21 OKTOBER 2004
447
De heer AKINCI
U doet het niet in volgorde van fractiegrootte, begrijp ik. In tegenstelling tot datgene wat mevrouw
Boidin net heeft gezegd, heeft de Rijksdienst niet alleen het advies gegeven: bedekken met zand en
bitumen. Er is een tweede optie door de Rijksdienst gegeven, ik heb het dan over de Rijksdienst voor
de Monumentenzorg, als het gaat om het behoud van het gebouw Lunet B, en die tweede optie is: het
restaureren van het pand en het in de oude staat herstellen. Dat is ook inderdaad hartstikke nodig. De
Rijksdienst voor de Monumentenzorg is in ieder geval niet tevreden met de huidige aanpak: het over
koepelen van het monument met een soort fabriekshal met een glazen wand waarin dan een notaris
kantoor zal worden gevestigd. De Rijksdienst heeft alleen niet de autoriteit om dit tegen te gaan, im
mers, er is geen subsidie aangevraagd bij die instelling voor het restaureren van dit monument. En
dan is de Rijksdienst ook niet bevoegd om een restauratie tegen te gaan. Het getuigt, wat mij betreft,
van arrogantie om het advies van de Rijksdienst op dit punt naast je neer te leggen op het moment dat
het je even niet uitkomt. Want daar lijkt de houding van het college en een aantal politieke partijen hier
in deze raad, wat mij betreft, enigszins op. Om het niet te restaureren en niet in de oude staat te her
stellen, wordt als argument gegeven: het is dan een stenen reliek uit het verleden wat geen functie
meer heeft. Eenzelfde argumentatie zou je kunnen gebruiken voor de Grote Kerk, maar gelukkig heb
ben wij geen plannen om daar een grote glazen stolp overheen te zetten.
De heer BOER
Volgens mij, als ik mag, mijnheer de voorzitter, zit er echt een groot verschil tussen Lunet B en de
Grote Kerk op de Grote Markt. En als de heer Akinci dat nog niet heeft gezien, dan vrees ik dat hij een
andere bril moet kopen.
De VOORZITTER
Gaat u verder, mijnheer Akinci.
De heer AKINCI
Het zijn allebei vrij waardevolle rijksmonumenten, denk ik, waarbij de Grote Kerk inderdaad mij ook
wel wat dierbaarder is. Maar daar wil ik even geen onderscheid in maken. Het zijn allebei rijksmonu
menten waar je met zorg mee moet omgaan. In tegenstelling tot de bijdrage van mevrouw Boidin be
twijfel ik in hoeverre de gemeente straks garanties kan eisen van de eigenaars van het pand wat be
treft de publieke toegankelijkheid daarvan. Het is immers straks in particuliere handen. Daarnaast, en
dat roept bij mij als raadslid wat ergernis op, is door Stadsherstel niet de besluitvorming in de commis
sie en de raad afgewacht, want men is inmiddels al begonnen met de restauratie waarvoor zij nog een
bijdrage van de gemeente wenst te krijgen. Dat is een principieel punt, maar wel een belangrijk punt.
Op het moment dat je de politiek serieus neemt, wacht je de besluitvorming af. Dit zijn voor de Groen-
Linksfractie al met al genoeg redenen om tegen dit voorstel te zijn.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Het woord is aan de heer Kwisthout, namens de SP.
De heer KWISTHOUT
Voorzitter, wat onze fractie betreft hadden wij ook veel liever gezien dat het monument een herinrich
ting en renovatie zou hebben gekregen die het monument op zich de waarde geeft die het cultuurhis
torisch toekomt, namelijk het laatste restant van de vestingwerken in Breda. Gegeven de omstandig
heden hadden wij ons ook wel voor kunnen stellen datje het model zoals het nu wordt gehanteerd, de
glazen "stolp", eromheen bouwt, maar dan wel in een vorm die garandeert dat het voor het publiek
sowieso toegankelijk is en dat het gebouw waar het verder voor wordt gebruikt ook een openbare,
publieke functie heeft. Wij vinden dat dat wel bij het monument past. Voeg je dat samen met het ge
geven dat er inderdaad al is begonnen aan de werkzaamheden, en natuurlijk is het zo dat Stadsher
stel dat op eigen risico doet en dat de raad dat alsnog kan terugdraaien, maar het is niet waarschijnlijk
dat dat gebeurt, dan is dat een indicatie dat het besluit eigenlijk al is genomen voordat de gemeente
raad daarover feitelijk heeft kunnen beslissen. Dat tezamen genomen, vinden wij dat wij niet akkoord
kunnen gaan met dit voorstel.
De VOORZITTER
Dank u zeer. Het woord is aan de heer Boer, namens de fractie leefbaarheid.
