onwerkbare situatie heeft geleid. De burgers zijn meer gebaat bij een goede werk- en overlegstructuur tussen college en gemeente raad zoals in Breda dan bij een onvruchtbare polarisatie. Burgemeester, de raad verwacht van u de nodi ge impulsen om de dualisering verder gestalte te geven. Er is veel bereikt de afgelopen tijd, maar de ver betering van de relatie met de burgers, toch het hoofddoel van het dualisme, vraagt om een niet aflatende inzet. De raad hoopt op een goede samenwerking met u als raadsvoorzitter om te komen tot een verdere uitbouw van het dualisme naar een voor Breda passend maatwerk. Inmiddels heeft de volksvertegen woordigende taak van de raad meer inhoud gekregen. Door kritischer om te gaan met de vergaderagen da's en minder te vergaderen, is er meer tijd voor ontmoetingen met de burgers via wijk- en werkbezoe ken. Een verdere stap is een meer thematische opzet van de raadscommissies, die nu nog aan de wet houdersportefeuilles zijn gekoppeld. De controlerende taak van de raad wordt binnenkort versterkt door de instelling van een onafhankelijke rekenkamer. Over de verdere ontwikkeling van de kaderstellende functie lopen de opvattingen in de raad enigszins uiteen. Niet over de wenselijkheid daarvan, maar over de weg waarlangs we moeten gaan. Sommigen menen dat de raad over moet gaan tot het formuleren van een raadsprogramma waarin beleid wordt geformuleerd, ongeacht de politieke verhoudingen in de raad op basis van wisselende meerderheden, separaat van het programakkoord dat in de nieuwe raadsperiode een zaak zou moeten worden voor het te vormen college. Burgemeester, als voorzitter van de raad bent u ook belast met de aansturing van de griffie en de zorg voor de huishouding en organisatie van de raad. Het fractievoorzittersoverleg is daarbij uw overlegpartner, maar in de praktijk blijkt een dergelijk college met tien leden onvoldoende slagvaardig. De raad hoopt dat u erin zult slagen binnen afzienbare termijn een goede opzet voor dit overleg tot stand te brengen. De burgemeester is als bestuursorgaan belast met de handhaving van de openbare orde en voert daarbij het gezag over de politie. Burgemeester, in het bijzonder bij de uitoefening van uw eigen portefeuille openbare orde en veiligheid wordt heel veel van u verwacht. Met uw jarenlange ervaring als burgemeester moet u in staat zijn een passend antwoord te geven op het verlangen van de Bredanaars naar meer veiligheid. Het gaat daarbij zowel om de objectieve veiligheid als om het veiligheidsgevoel, die tezamen de dragers zijn van het persoonlijk welzijn van de burger. De burgemeester, college en raad zijn ieder vanuit hun eigen specifieke rol bij het veiligheidsbe leid betrokken en hebben ervoor te zorgen dat Breda veiliger wordt. De onlangs gepresenteerde Veilig heidsmonitor geeft aan dat nog heel veel werk zal moeten worden verzet om de doelstellingen van het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2004 | | pagina 4