21 OKTOBER 2004
458
De VOORZITTER
Er zijn 19 stemmen voor het voorstel uitgebracht en 18 stemmen tegen. Daarmee is het voorstel aan
genomen. Aldus besloten.
Akkoord, met de aantekening dat na hoofdelijke stemming 19 leden van de raad geacht wensen te
worden te hebben voorgestemd en 18 leden van de raad geacht wensen te worden te hebben tegen
gestemd.
5. VASTSTELLEN DEFINITIEF PARKEERBELEID IN "NOTA PAREER- EN STALLINGSBELEID
BREDA".
In de nota wordt het beleid op het gebied van parkeren van auto's en stallen van fietsen tot het jaar
2010 beschreven.
De VOORZITTER
Nog geen standpunt is ingenomen door de fracties Leefbaar-Breda, Breda '97, SP, D66. De andere
fractie hebben een positief standpunt ingenomen. Ik stel u graag in de gelegenheid tot het geven van
een reactie. Wie van u wenst het woord over dit onderwerp? Het woord is aan de heer Ernst, namens
de VVD. Ga uw gang.
De heer ERNST
Dank u wel, voorzitter. De VVD vindt deze nota over het algemeen een goede en evenwichtige nota
die recht doet aan de belangen van zowel inwoners, ondernemers als bezoekers van de binnenstad
en andere plaatsen. Datgene wat ons zeer vreugdevol aandoet is de kostendekkendheid van deze
nota. Parkeerders worden zo niet het melkkoetje van de gemeente, wat nog weieens vaak gedacht
wordt. Wat bij ons ook zeer vreugdevol werd ontvangen, is de differentiatie, de zogenaamde markt
werking. U weet hoezeer wij dat op prijs stellen. Hoe geliefder de plaatsen, hoe meer je ervoor moet
betalen. Ik heb wel drie inhoudelijke puntjes. De wethouder heeft positief geantwoord op de gehandi
captenplaatsen om die qua locatie te monitoren en in samenwerking met de BCG die plaatsen in de
stad te verspreiden. Ik zou ook graag willen dat u daar positief op antwoordt qua aantal, of dat genoeg
is ja of neen. Dan is er nog het punt over de parkeernormen. Over het algemeen vinden wij de par-
keernormen goed, alleen op bepaalde locaties in de stad kunnen er problemen ontstaan, zie bijvoor
beeld bij De Zon. Na nadere bestudering en ook nog gesprekken met ambtenaren denken wij toch dat
deze nota hiervoor voldoende handvatten biedt. Wel pleiten wij voor een goede controle op het reali
seren van de totale parkeercapaciteit op eigen terrein bij nieuwe woonbouwprojecten. Dat betekent,
en dat wil ik graag nog even bevestigd zien van de wethouder, dat er dus geen parkeervergunningen
worden verstrekt aan mensen die op zo'n wooncomplex wonen. Wij vragen ook nog even de aandacht
voor de p.r. Het is een nieuw beleid voor met name datgene wat ik al eerder heb gezegd, maar ook
voor het algeheel, dus de differentiatie tussen de plaatsen, de tijden die gaan veranderen en daarvoor
moet een goede p.r. komen. Het laatste punt betreft een amendement dat gaat over de fietsstallingen
en het handhaven daarvan. Ik denk dat het amendement rondgedeeld zal worden. Ik zal het u even
geven. Wij komen met dit amendement omdat er altijd is gezegd dat er nog niet gehandhaafd kon
worden omdat er onvoldoende parkeergelegenheid was voor fietsen. Inmiddels wordt er middels deze
nota voldoende fietsparkeergelegenheid gerealiseerd en een beleid zonder handhaving kan volgens
ons niet en ook de leefbaarheid in de stad neemt dan af. Ook is het een beetje een dubbelbeleid. De
stad is heel mooi opgeknapt, de ondernemers in de stad hebben daarvoor baatbelasting betaald, zij
mogen bijvoorbeeld geen bordje of een ijshoorntje neerzetten, maar je mag wel fietsen neerzetten,
dus geen fietsreclame, maar wel fietsen. Dat is, volgens ons, eigenlijk meten met een dubbele maat.
Vandaar dit amendement. Tot zover mijn bijdrage.
De VOORZITTER
Door de heer Ernst is een amendement ingediend. Dit voldoet aan de formele vereisten, is voldoende
ondertekend en maakt onderdeel uit van de beraadslagingen.
Het door de heer Ernst, namens de VVD, ingediende amendement luidt als volgt:
AMENDEMENT
met betrekking tot het voorstel van burgemeester en wethouders inzake het vaststellen van het defini
tief parkeerbeleid in de "Nota Parkeer- en Stallingsbeleid Breda".